This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Kapsel van Bowman
Eerste gekronkelde nierbuisje
Lus van Henle
Verzamel- buis
Ultrafiltratie
Water resorptie
Water resorptie
Resorptie van glucose
Slide 2 - Drag question
welke kracht of elke energiebron zorgt voor ultrafiltratie?
A
ATP
B
osmose
C
diffusie
D
bloeddruk
Slide 3 - Quiz
Wat is waar over de samenstelling van voorurine?
A
deze is exact hetzelfde als bloedplasma
B
deze lijkt op bloedplasma, maar zonder de bloedcellen
C
deze lijkt op bloedplasma, maar zonder bloedcellen en eiwitten
D
deze is ongeveer hetzelfde als weefselvloeistof
Slide 4 - Quiz
Als je veel water gedronken hebt, krijg je dan veel of weinig ADH in je bloed? Waarom?
A
Veel ADH want ADH stimuleert de uitscheiding van water
B
Veel ADH want ADH remt de uitscheiding van water
C
Weinig ADH want ADH stimuleert de uitscheiding van water
D
Weinig ADH want ADH remt de uitscheiding van water
Slide 5 - Quiz
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Werking hormonen
Slide 8 - Slide
werking hormonen
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Video
Is bij diabetes de bloedsuikerspiegel meestal te hoog of te laag?
A
Te hoog, dat heet
'een hypo'
B
Te laag, dat heet
'een hypo'
C
Te hoog, dat heet
'een hyper'
D
Te laag, dat heet
'een hyper'
Slide 13 - Quiz
Wat is in een gezond persoon de 'sensor' voor bloedsuiker?
A
De lever
B
De eilandjes van Langerhans
C
De hypofyse
D
De aorta
Slide 14 - Quiz
Waar wordt in een gezond persoon insuline gemaakt? En glucagon?
A
Insuline in de lever en glucagon in de alvleesklier
B
Beide in de nieren
C
Insuline in de alvleesklier en glucagon in de lever
D
Beide in de alvleesklier
Slide 15 - Quiz
Noem een manier om zonder insuline de bloedsuikerspiegel omlaag te krijgen.
Slide 16 - Open question
Noem een manier om zonder glucagon de bloedsuikerspiegel omhoog te krijgen.
Slide 17 - Open question
Slide 18 - Slide
Slide 19 - Slide
BINAS 89 C
T4 = thyroxine
= een voorloperhormoon van T3
T4 -> T3
Slide 20 - Slide
Verbranding in de cellen
Schildklierhormoon (T3 of T4)
TSH
TRH
Remt
Stimuleert
Slide 21 - Drag question
BINAS 89 C Bij mensen met kanker aan de schildklier wordt deze soms verwijderd. Wanneer er na zo'n operatie geen schildklierhormoon (T3 en T4) meer wordt gemaakt, wat gebeurt er dan met de hoeveelheid TRH en TSH?
A
Ze dalen beide want ze hebben geen functie meer
B
Ze stijgen beide want er is geen rem meer van T3 en T4
C
Ze blijven gelijk want deze hormonen worden standaard aangemaakt
D
Ze stijgen beide want ze nemen de functie van schildklierhormoon over
Slide 22 - Quiz
Einde
Maak uit je boek: 13.5 vraag 2, 4, 5 en 7
Leer de volgende dia's: 3, 4, 5 (ja de vragen zijn ook leerstof) 8, en 16.