8.4 Hardy Weinberg evolutie

1 / 47
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 47 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Populatiegenetica
Als je fenotypefrequentie weet dan kun je de allelfrequentie berekenen van de beide allelen

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide


A
125 AA & 250 Aa
B
380 AA & 240 Aa
C
250 AA & 125 Aa
D
500 AA & 200 Aa

Slide 10 - Quizvraag

Bij mensen zijn losse oorlelletjes dominant en vergroeide oorlelletjes is recessief. In China is waargenomen dat 64% van de mensen losse oorlelletjes heeft.
Welk percentage van de Chinese bevolking heeft vergroeide oorlelletjes?
A
12
B
16
C
64
D
36

Slide 11 - Quizvraag

Bij mensen zijn losse oorlelletjes dominant en vergroeide oorlelletjes is recessief. In China is waargenomen dat 64% van de mensen losse oorlelletjes heeft.
Wat is de frequentie van het recessieve allel (vergroeide oorlel) in de populatie?
A
0,4
B
0,2
C
0,6
D
0,35

Slide 12 - Quizvraag

Bij mensen zijn losse oorlelletjes dominant en vergroeide oorlelletjes is recessief. In China is waargenomen dat 64% van de mensen losse oorlelletjes heeft.
Wat is de frequentie van het dominante allel (losse oorlel) in de populatie?
A
0.4
B
0.8
C
0.6
D
0.32

Slide 13 - Quizvraag

Bij mensen zijn losse oorlelletjes dominant en vergroeide oorlelletjes is recessief. In China is waargenomen dat 64% van de mensen losse oorlelletjes heeft.
Welk percentage van de Chinese bevolking is homozygoot voor het dominante allel (losse oorlelletjes)?
A
40%
B
22,4%
C
12,8%
D
16%

Slide 14 - Quizvraag

Bij mensen zijn losse oorlelletjes dominant en vergroeide oorlelletjes is recessief. In China is waargenomen dat 64% van de mensen losse oorlelletjes heeft.
Welk percentage van de Chinese bevolking is heterozygoot voor het allel?
A
12,8%
B
12%
C
48%
D
50%

Slide 15 - Quizvraag

Evolutie

Slide 16 - Woordweb

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Terugblik : soortvorming
- Darwin en de Galapagos vinken

Is dit evolutie?
De vinken leefden eerst samen in één gebied. Toen de Galapagos eilanden ontstonden, veranderden de kenmerken van de vogels. Ze pastten zich aan op het gebied en hierdoor ontstonden nieuwe soorten. 

Slide 21 - Tekstslide

Vandaag: homoloog en analoog
- Bewijs voor de evolutietheorie
Analoog
- Dezelfde functie
- Ander bouwplan
- Los van elkaar ontstaan: andere voorouder

Slide 22 - Tekstslide

Homoloog en analoog
Homoloog
- Andere functie
- Zelfde bouwplan
- Zelfde gemeenschappelijke voorouder

Slide 23 - Tekstslide

Een vleugel van een vleermuis en een vleugel van een vogel
A
Homoloog
B
Analoog

Slide 24 - Quizvraag

De voorvin van een dolfijn en de voorvin van een haai. Na onderzoek blijkt dat ze een andere bouw hebben.
A
Homoloog
B
Analoog

Slide 25 - Quizvraag

De arm van een mens en de voorpoot van een hond
A
Homoloog
B
Analoog

Slide 26 - Quizvraag

De poot van een paard en de poot van een varken
A
Homoloog
B
Analoog

Slide 27 - Quizvraag

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Link

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

In welk buisje groeien volledig anaerobe bacteriën?
A
Buisje 1
B
Buisje 3
C
Buisje 2
D
Buisje 4

Slide 34 - Quizvraag

Welk van de organismen hiernaast is autotroof?
A
De radijs
B
Het konijn
C
De uil

Slide 35 - Quizvraag

Welke eigenschap hoort niet bij de groep 'prokaryoten'?
A
Eencellig
B
Geen organellen
C
Bacteriën
D
Heterotroof

Slide 36 - Quizvraag

Hoe kan je cyanobacteriën onderscheiden van andere bacterien?
A
Ze worden gezien als de eerste levende organismen
B
Ze komen voor in de 'black smokers' op de bodem van de oceanen
C
Ze zijn groen
D
Ze zijn aeroob

Slide 37 - Quizvraag

Slide 38 - Link

Endosymbiosetheorie

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Video

Slide 41 - Tekstslide

Slide 42 - Tekstslide

Slide 43 - Tekstslide

Slide 44 - Tekstslide

Slide 45 - Link

Van prokaryoot naar eukaryoot; hoe dan?

Slide 46 - Tekstslide

Endosymbiosetheorie
Theorie over het ontstaan van eukaryote cellen: cellen met celkern, organellen en dubbele membranen
  1.  Ontstaan van ER, celmembraan, celkern
- instulpingen van het celmembraan 
2.Ontstaan van mitochondriën
- fagocytose van een aerobe bacterie 
3.Ontstaan van chloroplasten
- fagocytose van een cyanobacterie 

Slide 47 - Tekstslide