tijden werkwoord

Het Latijn kent een tegenwoordige tijd (praesens) en drie verleden tijden: imperfectum, perfectum en plusquamperfectum.

1 / 44
next
Slide 1: Slide
LatijnMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 44 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Het Latijn kent een tegenwoordige tijd (praesens) en drie verleden tijden: imperfectum, perfectum en plusquamperfectum.

Slide 1 - Slide

Imperfectumvormen hebben dezelfde stam als praesensvormen.
Perfectum- en plusquamperfectumvormen worden gemaakt met een andere stam: de perfectumstam. 
Algemene regel perfectumstam:
a-stammen: praesensstam + v
e-stammen: praesensstam met u i.p.v. e
i-stammen: praesensstam + v
mk-stammen: praesensstam + s

Slide 2 - Slide

Voorbeelden:

de perfectumstam van voca-re is vocav-
de perfectumstam van terre-re is terru-
de perfectumstam van audi-re is audiv-



de perfectumstam van de mk-stam is onregelmatig.Die moet je leren. Ook onregelmatig:
fu- (esse) en potu- (posse)

Slide 3 - Slide

uitgangen praesens:
o, s, t, mus, tis, nt

uitgangen imperfectum:
ba+ (m, s, t, mus, tis, nt)

uitgangen perfectum:
i, isti, it, imus, istis, erunt

uitgangen plusquamperfectum:
era + (m, s, t, mus, tis, nt)

Slide 4 - Slide

Let bij de vertaling van een tekst goed op de juiste
vertaling van de werkwoordsvormen.
praesens: tt (ik loop)
imperfectum: ovt (ik liep)
perfectum: vtt (ik heb gelopen) of ovt (ik liep)
plusquamperfectum: vvt (ik had gelopen)

Slide 5 - Slide

Welke tijd heeft 'audiverat'?
A
praesens
B
imperfectum
C
perfectum
D
plusquamperfectum

Slide 6 - Quiz

Welke tijd heeft 'timuit'?
A
praesens
B
imperfectum
C
perfectum
D
plusquamperfectum

Slide 7 - Quiz

Welke tijd heeft 'audit'?
A
praesens
B
imperfectum
C
perfectum
D
plusquamperfectum

Slide 8 - Quiz

Welke tijd heeft 'eramus'?
A
praesens
B
imperfectum
C
perfectum
D
plusquamperfectum

Slide 9 - Quiz

Welke tijd heeft 'regebatis'?
A
praesens
B
imperfectum
C
perfectum
D
plusquamperfectum

Slide 10 - Quiz

Welke tijd heeft 'potuerat'?
A
praesens
B
imperfectum
C
perfectum
D
plusquamperfectum

Slide 11 - Quiz

Welke persoon heeft 'audivistis'?
A
1e persoon mv
B
2e persoon mv
C
3e persoon ev
D
2e persoon ev

Slide 12 - Quiz

Vertaal: Femina servum videt

Slide 13 - Open question

Vertaal: Femina servum viderat

Slide 14 - Open question

Vertaal: Femina servum vidit

Slide 15 - Open question

Vertaal: Femina servum videbat

Slide 16 - Open question

De vertaling 'wij zagen' hoort bij
A
praesens
B
imperfectum
C
perfectum
D
plusquamperfectum

Slide 17 - Quiz

De vertaling 'wij waren gekomen' hoort bij
A
praesens
B
imperfectum
C
perfectum
D
plusquamperfectum

Slide 18 - Quiz

De vertaling 'hij had gekund' hoort bij
A
praesens
B
imperfectum
C
perfectum
D
plusquamperfectum

Slide 19 - Quiz

De vertaling 'ik ben geweest' hoort bij
A
praesens
B
imperfectum
C
perfectum
D
plusquamperfectum

Slide 20 - Quiz

Welk liedje over het perfectum is het beste?
A
Mama se
B
Latijn is stampen

Slide 21 - Quiz

Wat is de perfectumstam van salutare?
A
saluta-
B
salutav-

Slide 22 - Quiz

Hoe maak je van de praesensstam iace- een perfectumstam?
A
iacu-
B
iacev-

Slide 23 - Quiz

fueram is een plusquamperfectum-vorm van het werkwoord .....

Slide 24 - Open question

poteram is een imperfectumvorm van het werkwoord .....

Slide 25 - Open question

Van welk werkwoord is 'vici' het perfectum?

Slide 26 - Open question

Wat zijn de kenletters van het perfectum?
A
v
B
u
C
v & u
D
v & e

Slide 27 - Quiz

Wat is geen perfectum?
A
potuimus
B
vocavistis
C
fuit
D
terret

Slide 28 - Quiz

iacui is het perfectum van?

Slide 29 - Open question

Wat is het perfectum van vincere?
A
vici
B
vinci
C
vinxi
D
vincui

Slide 30 - Quiz

Achter de perfectumstam komen de uitgangen van het perfectum actief. Wat zijn die uitgangen?

Slide 31 - Open question

Welk van deze vormen is een plusquamperfectum?
A
video
B
videre
C
videmus
D
videras

Slide 32 - Quiz

het plusquamperfectum herken je aan
A
vi
B
i
C
ba
D
era

Slide 33 - Quiz

Welk woord is een plusquamperfectum?
A
clamat
B
clamaverat
C
audiebat
D
audivit

Slide 34 - Quiz

Het plusquamperfectum is gelijk aan de
A
onvoltooid verleden tijd
B
voltooid verleden tijd
C
onvoltooid tegenwoordige tijd
D
voltooid tegenwoordige tijd

Slide 35 - Quiz

welke vorm is plusquamperfectum?
A
audivistis
B
superat
C
vici
D
timuerant

Slide 36 - Quiz

Praesens
Imperfectum
Perfectum
Plusquam- perfectum
Sleep de juiste stam naar de juiste tijd!
Praesensstam
Praesensstam
Perfectum stam
Perfectum stam

Slide 37 - Drag question

met welke stam maak je een plusquamperfectum?

Slide 38 - Open question

Welke vorm is plusquamperfectum?
timer
0:30
A
vocavi
B
vocamus
C
vocaverant
D
vocares

Slide 39 - Quiz

Wat zijn de kenmerkende letters van het plusquamperfectum?
timer
0:30

Slide 40 - Open question

fueram is een plusquamperfectum-vorm van het werkwoord .....

Slide 41 - Open question

Het plusquamperfectum kun je herkennen aan de
A
perfectumstam
B
persoonsuitgangen
C
perfectumstam + era + persoonsuitgangen
D
perfectumstam + eva + persoonsuitgangen

Slide 42 - Quiz

spectavimus
spectavisti
spectavit
spectavi
spectavistis
spectaverunt
zij keken
jij keek
jullie keken
wij keken
hij keek
ik keek

Slide 43 - Drag question

Zorg dat je de werkwoordsvormen herkent, dus leer de
uitgangen en de regelmatige en de onregelmatige perfectumstammen.

Zorg dat je weet hoe je de verschillende tijden vertaalt.

Slide 44 - Slide