Signaalwoorden, tekstverbanden en verwijswoorden 2/3 F Muis

Signaalwoorden en tekstverbanden
Doel van de les:
  • Je kunt verbanden binnen een tekst herkennen
  • Je kunt de signaalwoorden aanwijzen die dit verband aangeven
  • Je begrijpt welke signaalwoorden welke tekstverbanden aangeven
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Signaalwoorden en tekstverbanden
Doel van de les:
  • Je kunt verbanden binnen een tekst herkennen
  • Je kunt de signaalwoorden aanwijzen die dit verband aangeven
  • Je begrijpt welke signaalwoorden welke tekstverbanden aangeven

Slide 1 - Tekstslide

Onderdelen van een tekst:
Een tekst bestaat uit:
 
inleiding
middenstuk
slot. 
 

Slide 2 - Tekstslide

Het middenstuk bestaat uit losse alinea’s. 
Deze alinea’s staan niet zomaar los achter elkaar. 
Tussen alinea’s bestaan allerlei soorten verbanden.

Slide 3 - Tekstslide

Tekstverbanden
Deze verbanden zorgen ervoor dat de verschillende alinea’s goed op elkaar aansluiten. 
Niet alleen tussen alinea's bestaan verbanden
Ook zinnen staan met elkaar in verband

Slide 4 - Tekstslide

Tekstverbanden: voorbeelden
Bij mensen met hersenletsel of klachten zoals stress, pijn, vermoeidheid of hyperactiviteit, is de hersenactiviteit ontregeld. De hersenen werken bijvoorbeeld te traag, waardoor alledaagse handelingen veel energie kosten.

Slide 5 - Tekstslide

  • Als de hersenen ontregeld zijn, kunnen de klachten ernstig zijn. 
  • Met neurofeedback kun je leren de hersenactiviteit te beïnvloeden zodat deze weer flexibel en stabiel wordt.
  • Voorwaarde: als dit.... dan dat

  • Zodat: oorzaak - gevolg
  • Als je hersenactiviteit beïnvloedt met neurofeedback(oorzaak) 
  • dan wordt deze weer flexibel en stabiel

Slide 6 - Tekstslide

  • Zodra de hersengolf weer normale waardes heeft krijgt u positieve feedback.
  • Hierdoor wordt een leerproces gestart waarbij de hersenen zelf leren om beter geactiveerd te zijn.
  • (voorwaarde)Als alles weer normaal is.... dan

  • (Oorzaak - gevolg) Het leerproces = oorzaak
De hersenen leren zelf om beter geactiveerd te zijn = gevolg

Slide 7 - Tekstslide

  • Het effect van neurofeedback is echter niet alleen zichtbaar als veranderde hersenactiviteit, maar ook als betere prestaties van de hersenen en vermindering van klachten.
  • opsomming

Slide 8 - Tekstslide

Spinnen aan de drugs
Een normaal spinnenweb ziet eruit als een fietswiel. Een spin heeft drugs gekregen. Het web dat ze weeft neemt heel andere vormen aan. Amerikaanse onderzoekers stelden het vast. Ze deden een aantal proeven met stimulerende en verdovende middelen.
Spinnen die onder invloed zijn van marihuana beginnen hun web te weven op de gewone manier. Na een poosje verliezen ze hun concentratie. Ze raken verdoofd. Het web ziet er in het midden uit als een normaal web. Aan de buitenkant zit het vol gaten.
Spinnen aan de drugs
Een normaal spinnenweb ziet eruit als een fietswiel. Maar als een spin drugs heeft gekregen, neemt het web dat ze weeft heel andere vormen aan. Dat stelden Amerikaanse onderzoekers vast toen ze een aantal proeven deden met stimulerende en verdovende middelen.
Spinnen die onder invloed zijn van marihuana beginnen hun web te weven op de gewone manier. Maar na een poosje verliezen ze hun concentratie en raken ze verdoofd. Het web ziet er in het midden nog wel uit als een normaal web, maar aan de buitenkant zit het vol gaten.

Slide 9 - Tekstslide

tijd
voordat, nadat, eerst, daarna, wanneer, vroeger, later
opsomming
en, ook, ten eerste, vervolgens, daarnaast, ten slotte
tegenstelling
maar, echter, hoewel, toch, daarentegen, staat tegenover
vergelijking
zoals, zo, evenals, in vergelijking met, soortgelijk(e)
voorbeeld/bewijs
bijvoorbeeld, een voorbeeld hiervan, zo, zoals, ter illustratie, daaruit blijkt
reden/verklaring
want, omdat, daarom, vanwege, immers, namelijk
voorwaarde
als, indien, wanneer, mits, tenzij, in geval van, voor het geval dat
oorzaak - gevolg
door, doordat, waardoor, te danken aan, zodoende
samenvatting/conclusie
samengevat, kortom, dus, al met al, vandaar dat, hieruit volgt
doel - middel
om te, daarmee, waarmee, opdat, door middel van

Slide 10 - Tekstslide

Welk woord past op de open plaats?

.................. je besluit die iPad te kopen kan je niet op vakantie.

A
als
B
mits
C
dus
D
omdat

Slide 11 - Quizvraag

Welk woord past op de open plaats?

................ de verdachte zichzelf tegensprak, raakte de rechter geïrriteerd.
A
Omdat
B
Doordat
C
Tenzij
D
Hoewel

Slide 12 - Quizvraag

Welk verband herken je in deze zin?

Doordat de verdachte zichzelf tegensprak, raakte de rechter geïrriteerd.
A
reden/verklaring
B
conclusie
C
oorzaak - gevolg
D
doel - middel

Slide 13 - Quizvraag

Welk woord past op de open plaats?

De redactie zal nog één nummer uitbrengen, ........... er voldoende kopij binnenkomt.
A
mits
B
omdat
C
als
D
doordat

Slide 14 - Quizvraag

Welk verband herken je in deze zin?

De redactie zal nog één nummer uitbrengen, mits er voldoende kopij binnenkomt.
A
tegenstelling
B
voorwaarde
C
reden/verklaring
D
voorbeeld/toelichting

Slide 15 - Quizvraag

VERWIJZEN
Arjen Lubach maakte zondag in Zondag met Lubach een item over het gebrek aan leesplezier bij onze jeugd. Daarbij gebruikte hij onder andere fragmenten uit mijn YouTube-filmpje waarin ik leerlingen de tips en tricks van het eindexamen Nederlands uitleg. 

Daarbij =.......                           waarin = ................

Slide 16 - Tekstslide

Verwijzen
Je verwijst in een tekst om woorden te besparen, de tekst minder lang en saai te laten zijn.

Slide 17 - Tekstslide

Hoewel Arjen Lubach de draak met me steekt en Arjen Lubachs overtuigende verhaal inhoudelijk niet altijd helemaal klopt, ben ik Arjen Lubach eeuwig dankbaar. Ik zal uitleggen waarom.

Hoewel Arjen Lubach de draak met me steekt en zijn overtuigende verhaal inhoudelijk niet altijd helemaal klopt, ben ik hem eeuwig dankbaar. Ik zal uitleggen waarom.

Slide 18 - Tekstslide

De regering heeft HAAR zin gekregen: de bezuinigingen op het onderwijs gaan door.

HAAR verwijst naar ...........

Slide 19 - Open vraag

Als je oud meubilair kwijt wil, moet je HET op straat zetten als er grof vuil wordt opgehaald.

HET verwijst naar ..................

Slide 20 - Open vraag

Roken kan schadelijk voor je gezondheid zijn: DAAR kun je kanker VAN krijgen.

DAAR.....VAN verwijst naar ............

Slide 21 - Open vraag

Ik wilde vanmiddag nieuwe kleren kopen, maar DAAR ben ik niet AAN toegekomen.

DAAR ........ AAN verwijst naar ......................

Slide 22 - Open vraag

Wat is er fout in onderstaande tekst?
Viruswaanzin is een actiegroep die het coronavirus maar 'een griepje vindt. Hun zeggen dat alleen 'oud, dik hout' eraan dood gaat.

Slide 23 - Open vraag

Facebook
Een Amerikaanse vrouw is al twee jaar 99 jaar oud op Facebook. Eigenlijk is ze 104, maar die leeftijd is onmogelijk in te voeren op de sociale netwerksite. Volgens Fox News is de 104-jarige Marguerite Joseph uit Michigan een enthousiaste gebruikster van de site.
Hoewel de vrouw blind is en slechthorend, blijft ze op de hoogte van de ontwikkelingen in haar omgeving doordat haar kleindochter Gail de berichten voorleest. De vrouw was 102 jaar oud toen ze een profiel aanmaakte op Facebook.
Het invoeren van de juiste geboortedatum gaat alleen niet. Wanneer ze 1908 proberen in te voeren, verandert Facebook dat naar 1928. Daarom hebben ze het maar op de oudst mogelijke leeftijd gehouden. De kleindochter denkt dat het een foutje is in de systemen van de site.

Facebook heeft nog niet gereageerd op de berichtgeving.

Slide 24 - Tekstslide

Wat voor een verband geeft het verbindingswoord 'maar' aan in de onderstaande tekst?

Een Amerikaanse vrouw is al twee jaar 99 jaar oud op Facebook. Eigenlijk is ze 104, maar die leeftijd is onmogelijk in te voeren op de sociale netwerksite. Volgens Fox News is de 104-jarige Marguerite Joseph uit Michigan een enthousiaste gebruikster van de site.
A
conclusie
B
tegenstelling
C
voorwaarde

Slide 25 - Quizvraag

Wat voor een verband geven de verbindingswoorden 'hoewel', 'en' en 'doordat' aan in de onderstaande tekst?

Hoewel de vrouw blind is en slechthorend, blijft ze op de hoogte van de ontwikkelingen in haar omgeving doordat haar kleindochter Gail de berichten voorleest.
A
Hoewel = vergelijking; en = voorwaarde; doordat = samenvatting-conclusie
B
Hoewel = voorwaarde; en = reden/verklaring; doordat = conclusie
C
Hoewel = tegenstelling; en = opsomming; doordat = oorzaak-gevolg

Slide 26 - Quizvraag

Wat voor een verband geeft het verbindingswoord 'toen' aan in de onderstaande tekst?

De vrouw was 102 jaar oud toen ze een profiel aanmaakte op Facebook.
A
conclusie
B
tijd
C
reden/verklaring

Slide 27 - Quizvraag

Wat voor een verband geeft het verbindingswoord 'wanneer' aan?

Het invoeren van de juiste geboortedatum gaat alleen niet. Wanneer ze 1908 proberen in te voeren, verandert Facebook dat naar 1928.
A
tijd
B
voorwaarde
C
conclusie

Slide 28 - Quizvraag

Wat voor een verband geeft het verbindingswoord 'daarom' aan?

Daarom hebben ze het maar op de oudst mogelijke leeftijd gehouden. De kleindochter denkt dat het een foutje is in de systemen van de site.
A
oorzaak - gevolg
B
reden
C
toelichting

Slide 29 - Quizvraag

Op de volgende dia staat een link naar een oefening die je kunt maken en die je zelf kunt nakijken.

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Link

Slide 32 - Tekstslide


A

Slide 33 - Quizvraag