4- 2.3 Lenen is betalen!

H2.3 Lenen is betalen
Wat gaan we doen:
  1. Bespreken opdrachten                      8 min
  2. Wat zijn de leerdoelen                        2 min
  3. Uitleg + aantekening                           15 min
  4. Oefenopgave                                          5 min
  5. Zelfstandig aan het werk                  10 min
  6. Terugblik op de doelen                      5 min

1 / 18
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

H2.3 Lenen is betalen
Wat gaan we doen:
  1. Bespreken opdrachten                      8 min
  2. Wat zijn de leerdoelen                        2 min
  3. Uitleg + aantekening                           15 min
  4. Oefenopgave                                          5 min
  5. Zelfstandig aan het werk                  10 min
  6. Terugblik op de doelen                      5 min

Slide 1 - Slide

Opdracht 17 en 18b

Slide 2 - Slide

Opdracht 19 en 20

Slide 3 - Slide

H2.3 Lenen is betalen
Leerdoelen:
  • Je leert de vier leenmotieven 
  • Je leert 3 verschillende vormen van consumptief krediet
  • Je leert het verschil tussen koop op afbetaling, huurkoop en leasen.
  • Je leert hoe een hypothecaire lening werkt 
  • Je leert de kredietkosten uitrekenen 
Je oefent:
Kredietkosten berekenen

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

Leenmotieven
Dit zijn redenen om te lenen

Onverwacht geldtekort
Tijdelijk geldtekort
Koop van een gebruiksgoed
Koop van een huis (hypotheek)

Slide 6 - Slide

Lening terugbetalen
Als je geld hebt geleend moet je twee dingen terugbetalen

  1. Het leenbedrag (aflossen)
  2. Een vergoeding (rente)

Slide 7 - Slide

Vormen van consumptiefkrediet
- Persoonlijke lening 
(aflossen in vooraf afgesproken termijnen)

- Doorlopend krediet 
(betaal je ook in maandtermijnen terug,
maar het afgeloste bedrag kun je weer opnemen)

- Salariskrediet
(tot een bepaald bedrag in het rood → hangt van je salaris af)

Slide 8 - Slide

Persoonlijke lening

termijnbedrag x aantal maanden = totale kosten


totale kosten - lening = kredietkosten



Slide 9 - Slide

Kredietkosten: rekenvraag
Je leent €4.000 met een looptijd van drie jaar en betaalt in maandtermijnen van €130,-. Wat betaal je aan kredietkosten? 

Totale kosten 3 x 12 x €130  = €4.680
Leenbedrag                                = €4.000
----------------------------------------   - 
Kredietkosten                            =€      680

Slide 10 - Slide

Hypothecaire lening
  • Voor veel mensen de grootste lening
  • Voor een gebouw
  • Het huis of de grond dient als onderpand

Slide 11 - Slide

Oefenopgave

Slide 12 - Slide

H2.3 Lenen is betalen
Zelfstandig aan het werk:

maken opgave 21 t/m 29

Af? Dan maak je rekenopdrachten op blz 65 -> opgave 11 tm 14
Niet af? Huiswerk

Slide 13 - Slide

Je weet wat de 4 leenmotieven zijn.
JA
NEE

Slide 14 - Poll

Je kunt de 3 vormen van comsumptief krediet uitleggen.
JA
NEE

Slide 15 - Poll

Je kunt de verschillen aangeven tussen:
koop op afbetaling / huurkoop / leasen.
JA
NEE

Slide 16 - Poll

Je kunt uitleggen hoe een hypothecaire lening werkt.
JA
NEE

Slide 17 - Poll

Je kunt de kredietkosten van een lening berekenen.
JA
NEE

Slide 18 - Poll