EVE Klas 1 Schrijfvaardigheid: Zakelijke e-mail les 1

Noteer in jouw schrift:

  1. Noteer het meervoud van: bacterie, voldoende, aquarium
  2. Noteer de verkleinvorm van: ei, baby, stoel
  3. Noteer jouw naam met op de juiste plaats  hoofdletters
Welkom!! Nog even dit:

  • Kauwgom in de prullenbak 
  • Pak jouw pen, schrift en leerwerkboek
  • Zorg voor een rustige (werk)plek
  • Ga rustig zitten 
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Noteer in jouw schrift:

  1. Noteer het meervoud van: bacterie, voldoende, aquarium
  2. Noteer de verkleinvorm van: ei, baby, stoel
  3. Noteer jouw naam met op de juiste plaats  hoofdletters
Welkom!! Nog even dit:

  • Kauwgom in de prullenbak 
  • Pak jouw pen, schrift en leerwerkboek
  • Zorg voor een rustige (werk)plek
  • Ga rustig zitten 

Slide 1 - Tekstslide

Hoe ging de toetsweek?
😒🙁😐🙂😃

Slide 2 - Poll

Zakelijke e-mail schrijven

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen zakelijke mail
  • Ik weet wat het tekstdoel is bij een zakelijke e-mail en voor welk publiek een zakelijke e-mail is bedoeld.
  • Ik weet wat de juiste indeling is van een zakelijke e-mail.
  • Ik weet dat formeel taalgebruik hoort bij een zakelijke e-mail.

Slide 4 - Tekstslide

Wat weet ik al over een
zakelijke e-mail?

Slide 5 - Woordweb

Voorbeeld zakelijke e-mail
Aan:   e-mail adres van de geadresseerde ( degene die de e-mail moet ontvangen.)
Onderwerp:  Hier vul je kort in waar de mail over gaat.

Aanhef:    Geachte heer/ mevrouw,  of Geachte mevrouw Teller, 

Inleiding: Mijn naam is. Samantha de Rade. Ik schrijf u deze e-mail,  omdat.........
Kern:   Je vertelt waar het echt om gaat.
Slot:   Je vertelt wat je van de ontvanger verwacht. ( Ik hoop......

Slotformule:  Met vriendelijke groet,  Hoogachtend, 
Je voor- en achternaam:  Samantha de Rade

Let op: witregels tussen alle verschillende onderdelen

Slide 6 - Tekstslide

Tekstdoel
Wanneer schrijf je de zakelijke e-mail?  Dus met welk doel?!
Bijvoorbeeld:
  • Je hebt een vraag aan je docent.
  • Je wilt een afspraak verzetten bij de tandarts.
  • Je wilt informatie over een nieuwe telefoon.
  • Je hebt een klacht over een jas die je gekocht hebt.

Slide 7 - Tekstslide

Leespubliek:


Aan wie schrijf je een zakelijke e-mail?

Je schrijft aan iemand die je niet persoonlijk kent. ( Jullie zijn geen vrienden of familie)

Bijvoorbeeld:
De tandarts,  Vodafone,              
 (je docent)

Slide 8 - Tekstslide

Taalgebruik


Een persoonlijke e-mail schrijf je dus aan iemand die je  niet persoonlijk kent.
Die persoon spreek je daarom ook op een zakelijke manier aan. 

U,
Mevrouw Westerhof,  (dus geen je en jij!)
Dit noem je formeel taalgebruik

Slide 9 - Tekstslide

Indeling zakelijke e-mail 




Zet de indeling van de zakelijke e-mail in de goede volgorde. Gebruik hiervoor het werkblad. 

Slide 10 - Tekstslide

Indeling 
1. Adres van ontvanger
2. Onderwerp

3. Aanhef

4. Inleiding
5. Kern
6. Slot

7. Slotformule

8. Voor- en achternaam


Aan:   e-mail adres van de geadresseerde ( degene die de e-                     mail moet ontvangen.)

Onderwerp:  Hier vul je kort in waar de mail over gaat.

Aanhef:    Geachte heer/ mevrouw,  of Geachte mevrouw Teller, 

Inleiding: Mijn naam is. Samantha de Rade. Ik schrijf u deze e-mail,  omdat.........

Kern:   Je vertelt waar het echt om gaat.

Slot:   Je vertelt wat je van de ontvanger verwacht. ( Ik hoop......

Slotformule:  Met vriendelijke groet,  Hoogachtend, 

Je voor- en achternaam:  Samantha de Rade

Let op: witregels tussen de verschillende onderdelen

Slide 11 - Tekstslide

Ik schrijf een persoonlijke e-mail naar de Sting als ik een klacht heb over een broek die ik heb gekocht.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 12 - Quizvraag

Ik heb een ontzettend leuk weekend gehad en daar wil ik mijn oma over vertellen in een e-mail.
Ik schrijf een ........
A
Persoonlijke e-mail
B
Zakelijke e-mail

Slide 13 - Quizvraag

Geachte heer/ mevrouw,
Past goed bij een......
A
Persoonlijke e-mail
B
Zakelijke e-mail

Slide 14 - Quizvraag

Wat wordt er bedoeld met het tekstdoel?
A
Voor wie de tekst bedoeld is.
B
Dat ik u en jij gebruik in mijn tekst.
C
Waarom ik de tekst schrijf.
D
of het een artikel of een advertentie is.

Slide 15 - Quizvraag

In de kern........
A
Vertel ik wie ik ben.
B
Vertel ik wat ik verwacht van de ontvanger.
C
Vertel ik waar het echt om gaat.
D
Vertel ik waar ik woon.

Slide 16 - Quizvraag

Een passende slotformule voor mijn Zakelijke e-mail is.....?
Tip: Er zijn meerdere antwoorden goed!
A
Hoogachtend,
B
Groetjes,
C
Liefs,
D
Met vriendelijke groet,

Slide 17 - Quizvraag

Aan de slag!
Wat? NN thema D paragraaf 7
Hoe? LWB en schrift
Tijd? 30 minuten
Hulp? Je gaat zelfstandig aan de slag. Bij vragen kom ik langs. 
Klaar? Bezig met fictie opdracht 2 

Slide 18 - Tekstslide

Wat heb je geleerd?
  • Ik weet wat het tekstdoel is bij een zakelijke e-mail en voor welk publiek een zakelijke e-mail is bedoeld.  
  • Ik weet wat de juiste indeling is van een zakelijke e-mail.  
  • Ik weet dat formeel taalgebruik hoort bij een zakelijke e-mail.

Slide 19 - Tekstslide

Wat is jouw slotgroet?

Slide 20 - Open vraag

Heb je nog                      vragen?

Slide 21 - Tekstslide

Hoe scoor je jouw inzet deze les?
0100

Slide 22 - Poll

Huiswerk
Maak van Thema D paragraaf 7

Slide 23 - Tekstslide