quiz onderwijs op afstand

• ICT-basisvaardigheden
• Basisschool
• Groep 6

Vandaag doen we een quiz! Hebben jullie er zin in?

1. jaaaaaaaaaaaaaaaaa
2. Tuurlijk!!
3. Whoop whoop!
4. gewoon nee!

1. Dit is een staafgrafiek
2. Dit is een tabel
3. Dit is een lijngrafiek
4. Dit is een cirkeldiagram

1. Op maandag en dinsdag zijn er 15 sokken
2. op woensdag en donderdag zijn er 10 sokken
3. op donderdag en vrijdag zijn er 20 sokken
4. Op vrijdag en zaterdag zijn er 10 sokken

Wat doen we op 5 mei

1. We herdenken de doden van de oorlogen
2. Dan is het moederdag
3. Dan vieren we de vrijheid
4. Dan gaan we weer naar school.

Waarom hangen mensen de vlag halfstok?

1. Dan herdenk je iets verdrietigs
2. Dan vier je iets vrolijks
3. Dat doe je alleen op 4 mei
4. Dan is iemand van de koninklijke familie jarig

Wat is in de volgende zin het lidwoord?
De juf heeft 14 leerlingen

1. de
2. juf
3. heeft
4. leerlingen

Wat is geen zelfstandig naamwoord?

1. foto
2. fietst
3. auto
4. bokshandschoen

1. Dit is een tabel
2. Dit is een lijngrafiek
3. Dit is een cirkeldiagram
4. Dit is een staafgrafiek

Op welke dagen worden er geen stappen gemaakt?

1. maandag en dinsdag
2. woensdag en donderdag
3. donderdag en vrijdag
4. zaterdag en zondag

Wat werd er op 12 april gevierd?

1. Juf was jarig en werd weer 25!
2. Dag van de ruimtevaart
3. Pasen
4. het jaarlijkse Flierdoesivol-feest

Welk dier was het eerste dier op de maan?

1. Een hond
2. Een schildpad
3. Een kat
4. Een paard

In welk jaar ging de eerste mens naar de maan?

1. 2019
2. 1969
3. 1987 (mooi jaar, want toen werd juf ook geboren)
4. 1975

Wat is geen bijvoeglijk naamwoord?

1. groene
2. sterke
3. man
4. boze

1. Dit is een lijngrafiek
2. Dit is een staafgrafiek
3. Dit is een cirkeldiagram
4. Dit is een tabel

5 meter is ..... centimeter
(Kijk goed naar de stapjes)

1. 50
2. 500
3. 5000
4. 50000

Kijk naar de stapjes.
800 millimeter = ..... centimeter

1. 8000
2. 80
3. 8
4. 800

40 decimeter =..... millimeter

1. 4
2. 400
3. 4000
4. 40000

Waarom zijn er paashazen tijdens Pasen?

1. Die horen bij de lente
2. Die horen bij het Christelijk geloof
3. Die horen bij de zomer

Wat is jouw lievelingssmaak?

Wat mag je hier niet?

1. Niet rennen
2. niet hamsteren
3. niet graven
4. niet buiten spelen

Hoeveel centimeter is 1,5 meter

1. 15
2. 150
3. 1500
4. 15000

Waar zie je het vooraanzicht

1. A
2. B
3. C

Wat is geen werkwoord

1. fietsen
2. schrijven
3. schrift
4. lopen

Wat vind je ervan dat je weer naar school toe kan na de meivakantie?