Reactie kloppend maken

Molecuulformules
- Jullie moeten een aantal atomen met symbolen uit je hoofd leren, deze staan in de tabellen van hoofdstuk 4.

- Bijvoorbeeld koolstof heeft het symbool C, waterstof het symbool H, zuurstof het symbool O, etc.

- Met deze atomen kan je moleculen maken
1 / 9
volgende
Slide 1: Tekstslide
nask2Middelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 9 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Molecuulformules
- Jullie moeten een aantal atomen met symbolen uit je hoofd leren, deze staan in de tabellen van hoofdstuk 4.

- Bijvoorbeeld koolstof heeft het symbool C, waterstof het symbool H, zuurstof het symbool O, etc.

- Met deze atomen kan je moleculen maken

Slide 1 - Tekstslide

Moleculen
De molecuulformule van nicotine is: C10H14N2

Dat betekend dat de volgende atomen in 1 molecuul nicotine zitten:
- 10 koolstofatomen
- 14 waterstofatomen
- 2 stikstofatomen

De cijfers in dit molecuul noemen we de index en geeft dus het aantal atomen aan.
De index mag je niet veranderen, dan verander je namelijk het molecuul en is het geen nicotine meer

Slide 2 - Tekstslide

index & coefficient
Wat ik wel mag veranderen is het aantal nicotine moleculen:

Ik kan zeggen ik heb 1 molecuul nicotine:
C10H14N2

Ik kan ook zeggen ik heb 5 moleculen nicotine:
5 C10H14N2

Wat niet mag:
C50H70N10   Want dit is geen nicotine molecuul meer!

Slide 3 - Tekstslide

Wet van massabehoud
- In hoofdstuk 3 hebben jullie geleerd dat de massa van de beginstoffen gelijk is aan de massa van de eindproducten.
- Ook hebben jullie daar reactieschema's getekend

Voorbeeld:
waterstof (g) + zuurstof (g) --> water (l)

De massa van het waterstof en zuurstof is dus gelijk aan de massa van water

Slide 4 - Tekstslide

Reactie
H2 (g) +  O2 (g)             →  H2O (l)

Voor de pijl heb ik:
H: 2
O: 2

Na de pijl heb ik:
H: 2
O: 1


Slide 5 - Tekstslide

Reactie
H2 (g) +  O2 (g)             →  H2O (l)

De index mag ik niet veranderen, maar de coefficient (aantal moleculen) wel!

Als ik nu dit invul:
H2 (g) + O2 (g) → 2  H2O (l)

voor de pijl:      na de pijl:
H: 2                        H: 4
O: 2                        O: 2

Slide 6 - Tekstslide

Reactie
H2 (g) +  O2 (g)             →  H2O (l)

De index mag ik niet veranderen, maar de coefficient (aantal moleculen) wel!

Als ik nu dit invul:
2 H2 (g) + O2 (g) → 2  H2O (l)

voor de pijl:      na de pijl:
H: 4                        H: 4
O: 2                        O: 2

Slide 7 - Tekstslide

Reactie
2 H2 (g) + O2 (g) → 2  H2O (l)

voor de pijl:      na de pijl:
H: 4                        H: 4
O: 2                        O: 2

Ik heb nu evenveel waterstof en zuurstof atomen voor de pijl als na de pijl, de reactievergelijking klopt nu!

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Link