Note étape 5

Passé composé met être
Le passé composé – voltooide tijd
In het Nederlands > vormen zoals ‘ik ben geweest, ik ben gegaan et cetera.
Om de passé composé te maken, maak je 3 stappen:
1. Vul de juiste vorm in van ‘être’ (zijn)
2. Vul het volt. dw in
3.  Moet er nog een e of s achter het volt. dw

1 / 3
volgende
Slide 1: Tekstslide
ArabischBasisschoolGroep 4

In deze les zitten 3 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Passé composé met être
Le passé composé – voltooide tijd
In het Nederlands > vormen zoals ‘ik ben geweest, ik ben gegaan et cetera.
Om de passé composé te maken, maak je 3 stappen:
1. Vul de juiste vorm in van ‘être’ (zijn)
2. Vul het volt. dw in
3.  Moet er nog een e of s achter het volt. dw

Slide 1 - Tekstslide

Passé composé met être
Je suis
Tu es
Il / elle / on est
Nous sommes
Vous êtes
Ils/ elles sont
Voltooiddeelwoord: été
Let op! Ik ben geweest zeg je in het frans met hebben
J’ai été à Paris

Slide 2 - Tekstslide

Vervoegingen met être 
Met «être» moet je het voltooid deelwoord ook vervoegen :
• mannelijk enkelvoud = voltooid deelwoord    (allé )
• vrouwelijk enkelvoud = voltooid deelwoord + e  (allée)
• mannelijk meervoud = voltooid deelwoord + s (allés)
• vrouwelijk meervoud = voltooid deelwoord + es (allées)

Slide 3 - Tekstslide