This lesson contains 16 slides, with text slides and 2 videos.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
2.2 Dichtheid
Slide 2 - Slide
Druk
Druk bereken je met de formule hiernaast.
Bespreek met je buurman/vrouw wat elk symbool bekent. En in welke eenheid gebruik je dan?
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Laagjes cocktail
In de vorige slide zag je een natuurkunde laagsjes cocktail. Deze kun je met behulp van wat kennis van dichtheid maken.
Elke vloeistof en vaste stof heeft een kleinere of grotere dichtheid. Hierdoor drijven sommige stoffen op elkaar, terwijl andere stoffen dat niet zouden doen.
Slide 5 - Slide
Binas
In de binas kun je (onder andere) de dichtheden van bepaalde stoffen opzoeken.
Als je een binas nodig hebt, kun je deze bij de docent of Mariska lenen.
Slide 6 - Slide
Dichtheid berekenen
Slide 7 - Slide
Massa
De massa bepaal je met een weegschaal.
Slide 8 - Slide
Volume
Volume kun je bepalen met de onderdompelmethode
Slide 9 - Slide
Voorbeeld
Bereken de dichtheid van het blokje.
m = 324 g V = 4 x 3 x 10 = 120 cm3 ρ = m:V = 324 : 120 = 2,70 g/cm3
Dit is dus waarschijnlijk aluminium
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Video
Proefkonijnen
De proefkonijnen gaan kijken hoe drijfzand werkt.
Slide 12 - Slide
Opdracht
Bespreek met je buurman/buurvrouw, hoe drijfzand werkt. En waar komt de naam drijfzand vandaan? Je zinkt er immers in weg? Maar kun je er in verdrinken?
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Video
Asterix en Obelix
Kijk nog eens terug naar de eerste slide met Asterix en Obelix. Bespreek met elkaar hoe het kan zijn dat Obelix blijft drijven in de Dode Zee.
Slide 15 - Slide
Lees 2.2
Als je tijd over hebt (en je hebt de opdrachten van 2.1 af) , ga je alvast beginnen aan de opdrachten van 2.2.