Spelling 4.8 - 2 kgt

Spelling 4.8 - 2 kgt
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 2

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Spelling 4.8 - 2 kgt

Slide 1 - Tekstslide

Lesplanning
- Uitleg theorie spelling 4.8 + oefeningen
- Maak opdrachten van spelling 4.8

Lesdoel:
- Je weet hoe je een voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord moet schrijven.

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Vul de juiste persoonsvorm (verleden tijd) in:

Hij ... (zetten) netjes koffie voor zijn visite.

Slide 4 - Open vraag

Vul de juiste persoonsvorm (verleden tijd) in:

Vorig jaar ... (verhuizen) hij naar Hoorn.

Slide 5 - Open vraag

Vul de juiste persoonsvorm (verleden tijd) in:

De dief ... (vluchten) snel naar buiten.

Slide 6 - Open vraag

Vul de juiste persoonsvorm (verleden tijd) in:

De vliegtuigen ... (landen) net op tijd.

Slide 7 - Open vraag

Slide 8 - Tekstslide

Wij zijn gelukkig goed verzekerd.

Wat voor woord is 'verzekerd'?
A
persoonsvorm
B
voltooid deelwoord

Slide 9 - Quizvraag

Hij verzekert ons dat alles goed gaat.

Wat voor woord is 'verzekert'?
A
persoonsvorm
B
voltooid deelwoord

Slide 10 - Quizvraag

De rekening is betaald.

Wat voor woord is 'betaald'?
A
persoonsvorm
B
voltooid deelwoord

Slide 11 - Quizvraag

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Vul het juiste bijvoeglijk naamwoord in.

De prijzen zijn verloot. De ... (verloten) prijzen.

Slide 14 - Open vraag

Vul het juiste bijvoeglijk naamwoord in.

De wedstrijd is verloren. De ... (verliezen) wedstrijd.

Slide 15 - Open vraag

Vul het juiste bijvoeglijk naamwoord in.

De jongen is gered. De ... (redden) jongen.

Slide 16 - Open vraag

Lesplanning
- Maak van spelling 4.8, opdr. 1, 3, 4, 5 en 6 (blz. 72-76) en leer de theorie over 'voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord' (op blz. 75 van je B-boek).
= huiswerk dinsdag 1 maart


Lesdoel:
- Je weet hoe je een voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord moet schrijven.

Slide 17 - Tekstslide