Thema 9 les 5: diagrammen (pagina 337 tot 339)

INSTRUCTIES
Je klikt de eerste slide aan. Dat is degene waar "Dag iedereen!" opstaat.

Nadien werk je met de pijltjes rechts onderaan om verder te gaan volgens volgorde of om terug te gaan als je de tekst opnieuw wil lezen of een ander antwoord wil invullen.

Zie je rechts bovenaan in de slide dit:                klik er dan op! 
1 / 42
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsSecundair onderwijs

In deze les zitten 42 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

INSTRUCTIES
Je klikt de eerste slide aan. Dat is degene waar "Dag iedereen!" opstaat.

Nadien werk je met de pijltjes rechts onderaan om verder te gaan volgens volgorde of om terug te gaan als je de tekst opnieuw wil lezen of een ander antwoord wil invullen.

Zie je rechts bovenaan in de slide dit:                klik er dan op! 

Slide 1 - Tekstslide

Dag iedereen!
De vakantie is gedaan en we moeten weer verder met de leerstof.
We gaan vandaag een lesje bekijken over diagrammen.
Oei, is dit de wiskundeles?
Nee hoor, je zit nog altijd in de les Nederlands! :)

Slide 2 - Tekstslide

Wat is het doel van deze les?
* Je kan een diagram lezen.

* Je weet wat een diagram is.

* Je kan belangrijke informatie terugvinden in een tekst.


Slide 3 - Tekstslide

Wat weet je nog over een diagram? Waar ben je dit al tegengekomen? Schrijf hieronder wat je er nog over weet!

Slide 4 - Open vraag

Slide 5 - Video

DIAGRAMMEN
Zoals je kan zien heb je heel veel soorten diagrammen. 

Een diagram is een schema dat informatie over iets weergeeft in cijfers. 

Slide 6 - Tekstslide

Wat is belangrijk bij een diagram?
Titel = waarover zal ik informatie terugvinden
Procent (%) = hoeveel keer wordt dit toegepast
Legende = de kleurtjes rechts die aangeven over wat de procenten elk gaan

Slide 7 - Tekstslide

Wat moet ik doen?
STAP 1 : Lees de tekst.
STAP 2: Bekijk het diagram.
STAP 3: Beantwoordt de vragen.
STAP 4: Vergelijk de tekst met het diagram.

TIP: 
- Bekijk de titel héél goed!

Slide 8 - Tekstslide

Waar vind ik de tekst of het diagram terug?
Kijk in je curcus van Nederlands op pagina 337!
Je hebt je boek niet nodig. Je kan alles in deze les terugvinden. Maar als je het toch moeilijk vindt, dan kan je de curcus erbij nemen!

Slide 9 - Tekstslide

Weetje
Je kan (ook via je gsm) altijd teruggaan naar de slide waar de tekst of het diagram op staat. Dus vrees niet als je de tekst had gelezen, maar al een deel vergeten bent.

Je kan altijd teruggaan via de pijltjes zonder dat je je antwoorden kwijt raakt!

Slide 10 - Tekstslide

Wat eet jij het liefst?
Ga naar de volgende slide en klik daar op de link. Je gaat hier deze vraag krijgen: "Wat eet jij graag?".

Je mag één of meerdere dingen kiezen. Vergeet daarna zeker niet op "submit" te klikken!

Ben je benieuwd wat de andere leerlingen van 1Ba+b hebben ingevuld? Vraag er dan naar in de groepschat op Instagram!

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Link

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Van welk dier worden de eetgewoonten besproken?

Slide 15 - Open vraag

Wat eet dat dier voor het grootste deel (= voornamelijk)? TIP: je kan extra uitleg vragen hieronder nadat je een antwoord hebt gegeven.

Slide 16 - Open vraag

Vul de zin aan: Het dieet van de wolf bestaat voor .......... % uit wilde zwijnen.

Slide 17 - Open vraag

Vul de zin aan: 3,9% op zijn menu bestaat uit ....................................... .

Slide 18 - Open vraag

Welk antwoord is juist? Er zijn meerdere antwoorden mogelijk!
TIP: bedreiging is als er gevaar is.
A
Een grote bedreiging voor schapen en ander vee.
B
Bijna geen bedreiging voor schapen en ander vee.
C
Hij jaagt op dieren die door de mensen gehouden worden.
D
Hij jaagt NIET op dieren die door de mensen gehouden worden.

Slide 19 - Quizvraag

Waar kon je nu het snelst informatie terugvinden? De tekst of het diagram?

Slide 20 - Open vraag

CONCLUSIE
In een diagram vind je sneller informatie terug, maar je vindt er niet alles in detail. Hiervoor heb je dus soms de tekst ook nodig!

Slide 21 - Tekstslide

Oefenen maar!
Nu gaan jullie nog een oefening maken op een diagram lezen. Dit keer is het geen cirkeldiagram, maar een staafdiagram. 

Bekijk het diagram en beantwoordt de vraagjes. Succes!

Waar vind ik dit terug? Kijk in je curcus op pagina 338.

Slide 22 - Tekstslide

Staafdiagram
In dit soort diagram heb je ook een TITEL. Links zie je verticaal iets dat informatie weergeeft. Je ziet onderaan horizontaal ook iets dat informatie weergeeft. Dit staat vetgedrukt. Dit zijn de assen. Zo kan je zien dat er bijvoorbeeld in Maastricht 2 mm neerslag was op 14 september 2013.

Slide 23 - Tekstslide

Meest populaire huisdieren
In deze staafdiagram zie je links verticaal hoeveel procent deze huisdieren genomen worden en onderaan horizontaal welke huisdieren er het meest genomen worden.
Vaak heeft deze diagram ook een legende (zeker als er met twee of meerdere kleuren gewerkt wordt).

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Welke informatie vind je op de horizontale as?

Slide 26 - Open vraag

Welke informatie vind je op de verticale as?

Slide 27 - Open vraag

Is de volgende uitspraak juist of fout?

In elke provincie is er in twee jaar tijd bos bij gekomen.
TIP: is de rode lijn overal groter dan de blauwe?
A
JUIST
B
FOUT

Slide 28 - Quizvraag

Is de volgende uitspraak juist of fout?

De bosoppervlakte in Antwerpen is het minst gestegen (= omhoog gegaan).
A
JUIST
B
FOUT

Slide 29 - Quizvraag

Is de volgende uitspraak juist of fout?

In Vlaams-Brabant is er minder bos dan in Oost-Vlaanderen.
A
JUIST
B
FOUT

Slide 30 - Quizvraag

Wil je toch nog extra oefenen?
Als je denkt dat het toch nog moeilijk is voor jou of je wil graag nog extra oefenen dan kan je hier nog een extra oefening maken. 
Deze is niet verplicht, maar kan wel handig zijn!

Je kan dit doen door pagina 339 te maken in je curcus (en hier een foto van te sturen naar mij) of door de oefeningen hieronder te maken.

Slide 31 - Tekstslide

Lijndiagram
Hier zie je opnieuw een TITEL. Je hebt opnieuw twee assen. Eentje verticaal (naar boven toe) en eentje horizontaal (naar rechts toe). Je ziet verticaal hoeveel euro het zakgeld bedraagt. Je ziet horizontaal de leeftijd van de kinderen. Je hebt opnieuw een legende als er met meer dan één kleur gewerkt wordt. Hier  kan je aflezen dat 12 jarigen 3.5 euro zakgeld krijgen. Je leest dus altijd eerst de horizontale as en dan ga je naar boven tot aan het bolletje en dan ga je naar links en lees je het af op de verticale as.

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

EVEN TER INFO
De grafiek gaat over de vergelijking tussen zomerdagen en vorstdagen.

Een zomerdag = een dag wanneer de temperatuur boven de 25 graden celcius zit.

Een vorstdag = een dag wanneer de temperatuur onder de 0 graden celcius zit.

Slide 34 - Tekstslide

Waar zie je de jaartallen staan in de grafiek?
A
horizontaal (van links naar rechts)
B
verticaal (van onder naar boven)
C
diagonaal (schuin)
D
nergens

Slide 35 - Quizvraag

Waar zie je de dagen staan in de grafiek?
A
horizontaal (van links naar rechts)
B
verticaal (van onder naar boven)
C
diagonaal (schuin)
D
op de gekleurde lijnen

Slide 36 - Quizvraag

Hoeveel vorstdagen waren er in 2012?

Slide 37 - Open vraag

In welk jaar waren er de meeste zomerse dagen?

Slide 38 - Open vraag

In welk jaar lagen het aantal zomerse dagen en het aantal vorstdagen het dichtst bij elkaar?

Slide 39 - Open vraag

Hoeveel dagen VERSCHIL was er in 2013 tussen de zomerse en de vorstdagen?

Slide 40 - Open vraag

Hoe vond jij deze les? Slepen maar!
Reflectie
Ik vond deze les ...

HEEL LEUK
WEL LEUK
LEERZAAM
MOEILIJK

Slide 41 - Sleepvraag

Goed gedaan!

Slide 42 - Tekstslide