Quiz afval

1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
BurgerschapskundeBasisschoolGroep 6-8

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Groen afval
plastic afval
Klein chemisch Afval
Glas afval
rest afval
Sleepvraag

Slide 2 - Sleepvraag

Slide 3 - Link

Zwerfafval is:
A
afval dat een zwerver bij zich heeft
B
afval dat je op straat en in de natuur ziet liggen
C
afval dat in de prullenbak zit

Slide 4 - Quizvraag

Het meest voorkomende zwerfafval is:
A
sigarettenpeuken en kauwgom
B
plastic flessen en blikjes

Slide 5 - Quizvraag

Waar of niet waar? De afbraaktijd van een plastic flesje is langer dan de afbraaktijd van kauwgom.
A
waar
B
niet waar

Slide 6 - Quizvraag

Wat wordt er bedoeld met 'restafval'?
A
restafval is een ander woord voor zwerfafval
B
Restafval zijn restjes van eten, of 'kliekjes'.
C
restafval is afval dat niet te recyclen is

Slide 7 - Quizvraag

In veel gemeentes in Nederland kun je 'pmd-afval'. Welk afval hoort hier NIET bij:
A
een leeg boterkuipje
B
een leeg zakje chips
C
een leeg melkpak
D
een plastic dop

Slide 8 - Quizvraag

Waarom mag een kapotte ovenschaal niet bij het oude glas?
A
omdat die niet door de opening past
B
omdat dat glas op een andere temperatuur smelt
C
omdat dat glas niet te recyclen is

Slide 9 - Quizvraag

Waarom mag een vieze pizzadoos niet bij het oud papier?
A
omdat er plastic in zit
B
omdat er reclame op staat
C
omdat van papier en karton met vlekken geen nieuw papier gemaakt kan worden

Slide 10 - Quizvraag