uitleg hulpwerkwoorden en voltooid deelwoorden

• Taal
• Basisschool
• Groep 6

welke hulpwerkwoorden ken je?

hele werkwoord is "zijn"
schrijf op : 'hij ... zijn horloge kwijt'.

hele werkwoord "hebben"
schrijf op: 'hij ..... trek in een ijsje'.

hele werkwoord: 'hebben'
schrijf op: 'jij ... een mooie zin gemaakt'.

hele werkwoord: "zijn"
schrijf op: 'na de lange wandeling ... ik vast heel moe'

hele werkwoord "zijn"
schrijf op: 'wij .... heel lekker aan het werk'

Wat is de voltooide tijd van:
ik loop naar school

1. ik ben naar school gelopen.
2. ik liep naar school

Wat is de voltooide tijd van:
'mama ziet een vette auto'

1. mama zag een mooie auto
2. mama heeft een mooie auto gezien

Wat is de voltooide tijd van:
Wij huppelen door de dierentuin.

1. wij gaan naar de dierentuin
2. wij hebben door de dierentuin gehuppeld

Wat is de voltooide tijd van:
Opa vervangt de band van mijn fiets.

1. opa verving de band van mijn fiets
2. opa heeft de band van mijn fiets vervangen

schrijf: het voltooid deelwoord van:


schoppen

schrijf: het voltooid deelwoord van:


dansen

schrijf: het voltooid deelwoord van:


blazen

schrijf: het voltooid deelwoord van:


schrijven

Wat vond je van de les?

😒🙁😐🙂😃