Barok

1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
KunstgeschiedenisMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide


Wat is de oorsprong
van het woord Barok?
A
Franse 'Baroque'
B
Portugese 'Barroco'
C
Spaanse 'Barrocos'
D
Vernoemd naar de Italiaanse kunstenaar Barroco

Slide 2 - Quizvraag


Wat is de betekenis
van het woord Barroco?
A
'onregelmatig gevormde parel'
B
'onregelmatig gevormde oester'
C
'onregelmatig gevormde diamant'
D
'onregelmatig gevormde mossel'

Slide 3 - Quizvraag

Claire-Obscure wordt veel gebruikt 
in schilderkunst tijdens de Barok.

Voor meer informatie:



Lesboek kunst op niveau pagina 54 of
https://nl.wikipedia.org/wiki/Clair-obscur_(schilderkunst)

Slide 4 - Tekstslide


Wat is de definitie van
Claire-Obscure in de schilderkunst?

Slide 5 - Open vraag





Een voorbeeld van Clair-Obscure.

Slide 6 - Tekstslide


Zoek een schilderij uit de Barok met Claire-Obscure. Beschrijf duidelijk wat en waar je de Claire-Obscure kunt zien.
Gebruik hiervoor bijvoorbeeld Photoshop.

Slide 7 - Open vraag

Naast 'Claire-Obscure' zijn er nog meer stijlkenmerken.

Lesboek kunst op niveau pagina 56 of
https://nl.wikipedia.org/wiki/Clair-obscur_(schilderkunst)

Slide 8 - Tekstslide


Welke stijlkenmerken van de Barok schilderkunst
kun je allemaal opsommen?
(minimaal 6 verschillende stijlkenmerken)

Slide 9 - Open vraag


Zoek een schilderij uit (uit de Barok periode)
Geef minimaal 3 stijlkenmerken aan.
Gebruik hiervoor bijvoorbeeld Photoshop.

Slide 10 - Open vraag

Bekijk het filmpje en geef vervolgens 
antwoord op de vragen.

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video


Welke periode is onderdeel van de Barok?
A
Laat Renaissance
B
Laat Gotiek
C
Rococo
D
Vroeg renaissance

Slide 13 - Quizvraag


Naast de Rococo of Laatbarok zijn nog 2 periodes onderdeel van de Barok. Welke . . .

Slide 14 - Open vraag


Welke stroming is
GEEN stroming binnen de Barok?
A
Kerk (Contra Reformatie)
B
Vorstelijk Absolutisme
C
Expressionisme
D
Hollands Realisme

Slide 15 - Quizvraag


Bij het Hollands Realisme
ligt bij de onderwerp keuze de nadruk op . . .
A
Uitbundig onderwerpen
B
Droevig onderwerpen
C
Agressieve onderwerpen
D
Ingetogen onderwerpen

Slide 16 - Quizvraag

Wat hoort bij wat? Is de kerk bezig met imponeren? 
Of is toch propaganda? Sleep en het zal duidelijk worden

Slide 17 - Tekstslide

Kerk (Contra Reformatie)
Vorstelijk Absolutisme
Imponeren
Propaganda

Slide 18 - Sleepvraag


Wat deed of was het beroep Shakespaere?

Slide 19 - Open vraag


Wat deed of was het beroep Vondel?

Slide 20 - Open vraag


Wat deed of was het beroep Vivaldi?

Slide 21 - Open vraag


Benoem de 4 stijlkenmerken van de Totaalkunst zoals deze bij de Barok passen.

Slide 22 - Open vraag

In de schilderkunst tijdens de Barok wordt 
veel gebruik gemaakt van asymmetrische composities.

Dit gebeurd ook bij de toegepaste vormgeving.

Slide 23 - Tekstslide


Zoek een affiche dat gebruik maakt van een diagonale of asymmetrische compositie . . .

Slide 24 - Open vraag

Slide 25 - Tekstslide