1. Linking words

Linking words
1 / 22
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Linking words

Slide 1 - Slide

Aan het einde van de les:
Weet je wat voor soort 'linking words' er zijn, ken je de betekenis van de meest voorkomende 'linking words' en kun je hierdoor informatie uit een zin/tekst halen

Slide 2 - Slide

Wat zijn linking words?
En wanneer/hoe gebruik je ze?

Bekijk de uitleg op de volgende video

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Bestudeer de lijst (pag 4)
Bekijk de lijst in je portfolio en ga hiermee oefenen op Quizlet. Je benoemt bij elk woord wat voor soort zin er is (gevolg, opsomming, tegenstelling etc...)
De link staat op de volgende dia

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Link

Beantwoord de vragen
Geef steeds aan om wat voor soort zin het gaat. Gaat het over een gevolg, een opsomming, een conclusie ... etc.

Slide 7 - Slide

He has a big car and he likes to drive around a lot
A
reden
B
opsomming
C
resultaat
D
tegengestelde

Slide 8 - Quiz

He was home too late although he had promised to be home early
A
reden
B
opsomming
C
resultaat
D
tegengestelde

Slide 9 - Quiz

He bought a new car despite the loss of his job last month
A
reden
B
opsomming
C
resultaat
D
tegengestelde

Slide 10 - Quiz

I like football as well as football
A
reden
B
opsomming
C
resultaat
D
tegengestelde

Slide 11 - Quiz

In short, he is very good at English
A
opsommend
B
samenvattend
C
resultaat
D
reden

Slide 12 - Quiz

Due to bad weather the match is postponed
A
opsommend
B
samenvattend
C
resultaat
D
reden

Slide 13 - Quiz

Since he was tired, he fell asleep on the couch
A
opsommend
B
samenvattend
C
resultaat
D
reden

Slide 14 - Quiz

He was tired and as a result he fell asleep on the couch
A
opsommend
B
samenvattend
C
resultaat
D
reden

Slide 15 - Quiz

Betekenis oefenen?
Wil je ook nog de betekenis van alle linking words oefenen? Dan kun je dit doen met Quizlet. De link staat op de volgende dia

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Link

Zinnen oefenen?
Doe de oefening op de volgende site

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Link

What have you learnt?
Je kent veel voorkomende verbindingswoorden en weet wat dit doet met de betekenis van de zin

Slide 20 - Slide

Is er iets wat je nog niet zo goed snapt?
Zo ja, schrijf dit op.

Slide 21 - Open question

Slide 22 - Slide