Overal NaSk hst 3.4 mengen en scheiden

Overal Nask Hst 3.4 Mengen en scheiden
1 / 24
next
Slide 1: Slide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Overal Nask Hst 3.4 Mengen en scheiden

Slide 1 - Slide

Doelen van deze uitleg:
  • Je weet wat mengsels zijn
  • Je kunt een aantal verschillende soorten mengsels     benoemen en beschrijven
  • Je kent 3 scheidingsmethodes en kan deze ook beschrijven
  • Je weet dat scheiden betekent: stoffen sorteren

Slide 2 - Slide

Zuivere stoffen en mengsels
Even stukje herhaling:
weet je nog wat een zuivere stof is?

Slide 3 - Slide

Zuivere stof
Dit is een stof die maar uit 1 soort deeltjes bestaat.

Bijvoorbeeld: een blok koolstof bevat alleen maar koolstofmoleculen. 

Slide 4 - Slide

Mengsels
Mengsels bestaan uit 2 (of meer) verschillende stoffen dus uit verschillende moleculen.

Bijvoorbeeld: een glas met limonade
bevat water en limonadesiroop

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Mengsels
Er zijn 3 soorten vloeibare mengsels.

Slide 7 - Slide

1: Oplossingen
  • oplosmiddel is altijd een vloeistof
  • oplossing is helder, je kunt er door heen kijken
  • kan kleur hebben of kleurloos zijn 
  • opgeloste stof kan een vaste stof, een gas of andere vloeistof zijn
  • vb suiker in water, thee enz. 

Slide 8 - Slide

2: Suspensie
  • oplosmiddel is een vloeistof
  • fijn verdeelde vaste stof, zwevend in het oplosmiddel
  • altijd troebel, je kunt er niet door heen kijken
  • vb verf

Slide 9 - Slide

3: Emulsie
  •  mengsel van fijnverdeelde vloeistoffen, altijd troebel. 
  •  Een emulsie kun (voor eventjes) goed laten mengen door toevoegen van een emulgator.
  • vb mayonaise (vet + water )
  • melk, boter, handcreme 

Slide 10 - Slide

Emulgator
Een emulgator zorgt ervoor, dat een emulsie niet gaat ontmengen.

zeep
eigeel (in mayonaise)

Slide 11 - Slide

Nog een paar andere mengsels
  • gas in vloeistof (bv. schuim op bier)
  • vloeistof in gas (bv. wolken)
  • gas in gas (bv. lucht)
  • gas in vaste stof (bv. piepschuim)
  • vaste stof in andere vaste stof (bv. beton)

Slide 12 - Slide

 mengsels scheiden= sorteren
  • Een mengsel bevat meerdere molecuulsoorten

  • bij scheiden van mengsels maak je gebruik van stofeigenschappen om de deeltjes te sorteren
  • elke scheidingsmethode berust op een andere stofeigenschap

Slide 13 - Slide

Indampen (berust op verschil in kookpunt) bij een oplossing

Slide 14 - Slide

suspensies 
suspensies en emulsies zonden emulgator 

Slide 15 - Slide

Scheden door faseovergangen 
Vriesdrogen :
- sterke koffie maken
- bevriezen
- in een zeer droge ruimte het ijs laten sublimeren

Slide 16 - Slide

Welk van de volgende uitspraken over een mengsel is/zijn waar?
A
Een mengsel bestaat uit een soort molecuul
B
Een mengsel bestaat uit twee of meer soorten moleculen
C
Een mengsel heeft een kookpunt
D
Een mengsel heeft een kooktraject

Slide 17 - Quiz

Als een oplossing geen kleur heeft, dan heet dit:
A
Doorzichtig
B
Kleurloos
C
Helder
D
Troebel

Slide 18 - Quiz

Wat voor soort mengsel is mayonaise?
A
Suspensie
B
Emulsie
C
Oplossing

Slide 19 - Quiz

Hoe kunnen we een oplossing scheiden?
A
Bezinken
B
Filtreren
C
Indampen
D
afschenken

Slide 20 - Quiz

Hoe kunnen we een suspensie scheiden?
A
Bezinken
B
Filtreren
C
Indampen
D
Afschenken

Slide 21 - Quiz

Welke scheidingsmethode moeten we gebruiken bij het scheiden van suiker en water?
A
Bezinken
B
Indampen
C
Filtreren
D
Afschenken

Slide 22 - Quiz

Welke scheidingsmethode moeten we gebruiken bij het scheiden van zand en water?
A
Filtreren
B
Indampen
C
Destilleren
D
Adsorberen

Slide 23 - Quiz

Doelen gehaald?
  1. Je weet wat mengsels zijn
  2. Je kent 3 scheidingsmethodes 
  3. Je weet dat scheiden betekent: stoffen sorteren

Slide 24 - Slide