In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Onderdelen in deze les
Volledige en onvolledige verbranding
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoelen
Na deze les kan je:
het proces beschrijven van de verbranding van aardgas.
kenmerken benoemen van een volledige verbranding.
de kenmerken benoemen van een onvolledige verbranding.
de gevaren van kolendamp benoemen.
Slide 2 - Tekstslide
Wat ga je doen deze les
Herhaling voorgaande lessen
Filmpje
Extra informatie 5.3
Lezen 5.3
Maken opdrachten 5.3
Checken of je alles kent en kunt!
Slide 3 - Tekstslide
Help! Een pan met olie staat in brand. Hoe kan ik dit blussen?
Slide 4 - Open vraag
De index
Alcohol: formule is C2H6O
De index staat achter het symbool en wordt weggelaten als de index 1 is.
De index geeft aan hoeveel atomen van een soort in het molecuul zit.
Slide 5 - Tekstslide
De index. Wat is de index van koolstof in
C2H6O
Slide 6 - Open vraag
De index. Wat is de index van waterstof in
C2H6O
Slide 7 - Open vraag
De index. Wat is de index van zuurstof in
C2H6O
Slide 8 - Open vraag
Slide 9 - Video
volledige verbranding koolwaterstoffen
kleurloze of blauwe vlam
er onstaat waterdamp en koolstofdioxide
beide gassen zijn (net als distikstofoxide)broeikasgassen en kunnen zorgen voor versterkt broeikaseffect als ze afkomstig zijn van fossiele brandstoffen
onvolledige verbranding koolwaterstoffen
oranje of gele vlam
er onstaat waterdamp, koolstof(=roet) en koolstofmonoxide
koolstofmonoxide (=kolendamp)is een dodelijk gas
koolstofmonoxide is zwaar (net als koolstofdioxide), kleur- en geurloos en voorkomt opname van zuurstof -> je stikt
Slide 10 - Tekstslide
Fossiele brandstoffen
Slide 11 - Tekstslide
Effecten verbranding van fossiele brandstoffen
meer H₂O en CO₂in dampkring.
gemiddelde temperatuur stijgt
verandering klimaat: sommige plekken droger andere plekken juist vochtiger
smelten poolijs en stijging waterspiegel
uitsterven dieren en planten en meer kans op epidemie
Slide 12 - Tekstslide
fossiele brandstoffen of afgeleiden daarvan (benzine, diesel en kerosine)
bestaan uit koolwaterstof verbindingen
dus moleculen die in ieder geval koolstof- en waterstofatomen bevatten
bij volledige verbranding hiervan ontstaat dus altijd CO₂(g) en H₂O(g)
CO₂ kun je aantonen met kalkwater (=de reagens)
Slide 13 - Tekstslide
Koolwaterstoffen
Alle stoffen die bestaan uit koolstof (C) en waterstof (H) noemen we koolwaterstoffen. Soms zit er ook een enkel zuurstof of stikstof atoom bij.