3.4: De Holocaust

3.4: De Holocaust
Het verhaal van de systemische uitroeiing van de Europese joden gedurende de periode (1933-1945)


Made by: OVRA
1 / 24
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

3.4: De Holocaust
Het verhaal van de systemische uitroeiing van de Europese joden gedurende de periode (1933-1945)


Made by: OVRA

Slide 1 - Slide

Lesdoelen: 
• Je kan uitleggen welke antisemitisme er was in Duitsland.
• Je kan uitleggen hoe joodse Duitsers werden vervolgd.
• Je kan uitleggen hoe joden in Europa werden vermoord.
• Je kan uitleggen hoe joodse Nederlanders werden vervolgd.
• Je kan het volgende kenmerkend aspect in je eigen woorden uitleggen: Het racistisch en totalitair karakter van het nationaalsocialisme.
• De Duitse bezetting en de Jodenvervolging.
• Je kan 3 oorzaken noemen van de vooroordelen van Europeanen over joden.
• Je kan uitleggen wat de rassenleer van de Duitsers inhield tegenover de joden.
• Je kan 3 voorbeelden noemen hoe joodse Duitsers systematisch gediscrimineerd werden.
• Je kan 2 voorbeelden noemen hoe joden in Polen systematisch gediscrimineerd werden.



• Je kan uitleggen wat de definitieve oplossing was, van de Duitsers voor het joodse vraagstuk.
• Je kan het verschil uitleggen tussen een doorgangskamp en een vernietigingskamp.
• Je kan een ander woord geven voor de Holocaust.
• Je kan 3 andere groepen noemen die naast de joden ook vervolgd werden.
• Je kan uitleggen wat een ariërverklaring was.
• Je kan 3 voorbeelden noemen van anti-Joodse maatregelen in Nederland.
• Je kan 2 voorbeelden noemen van vernietigingskampen.
• Je weet hoeveel mensen er gedeporteerd zijn uit Nederland en hoeveel er levend terug kwamen.

Slide 2 - Slide

Wat weten jullie van de Jodenvervolging?

Slide 3 - Mind map

Je kan het volgende kenmerkend aspect in je eigen woorden uitleggen: Het racistisch en totalitair karakter van het nationaalsocialisme.

Slide 4 - Open question

Welke vragen moeten beantwoord worden in deze paragraaf?
- Wat is antisemitisme en vanaf wanneer kwamen de vervolgingen tot stand?
- Hoe werden Duitse joden vervolgd en hoe ging de Jodenvervolging in Nederland er aan toe?
- Wie was Anne-Frank? En waarom is zij symbool geworden van de Holocaust?

Slide 5 - Slide

In deze paragraaf leer je:
- welk antisemitisme er was in Duitsland
- hoe joodse Duitsers werden vervolgd
- hoe joden in Europa werden vermoord
- hoe joodse Nederlanders werden vervolgd

Kenmerkende aspecten: 
- het racistisch en totalitair karakter van het nationaalsocialisme
- de Duitse bezetting en de Jodenvervolging

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Je kan het volgende kenmerkend aspect in je eigen woorden uitleggen: Het racistisch en totalitair karakter van het nationaalsocialisme.

Slide 11 - Open question

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Je kan het volgende kenmerkend aspect in je eigen woorden uitleggen: Het racistisch en totalitair karakter van het nationaalsocialisme.

Slide 16 - Open question

Huiswerk
Maken paragraaf 3.4. 
Maken leerdoelen 3.4. 
Leren leerdoelen 3.4. 

Slide 17 - Slide

6

Slide 18 - Video

00:50
Hoeveel joden werden er vanuit Nederland gedeporteerd naar het oosten?
A
Meer dan honderdduizend
B
Meer dan tweehonderdduizend
C
Meer dan driehonderdduizend
D
Meer dan vierhonderdduizend

Slide 19 - Quiz

02:35
Waarom wil Hitler van de Joden af?
A
Het zijn bacillen die Duitsland ziek maken
B
Joden waren verantwoordelijk voor de economische crisis
C
Joden behoren niet tot het 'Arische ras'
D
Joden pikten alle banen in van Duitsers

Slide 20 - Quiz

03:55
Wat is een 'Ariërverklaring'?
Wat is een ariërverklaring?
A
Waarbij je tekent voor de haat tegen joden
B
Waarbij je tekent tegen de haat tegen de joden
C
Een verklaring waarbij je aangeeft geen joodse ouders of voorouders te hebben
D
Dat je voor de Duitsers bent en tegen Joden

Slide 21 - Quiz

04:48
Vanaf wanneer moeten de Joden in Nederland een 'gele ster' dragen?
A
1941
B
1942
C
1943
D
1944

Slide 22 - Quiz

04:48
Welke 3 vernietigingskampen waren er in Polen?
A
Westerbork, Auschwitz en Sobibor
B
Mauthausen, Treblinka en Dachau
C
Bergen-Belsen, Ravensbrück en Auschwitz
D
Auschwitz, Treblinka en Sobibor

Slide 23 - Quiz

09:00
Wat is Westerbork voor een soort kamp?
A
Concentratiekamp
B
Vernietigingskamp
C
Doorgangskamp
D
Getto

Slide 24 - Quiz