H1 - BEELDENDE KUNST

  • Log in op lesson up 
  • Boek op tafel
  • Aantekeningen op tafel
We starten over...
timer
2:00000
1 / 17
next
Slide 1: Slide
Kunst AlgemeenMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

  • Log in op lesson up 
  • Boek op tafel
  • Aantekeningen op tafel
We starten over...
timer
2:00000

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Startvragen 
1. Wat is het verschil tussen autonome en toegepaste kunst
2. Geef een voorbeeld van drie dimensionale, toegepaste kunst
3. Wat is 'grafiek'
4. Noem drie genres in de schilderkunst
5. Wat bedoelen we met een 'allegorische voorstelling'
6. Wat is een ander woord voor 'compositie'
7. Wat is de complementaire kleur van paars
8. Wat is een kleurenfamilie
9. Wat is het tegenovergestelde van statisch
10. Welk woord vond je het moeilijkste uit het huiswerk ?
Autonome kunst-
Kunst die op zichzelf staat; kunst om de kunst. Bv schilderij/beeldhouwwerk

Toegepast kunst
Kunst met een functie. Architectuur, industriële vormgeving, mode grafische vormgeving. 




bv auto, stoel, bank kleding... als het maar drie dimensionaal en een gebruiksfunctie heeft
vb: landschap stilleven portret
Een symbolische voorstelling waarbij een idee of abstract begrip (bijvoorbeeld deugden en ondeugden) wordt verbeeld door één of meer personificaties, personen en concrete zaken.

Een aantal kleuren die heel veel op elkaar lijken. Ze zijn als het ware familie van elkaar

Dynamisch

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Levels van analyseren
Voorstelling
Wat zie ik?
Wat hoor ik?
Wat is het idee?
Wat is het verhaal?
Vormgeving
Hoe is het gemaakt?
Hoe wordt er gedanst?
Hoe zitten de elementen in elkaar?

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Bedenk een 'WAT' vraag

Slide 5 - Mind map

This item has no instructions

Bedenk een 'HOE' vraag

Slide 6 - Mind map

This item has no instructions

Voorstelling (WAT)

  • mensen aan het eten

  • geklede mannen en een naakte vrouw
  • idee was om een momentopname weer te geven
  • enz.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Vormgeving (HOE)
  • Centrale compositie
  • Een repoussoir om de centrale positie van de figuren te benadrukken
  • Een ster licht-donker contrast tussen de man en de vrouw
  • enz..

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Vergelijkbare voorstelling
Andere vormgeving

Slide 9 - Slide

links:
Guernica 
Pablo Picasso
1937

Rechts
Bombardement op Kopenhagen
Christian August Lorentzen
1807

Vormgeving: beeldaspecten
- Compositie
- Kleur
- Ruimte 
- Licht
- Vorm
- Materiaal/techniek

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Compositie
Ordening; de manier waarop de belangrijkste meest opvallende vormen en richtingen in een
kunstwerk staan

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Dynamisch vs statisch 
d.m.v. compositie besluit een kunstenaar hoe dynamisch/statisch een schilderij wordt. 


EEN CONTRAST ZORGT VOOR DYNAMIEK

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

centraal compositie
Statisch
A-symmetrische compositie
Dynamisch

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Dynamisch vs statisch 
d.m.v. compositie besluit een kunstenaar hoe dynamisch/statisch een schilderij wordt. 
M.b.v. de andere beeldaspecten kan hij/zij verder spelen met dynamiek

EEN CONTRAST ZORGT VOOR MEER DYNAMIEK

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Effect van kleurcontrast

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

effect van vormcontrast

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Slide 17 - Slide

This item has no instructions