Toets H4 Hofcultuur

Voor je heb je de toets: 
HAVO 4 Hofcultuur

De toets bestaat uit 12 vragen + een BONUSvraag
Je kunt in de toets heen en weer klikken om bronnen nogmaals te bekijken.

Je hebt nodig: 
oortjes
Je mag niet: 
andere websites of programma's gebruiken dan deze Lesson up
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
KunstMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Voor je heb je de toets: 
HAVO 4 Hofcultuur

De toets bestaat uit 12 vragen + een BONUSvraag
Je kunt in de toets heen en weer klikken om bronnen nogmaals te bekijken.

Je hebt nodig: 
oortjes
Je mag niet: 
andere websites of programma's gebruiken dan deze Lesson up

Slide 1 - Tekstslide

TIPS
Lees de vraag goed, beluister eventueel bronnen nog een keer.
Geef je antwoord bondig, maar wel in hele zinnen.
Benoem bij een vergelijking beide onderdelen.
Stel jezelf vragen als: omdat? want? dus daardoor?

Slide 2 - Tekstslide

Vierstromenfontein - Rome
De stad Rome werd in de loop van de zestiende en zeventiende eeuw onder het bewind van diverse pausen gerenoveerd en verfraaid. Het wegennet werd verbeterd en ieder plein kreeg zijn eigen fontein. Op de bronnen zie je de Vierstromenfontein op de Piazza Navona in Rome. De fontein is omstreeks 1650 ontworpen door Gian Lorenzo Bernini. De pausen hadden er belang bij dat er voldoende fonteinen waren in de stad.
De stad Rome werd in de loop van de zestiende en zeventiende eeuw onder het bewind van diverse pausen gerenoveerd en verfraaid. 

Het wegennet werd verbeterd en ieder plein kreeg zijn eigen fontein. Op de bronnen zie je de Vierstromenfontein op de Piazza Navona in Rome. De fontein is omstreeks 1650 ontworpen door Gian Lorenzo Bernini. 
Bernini: Vierstromenfontein

Slide 3 - Tekstslide

Vraag 1
Op de bron zie je een gravure van de Piazza Navona uit de achttiende eeuw. De Vierstromenfontein domineert het plein alleen al door de grootte van de obelisk. Bovendien is het beeldhouwwerk van de fontein theatraal en imponerend vormgegeven. Dat is kenmerkend voor de stijl van de barok. Bekijk bron 1 en 2. Bespreek drie aspecten van de vormgeving die bijdragen aan het barokke karakter

Slide 4 - Tekstslide

3 vormgevings-aspecten van het barokke karakter van de trevi-fontein:

Slide 5 - Open vraag

Vraag 2
Paus Innocentius X gaf niet voor niets opdracht voor een monument als de Vierstromenfontein. De Kerk had in de zeventiende eeuw een specifiek belang bij dit soort imponerende kunstwerken. Leg uit waarom de Kerk hier juist in die tijd belang bij had.

Slide 6 - Tekstslide

Waarom had de kerk belang bij het bouwen van imposante kunst in Rome?

Slide 7 - Open vraag

Tuinen
Op de afbeelding op de volgende pagina zie je een schilderij uit de zeventiende eeuw van het paleis en de tuinen van Versailles. Lodewijk XIV liet deze tuinen ontwerpen door landschapsarchitect André Le Nôtre. Tuinen speelden een grote rol in de hofcultuur.
Ÿ Bespreek twee belangrijke functies van de tuinen van Versailles.
Tuinen
Op de afbeelding zie je een schilderij uit de zeventiende eeuw van het paleis en de tuinen van Versailles. Lodewijk XIV liet deze tuinen ontwerpen door landschapsarchitect André Le Nôtre. Tuinen speelden een grote rol in de hofcultuur.

Slide 8 - Tekstslide

Vraag 3:
Geef twee belangrijke functies aan voor tuinen in de hofcultuur.

Slide 9 - Open vraag

Water en aarde waren belangrijke elementen voor de vormgeving van de tuinen in Versailles. In samenspraak met Lodewijk paste Le Nôtre ze bewust toe in zijn tuinaanleg.

Slide 10 - Tekstslide

Vraag 4A:
Geef aan hoe Lodewijk elk van beide elementen (aarde en water) liet vormgeven.

Slide 11 - Open vraag

vraag 4B:
Leg uit welk idee hij met deze vormgeving van water en aarde wilde overbrengen

Slide 12 - Open vraag

Apollo-fontein
Op bron 1,2 en 3 zie je de Apollovijver met in het midden een imposante beeldengroep die vervaardigd is omstreeks 1670. Je ziet de klassieke god Apollo die in zijn vierspan iedere dag langs de hemel rijdt. Lodewijk identificeerde zich graag met deze god.
Ÿ Bespreek twee kenmerken van de beeldengroep die bijdragen aan het imponerende karakter.
Apollo fontein

Hier zie je de Apollovijver met in het midden een imposante beeldengroep die vervaardigd is omstreeks 1670. Je ziet de klassieke god Apollo die in zijn vierspan iedere dag langs de hemel rijdt. Lodewijk identificeerde zich graag met deze god.

Slide 13 - Tekstslide

Vraag 5A:
Noem 2 vormkenmerken waardoor deze beeldengroep imposant is.

Slide 14 - Open vraag

5B: Geef twee redenen waarom Lodewijk XIV zich graag identificeerde met Apollo.

Slide 15 - Open vraag

Maria de’ Medici, telg uit de machtige Florentijnse bankiersfamilie, huwt in 1600 met Henry IV, koning van Frankrijk. 

Slide 16 - Tekstslide

Vraag 6: Leg adhv Maria's afkomst uit welke invloed dit huwelijk had op de kunst en cultuur aan het hof.

Slide 17 - Open vraag

Vraag 7: Aan het hof van Florence wordt wel gesproken van Stravaganza. Noem 2 voorbeelden van Stravaganza.

Slide 18 - Open vraag

Ballet Opera
In 1678 werd de ballet-opera 'Atys' opgevoerd aan het chateau Neuve de Saint Germain-en-laye aan het hof van Lodewijk XIV.
 Jean-Baptiste Lully was de componist. 

Voordat hij zich richtte op de Ballet Opera, werkte hij met Moliere aan Ballet Komedie. Noem drie verschillen tussen Ballet-Opera en Ballet-Komedie

Slide 19 - Tekstslide

Vraag 7: Drie verschillen tussen Ballet Opera en Ballet Komedie:

Slide 20 - Open vraag

In 2011 wordt de opera Atys opnieuw uitgevoerd onder leiding van Jean-Marie Villégier. De regie is deels een reconstructie, deels eigentijds.
Bekijk het filmpje in de volgende slide: het lied le sommeil.

De muziek en het lied Le sommeil (de slaap) in het fragment zijn slaapverwekkend. Dat is in dit geval geen kwaliteitsoordeel maar een beschrijving van de door Lully gewenste beleving van het lied. 
Beschrijf aan de hand van twee muzikale aspecten het slaapverwekkende karakter van dit fragment. 

Slide 21 - Tekstslide

0

Slide 22 - Video

Vraag 8: Twee muzikale aspecten die bijdragen aan het slaapverwekkende aspecten van het lied:

Slide 23 - Open vraag

Het karakterverschil tussen Morpheus (de god van de dromen) en Phobetor (de god van de nachtmerries) komt tot uitdrukking in hun zangstemmen en hun kleding. Benoem deze verschillen en breng dat in verband met hun karakter. 

Slide 24 - Tekstslide

Vraag 9:
Benoem de verschillen in kostuum en zangstem en breng deze in verband met het karakter van Morpheus en Phobetor.

Slide 25 - Open vraag

Hierna zie je nogmaals het fragment. Vanaf 5:15 zingt Phobetor dat alleen het kabbelen van het water te horen mag zijn tijdens de slaap van Atys, wordt dit op het toneel uitgebeeld door twee dansers. Noem na het fragment drie kenmerken van hun dans die overeenkomen met de academische dans zoals die aan het hof van Lodewijk XIV ontstaat. 

Slide 26 - Tekstslide

0

Slide 27 - Video

vraag 10: Noem drie kenmerken van hun dans die overeenkomen met de academische dans zoals die aan het hof van Lodewijk XIV ontstaat.

Slide 28 - Open vraag

Theater
Theater
In deze scène is Brighella een marktkoopman en Arlecchino de knecht van Pantalone. 
Noem 3 twee kenmerken die Arlecchino zo populair maken.

Slide 29 - Tekstslide

Vraag 11: Noem 2 kenmerken die Arlecchino's populariteit verklaren.

Slide 30 - Open vraag

Hiernaast vind je een scene uit shakespeare's Midzomernachtsdroom.
Bekijk delen van het fragment.

Hoewel Midzomernachtsdroom en Commedia dell'Arte beiden komedies genoemd worden, zijn er toch duidelijke verschillen.
Deze video is niet meer beschikbaar
Welke video was dit?

Slide 31 - Tekstslide

Vraag 12: Beschrijf waarin Commedia del’Arte en Shakespeares theater verschillen. Benoem 3 verschillende aspecten

Slide 32 - Open vraag

BONUS
Als Da Vinci een karakter van de Commedia dell'arte zou zijn, wie zou
hij dan zijn en waarom?

Slide 33 - Open vraag

Einde van de toets.
Wat voor gevoel heb je er zelf over?
-1100

Slide 34 - Poll

lever je toets in via teams opdrachten

Slide 35 - Tekstslide