6.e Thema en motieven

6.e Thema en motieven
1 / 11
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 11 diapositives, avec quiz interactif et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 80 min

Éléments de cette leçon

6.e Thema en motieven

Slide 1 - Diapositive

Programma
-Nakijken + controleren huiswerk

-Herhalen Schrijfopdracht

-Thema en motieven

-Oefenen + huiswerk
10 min

10 min

10 min

40 min

Slide 2 - Diapositive

Leerdoelen
Wat behandelen we vandaag?

  • Ik weet wat thema's en motieven zijn.
  • Ik kan me verplaatsen in een situatie in een verhaal en motieven herkennen.
  • Ik kan motieven verbinden met de thematiek van een verhaal.
  • Ik kan met behulp van bekende verteltechnieken een verhaal ontwerpen. 

Slide 3 - Diapositive

Verwerkingsopdracht fictie
Schrijf een brief aan de hoofdpersoon. 
Opdracht in Classroom. 

Deadline vanavond 20 23:59. 

Slide 4 - Diapositive

Huiswerk controleren + nakijken
Open je schrift. 
Ga naar Google Classroom. 
In de map "Nederlands h3u" vind je een kopje met "Antwoorden". 
Daarin staan de antwoorden van vorige les.
Kijk je gemaakte opdrachten na.  

Slide 5 - Diapositive

Schrijfopdracht HAVO

Je schrijft een krantenartikel over taal en identiteit en doet daarvoor bronnenonderzoek. 

Op Nederlandse universiteiten en hogescholen wordt veel Engels gebruikt. Sommige studies zijn zelfs helemaal in het Engel. Ook sommige middelbare scholen bieden tweetalig onderwijs aan. In dit blok heb je geleerd dat taal onderdeel van je identiteit is en dat taal een manier is om uitdrukking te geven aan wie je bent. Je gaat nu een krantenartikel schrijven van ongeveer 500 woorden waarin je reageert op de volgende stelling: "Engelstalig onderwijs tast de Nederlandse identiteit aan."  

Ik kies willekeurig een aantal teksten die ik voorlees. 

Slide 6 - Diapositive

Schrijfopdracht VWO

Je schrijft om na te denken over een bepaalde kwestie. 

Vaak heb je tijdens het schrijven een duidelijk doel voor ogen. Maar je kunt ook schrijven om je gedachten over een bepaalde kwestie of een bepaald probleem op een rijtje te zetten. Je schrijft dan om na te denken. Al schrijvende kom je vaak tot nieuwe inzichten. Je neemt je lezers mee in jouw gedachten en nodigt ze uit om ook verder te denken over het onderwerp. In deze opdracht schrijf je een tekst over het volgende scenario: "Wat als de Verenigde Naties besluiten dat vanaf 1 januari volgend jaar de hele wereld dezelfde taal moet gaan spreken." 

Ik kies willekeurig een aantal teksten die ik voorlees. 

Slide 7 - Diapositive

Thema en motieven


Thema --> belangrijkste onderwerp van een verhaal.
Motief --> herhaling van gebeurtenissen en de herhaling van gedragingen en gevoelens van personages. 

Slide 8 - Diapositive

Duizend en ik


HAVO --> oefenboek blz 108-110. 
VWO --> oefenboek blz 116-118. 

Slide 9 - Diapositive

Schrijfopdracht
Wie?
Zelfstandig en stil
Wat?
HAVO: hoofdstuk 6 paragraaf E, opdracht 10 t/m 17.
VWO: hoofdstuk 6 paragraaf E, opdracht 5 t/m 16.
Hoe?
HAVO: oefenboek blz 1106-111.
VWO: oefenboek blz 114-119.
Handboek blz 122-123. 
Hulp?
Docent.
Tijd?
Tot 12:50.
Uitkomst?
Je beheerst de leerdoelen.
Klaar?
Zie studiewijzer volgende week.

Slide 10 - Diapositive

Welke leerdoelen beheers je nu?
Deze leerdoelen beheers ik nu al
Deze leerdoelen beheers ik nog niet. Dus ga ik hier nog mee verder oefenen/lezen. Anders vraag ik hulp aan de docent.
Ik weet wat thema's en motieven zijn.


Ik kan me verplaatsen in een situatie in een verhaal en motieven herkennen.


Ik kan met behulp van bekende verteltechnieken een verhaal ontwerpen.  
 

Ik kan motieven verbinden met de thematiek van een verhaal.

Slide 11 - Question de remorquage