Taalverzorging hfd. 4+5 (les 2)

Lesopbouw
  • 10 min. Zs lezen
  • Lesdoelen bespreken
  • Terugblik
  • Uitleg
  • Opdrachten maken
  • Evaluatie
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

In deze les zitten 10 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Lesopbouw
  • 10 min. Zs lezen
  • Lesdoelen bespreken
  • Terugblik
  • Uitleg
  • Opdrachten maken
  • Evaluatie

Slide 1 - Tekstslide

10 min. Zs

Lezen

timer
10:00

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoelen
  • Je kunt meervouden van zelfstandige naamwoorden maken met -en, -s, -ën
  • Je kent een aantal uitzonderingen 
  • Je kunt het voltooid en het onvoltooid deelwoord correct spellen 
  • Je kent de regel; vergelijking als of dan
  • Je kunt de regel toepassen 

Slide 3 - Tekstslide

Terugblik: Meervoud bijzondere gevallen

Groente
Groentes
Groenten

Slide 4 - Tekstslide

Terugblik: Meervoud bijzondere gevallen

Kalf
Kalveren

Slide 5 - Tekstslide

Uitleg: Bijvoeglijke naamwoord
De rode auto

Bijvoeglijk naamwoord zegt iets
over een zelfstandig naamwoord

Slide 6 - Tekstslide

Uitleg: voltooid- en onvoltooid deelwoord
Voltooid deelwoord: 
  • iets is klaar = voltooid
  • ge-, be-, ver-woorden
  • Schrijf het zo kort mogelijk
vb. De foto's zijn vergroot.

Onvoltooid deelwoord:
  • iets is nog niet klaar = onvoltooid
  • Schrijf het zo kort mogelijk 
    vb. Kruipend gaan we naar huis.

Slide 7 - Tekstslide

Uitleg: voltooid- en onvoltooid deelwoord
Voltooid deelwoord:                               --> Gebruikt als bijvoeglijk naamwoord
  • iets is klaar = voltooid
  • ge-, be-, ver-woorden                               De vergrote foto's. (zo kort mogelijk) 
vb. De foto's zijn vergroot.

Onvoltooid deelwoord:                         --> Gebruikt als bijvoeglijk naamwoord
  • iets is nog niet klaar = onvoltooid       De kruipende jongeren. (zo kort
    vb. Kruipend gaan we naar huis.                                                            mogelijk)

Slide 8 - Tekstslide

Opdrachten

 Hfd. 4

opdr. 11 + 12 + 17 + 18 + 19


Klaar = nakijken


Met alles klaar? Hfd. 5 opdr. 1 + 2 + 8 + 11 + 15

timer
15:00

Slide 9 - Tekstslide

Evaluatie
  • Je kunt het voltooid en het onvoltooid deelwoord correct spellen 



Slide 10 - Tekstslide