De Filmfabriek, gr 1/2, les 1 DEF

GROEP 1/2
LES 1: Verhaal

1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
MediawijsheidNederlands+2BasisschoolGroep 1,2

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

GROEP 1/2
LES 1: Verhaal

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Inhoud
Introductie

Informatie: verhaal

Opdracht: verhaal verzinnen

Afsluiting: informatie over de leerlijn



Benodigdheden
- Bijlage 1.1: Begrippenlijst verhaal (gr 1 t/m 8, les 1) ;
- Bijlage 1.2: Werkblad verhaal (gr 1 t/m 8, les 1), 1 kopie voor de leerkracht;
- Bijlage 1.3: Verhalen (gr 1 t/m 8, les 1).

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

- Wat vind jij een stomme film? Waarom?
- Wat denk je dat er ook wel met een 'stomme 
  film' wordt bedoeld? Weet je nog wat Nikita 
  daarover vertelde?
 
- Bekijk nu het stomme filmpje op de volgende 
  slide. 
Introductie

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

- Wat vond je van het stomme filmpje?
- Is het filmpje oud of nieuw? Waarom denk je dat?
- Heb je geluid gehoord in het filmpje? Zo ja, wat?

 

Introductie

Slide 7 - Tekstslide

Informatie: verhaal
Begin - Waar gaat het over?
In het begin worden de hoofdpersonen voorgesteld, met vaak hun dromen/wensen. Ook wordt duidelijk waar het verhaal zich afspeelt en wat de sfeer van de film is. 
Midden - Wat gebeurt er en waarom?
In het midden moeten de hoofdpersonen problemen/weerstanden overwinnen om hun dromen/wensen te kunnen vervullen. Vaak gebeurt er iets vervelends/spannends en/of moeten ze wat oplossen/onderzoeken. 
Eind - Hoe loopt het af?
In het eind wordt duidelijk of de hoofdpersonen hun dromen/wensen hebben vervult. Dat bepaalt of het goed of slecht afloopt. Vaak hebben de hoofdpersonen het antwoord op hun vraag/gevoel gevonden of hebben ze iets opgelost. Eind goed, al goed! 
BEGIN
MIDDEN
EIND

Slide 8 - Tekstslide

Informatie: verhaal
Voorbeeld Roodkapje - begin
Roodkapje krijgt een mandje met lekkers en gaat op weg naar haar zieke oma. Onderweg plukt Roodkapje bloemetjes en komt ze een wolf tegen.
Hoofdpersonen: Roodkapje (goed) en de wolf (slecht). 
Wens Roodkapje: oma verwennen.
Voorbeeld Roodkapje - midden
De wolf eet oma op. Als Roodkapje bij oma aankomt, wordt ook zij door de wolf opgegeten.
Probleem: Roodkapje kan oma niet verwennen, omdat ze wordt opgegeten. 
Voorbeeld Roodkapje - eind
De jager hoort de wolf snurken. Hij bevrijdt oma en Roodkapje uit de buik van de wolf. Ze stoppen er stenen voor in de plek terug. De wolf wordt wakker, krijgt dorst en gaat naar de put om water te drinken. Hij valt voorover in de put. Eind goed, al goed! 
Probleem is opgelost: Roodkapje kan oma weer verwennen. 
BEGIN
MIDDEN
EIND

Slide 9 - Tekstslide

Informatie: verhaal
Wie?
Wie zijn de hoofdpersonen van het verhaal? Zijn er nog andere personages? Zo ja, wie zijn dat?
Waar?
Waar speelt het verhaal zich af? Bijv. binnen (in een school of woonkamer) en/of buiten (in een bos of stad).
Wanneer?
Wanneer speelt het verhaal zich af? Noem de periode (bijv. in de middeleeuwen, in de toekomst of in de zomer). Noem ook de duur (vindt het verhaal bijv. plaats op één dag of in een maand).
Wat?
Wat maken de hoofdpersonen mee in het verhaal? Wat gebeurt er?
Waarom?
Waarom doen de personages bepaalde dingen? Wat is hun motivatie?
Hoe?
Hoe lost het verhaal op?
EIND
BEGIN
MIDDEN

Slide 10 - Tekstslide

Bedenk een verhaal aan de hand van de volgende punten:
     - Begin:     WIE?
     - Begin:     WAAR?
     - Begin:     WANNEER?
     - Midden:  WAT?
     - Midden:  WAAROM?
     - Eind:       HOE?
Let op de haalbaarheid! 
Het moet in/rondom de school te filmen zijn. 
Opdracht: verhaal verzinnen
Let op het aantal rollen! 
Het zou leuk zijn als zo veel mogelijk kinderen te zien zijn in de film.
Noteer het verhaal in bijlage 1.2

Slide 11 - Tekstslide

Geen inspiratie voor het verhaal? Bedenk het volgende:
- Is er een thema/project in de klas waar het filmverhaal over kan gaan?
- Is er een boek waarbij het verhaal als inspiratie kan dienen voor de film?
- Wie is er al eens op (school)reis geweest? Heb je toen wat meegemaakt?
- Doe je in het weekend wel eens wat leuks? Zo ja, wat dan?
- Wie zit er op een leuke sport of heeft een leuke hobby? 
- Heeft één van de ouders misschien een inspirerende baan?
Opdracht: verhaal verzinnen
Of gebruik een basisverhaal uit bijlage 1.3

Slide 12 - Tekstslide

Les 1: Verhaal
Les 2: Cameratechnieken
Les 3: Reclame
Les 4: Personages & acteren
Les 5: Art direction (kleding, rekwisieten, etc.)
Les 6: Geluid & muziek
Les 7: Filmen
Les 8: Montage
Aflsuiting: De Filmfabriek
Rolverdeling
Welke les lijkt je het leukste? Waar wil je het meeste over weten? Welke rol wil je hebben tijdens dit project?
In les 4 worden de rollen van de personages verdeeld en genoteerd in bijlage 4.2. 
Gebruik dit werkblad eventueel nu ook al.

Slide 13 - Tekstslide

Gemaakt door: 







Gefinancierd door:
Met dank aan:

Slide 14 - Tekstslide