Bijeenkomst 4 - Hechting

Programma 
We behandelen vandaag de theorie rondom hechting. Na het lezen van de theorie & bekijken van de video's maak je een opdracht. In de opdracht pas je de theorie toe die je geleerd hebt. 

Je maakt de opdracht en levert deze in vi
a Cum Laude. 
1 / 19
next
Slide 1: Slide
WelzijnMBO

This lesson contains 19 slides, with text slides and 3 videos.

Items in this lesson

Programma 
We behandelen vandaag de theorie rondom hechting. Na het lezen van de theorie & bekijken van de video's maak je een opdracht. In de opdracht pas je de theorie toe die je geleerd hebt. 

Je maakt de opdracht en levert deze in vi
a Cum Laude. 

Slide 1 - Slide

Gehechtheid 

'Er is sprake van gehechtheid (of hechting) als een kind of volwassene sterk geneigd is om nabijheid van een specifieke persoon op te zoeken in situaties van angst, vermoeidheid, spanning of ziekte. Het ontvangen van troost en zorg bezorgt het kind een gevoel van veiligheid' (Bowlby, 1969) 

Slide 2 - Slide

Gehechtheid tijdens de zwangerschap 
  • Na zes maanden zwangerschap worden er al hechtingsprocessen in gang gezet. De foetus hoort geluiden die afkomstig zijn van buiten de baarmoeder. 
  • De foetus kan horen of het zijn moeder is die praat, of dat er iemand anders praat. 
  • De foetus reageert op angst reacties van zijn moeder. 

Slide 3 - Slide

Gehechtheid na de geboorte (eerste fase) 
De eerste fase van gehechtheid bij een pasgeboren baby is een periode van zich oriënteren en signalen opvangen. De baby kan nog geen onderscheid maken tussen opvoeders. 

Deze fase duurt ongeveer 8 tot 12 weken. 



Slide 4 - Slide

Wat wordt er nu bedoeld met oriënteren en signalen opvangen? 
De baby is afgestemd om bepaalde signalen uit de omgeving op te vangen, bijvoorbeeld menselijk stemgeluid. Als de baby dit signaal opvangt kan hij zelf signalen uitzenden om zijn behoeftes te bevredigen.  Dat baby kan huilen, geluidjes maken, volgen met de ogen en lachen. Door deze signalen uit te zenden zorgt hij ervoor dat de ouder bij hem in de buurt blijft en hem verzorgt. 

Slide 5 - Slide

Tweede fase van gehechtheid (3 tot 6 maanden) 
In deze fase raakt de baby afgestemd op enkele personen (ouders/opvoeders). De baby richt zijn nabijheidszoekend gedrag op deze personen. De baby zend signalen uit (huilen, lachen, geluidjes) en dit wordt het makkelijkst begrepen door de ouders/opvoeders. De baby laat zich bijvoorbeeld het meest makkelijk troosten door zijn ouder, in plaats van een willekeurige volwassene. 

Slide 6 - Slide

Derde fase van gehechtheid (6 maanden tot 3 jaar) 

  • De eigenlijke gehechtheid begint 
  • De baby heeft in deze fase de behoefte aan nabijheid van een specifieke persoon (ouder/verzorger) 
  • De baby zorgt ervoor dat hij deze nabijheid krijgt door middel van beweging en signalen 
  • De baby vertoont in deze fase actief hechtingsgedrag 

Slide 7 - Slide

Actief hechtingsgedrag 
  • De baby zoekt actief de nabijheid op van zijn ouders door bijvoorbeeld geluid te maken, te lachen en de ouder te volgen. De baby doet dit bewust omdat hij dichtbij zijn ouders wilt zijn. 
  • Scheiding van ouders roept angst op. Het kind kan boos worden en gaan huilen. Dit noemt men ook wel separatieangst genoemd. 

Slide 8 - Slide

Vierde fase van gehechtheid (vanaf drie jaar) 
In deze fase kan het kind zich verplaatsen in de gehechtheidspersoon (ouder/verzorger). Zo kan een jonger kind gaan huilen als zijn moeder aandacht besteedt aan een ander kind. Een kind vanaf drie jaar kan aan zijn moeder vragen of zij met hem wilt spelen. 

Slide 9 - Slide

Onderzoekers 
We weten nu hoe een gezonde hechtingsrelatie tot stand komt. Veel onderzoekers hebben onderzoek gedaan naar hechting. Iedere onderzoeker kijkt met een andere bril naar hechtingsrelaties. De belangrijkste onderzoekers die onderzoek hebben gedaan, zijn: Bowlby, Harlow en Ainsworth. In de volgende dia's zal ik de verder uitleg geven over de verschillende onderzoekers. 

Slide 10 - Slide

Harlow 
Voerde hechtings-experimenten uit met baby aapjes. Harlow onderzocht of de aapjes, naast voedsel, ook behoefte hadden aan de nabijheid van een moeder. 

Slide 11 - Slide

Experiment Harlow 
De aapjes werden twaalf uur na geboorte van hun moeder gescheiden en in een kooi gezet met twee nepmoeders. De ene nepmoeder was zacht, de andere was hard. Te zien was dat de aapjes de nabijheid van de zachte moeder opzochten, ook al kregen ze geen eten van de zachte moeder . Uit het experiment van Harlow blijkt dat baby's voornamelijk behoefte hebben aan warmte en nabijheid. 

In de video op de volgende dia is een kort stukje van het experiment van Harlow te zien. 

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Video

Bowlby 
Bowlby stelt dat de behoefte van kinderen om gehecht te raken een fundamentele behoefte is. Anders gezegd: de behoefte aan hechting staat gelijk aan de behoefte aan voeding. Bowlby zegt in zijn theorie dat iemand gehecht is als hij een specifiek persoon (ouder/verzorger) opzoekt in situaties van angst en spanning. Deze persoon zorgt door middel van troost voor een gevoel van veiligheid.  Op de volgende dia een video over de theorie van Bowlby. De video is in het Engels, je kunt Nederlandse ondertiteling aanzetten. 

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

Ainsworth 
Mary Ainsworth heeft onderzoek gedaan naar de verschillende vormen of patronen van interactie tussen opvoeder en kind. Zij onderzocht hoe gehechtheidsgedrag wordt opgeroepen in stressvolle situaties. 

Om dit te onderzoeken heeft zij de vreemde situatie test bedacht. 

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Video

Opdracht Ainsworth 
  • Je gaat onderzoek doen naar de theorie van Ainsworth. 
  • Je beantwoord de vragen  en werkt dit uit op minimaal anderhalf A4 (lettergrootte 12). 
  • Je maakt de puzzel.
  • Je levert de opdracht in op Cum Laude. 

De vragen en de puzzel die je moet maken staan op Cum Laude in het mapje 'Keuzedeel Jeugd en Opvoedhulp' 


Slide 18 - Slide

Afsluiting 
Dit was de les van vandaag. We gaan volgende les verder met de verschillende soorten hechting (veilige en onveilige hechting). Tot volgende (digitale) week! 

Slide 19 - Slide