Bestuursrecht les 3 (cohort 2018)

Bestuursrecht
Les 3
KE5: Brede kennis staats- en bestuursrecht
VE2: Specialistische kennis bestuursrecht
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
RechtMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Bestuursrecht
Les 3
KE5: Brede kennis staats- en bestuursrecht
VE2: Specialistische kennis bestuursrecht

Slide 1 - Tekstslide

Check
Begrippen:
1. Wet in formele zin
2. Wet in materiële zin
3. Feitelijke handeling
4. Rechtshandeling
- Privaatrechtelijke rechtshandeling
- Publiekrechtelijke rechtshandeling

Slide 2 - Tekstslide

Algemeen & bijzonder bestuursrecht

Slide 3 - Tekstslide

Algemeen bestuursrecht
  • Regels die gelden voor alle verschillende bestuurstaken van de overheid.
  • Regels die in principe altijd gelden, ongeacht met welk deel van de bestuurstaak de overheid bezig is. 
  • Gaat 'nergens' in het bijzonder over.
  • Voorbeeld: Algemene wet bestuursrecht

Slide 4 - Tekstslide

Bijzonder bestuursrecht
  • Richt zich op de inhoud van de verschillende bestuurstaken. 
  • Gaat 'ergens' in het bijzonder over.  
  • Voorbeeld: Vreemdelingenwet 2000, Participatiewet, Wet algemene bepalingen omgevingsrecht

Slide 5 - Tekstslide

Algemene wet bestuursrecht
  • Doel: meer uniformiteit (eenheid) in procedures.
  • Awb bevat algemene regels voor de verhouding tussen overheid en burgers en bedrijven (= bestuursrecht).
  • Awb bevat regels over bezwaarprocedure en beroep bij rechtbank (= bestuursprocesrecht).

Slide 6 - Tekstslide

Verhouding Awb en bijzondere wetten
  • Awb en bijzondere wetten zijn gelijkwaardig.
  • Regels in bijzondere wet gaan voor regels in Awb. 
  • Belangrijk! Regels Awb zijn op alle bijzondere wetten van toepassing, tenzij de bijzondere wet zelf een andere regeling geeft.

Slide 7 - Tekstslide

Spelregels voor wetten
  1. Superioriteitsregel: hoge regelgeving gaat voor lage regelgeving.
  2. Specialiteitsregel: bijzondere wetgeving gaat voor algemene regelgeving.
  3. Posterioriteitsregel: nieuwe regelgeving gaat voor oude regelgeving. 

Slide 8 - Tekstslide

Hierarchie wetgeving
Een lager voorschrift mag niet in strijd zijn met een hoger voorschrift. 

Voorbeeld: gemeenteraad maakt verordening in strijd met wet in formele zin; rechter verklaart lagere regeling (gemeentelijke verordening) onverbindend. 

Slide 9 - Tekstslide

Algemeen bestuursrecht gaat over
A
de Grondwet
B
de bevoegdheden van de overheid
C
hoe de overheid haar bestuurstaak moet uitvoeren
D
de inhoud van de bestuurstaak

Slide 10 - Quizvraag

Begrippen
1. Algemeen bestuursrecht
2. Bijzonder bestuursrecht
3. Superioriteitsregel
4. Specialiteitsregel
5. Posterioriteitsregel

Slide 11 - Tekstslide