3.3 Adolf Hitler aan de macht





H3 Het interbellum 1919-1939





3.3 Hitler komt aan de macht
1 / 46
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 46 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les





H3 Het interbellum 1919-1939





3.3 Hitler komt aan de macht

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Alles nog even op een rijtje:

  • De les is in twee delen opgedeeld.

  • Maak eerst deel 1 voor jezelf, ga dan verder met deel 2. 

  • Schrijf vragen op zodat je die kan stellen tijdens de les in teams. 

Slide 3 - Tekstslide

Lesdoelen §3.3
Lesstof lesdoelen:

1. Jullie kunnen vijf kenmerken van het nationaalsocialisme noemen. 
2. Jullie kunnen uitleggen wat antisemitisme te maken heeft met rassenleer. 
3. Jullie kunnen uitleggen hoe Hitler van Duitsland een dictatuur maakte. 
4. Jullie kunnen uitleggen hoe gelijkschakeling leidde tot indoctrinatie in nazi-Duitsland. 
5. Jullie kunnen uitleggen hoe terreur werd gebruikt in Nazi-Duitsland. 
6. Jullie kunnen uitleggen waarom vooral Joden slachtoffer waren van deze terreur.
7.  Jullie kunnen uitleggen wat de Nazis bedoelden met "lebensraum". 
8. Jullie kunnen uitleggen wat appeasement politiek inhoud.

Slide 4 - Tekstslide

Deel 1 

Bekijk de volgende slides en maak de quiz vragen.

Ben je bij de slide waar de opdrachten van het boek staan?       
 Maak de opdrachten en dan kan je door naar deel 2. 


Slide 5 - Tekstslide

Uitleg: Nationaalsocialisme en antisemitisme

  1. Je gaat luisteren naar audio fragmenten. 
  2.  Daarna maak je de quiz vragen. 
  3. Schrijf vragen op als je die hebt zodat je ze kan stellen tijdens de les in teams. 


Slide 6 - Tekstslide

Audio uitleg
Nationaalsocialisme. 




Antisemitisme en Rassenleer.
Klik voor uitleg
Klik voor uitleg

Slide 7 - Tekstslide

Het Arische ras
Klik hier
Volgens de Nazi's waren er zes verschillende Arische rassen. Deze poster werd gebruikt op scholen om die verschillen duidelijk te maken. 
Klik hier
De wetenschappers van de nazi's probeerden hun theorie over het Arische ras te bewijzen. Door te meten probeerden ze verschillen tussen joden en Ariërs te vinden. 

Er is in 1938-1939 zelfs een expeditie geweest naar Tibet om de oerariër te kunnen vinden en op te graven.

Wat de nazi's beweren is niet waar. Er is geen wetenschappelijk verschil te vinden tussen 'rassen'. Iedereen die nu leeft is hetzelfde ras mens. We zien er niet allemaal hetzelfde uit maar ons ras blijft hetzelfde. 
Klik hier
Dit is het Arische Noordras. Volgens de Nazi's het beste arische ras dat er is. Blond haar en blauwe ogen. 
Meer weten?
Wil je hier meer over weten klik dan hier. 

Slide 8 - Tekstslide

Sleep de stukjes tekst naar het juiste begrip
Nationaalsocialisme
Rassenleer
Antisemitisme
Duitsland is het beste land dat er bestaat.
Joden zijn de reden dat wij het slecht hebben.
Arische mensen zijn superieur. 
We hebben een sterke leider nodig.
Een Rus is een untermensch
Jodenhaat
Geweld gebruiken is oke.
Geen gevaarlijke mensen
Wel gevaarlijke mensen

Slide 9 - Sleepvraag

Propaganda
Propaganda: Film 
Klik voor uitleg
Klik hier
Klik hier als je de Nederlandse versie wilt bekijken.
Klik hier
Dit is: Joseph Goebbels.
Hij was minister van propaganda van de NSDAP.
In hoofdstuk 1 hebben we het al kort over propaganda gehad. Hier een paar voorbeelden van propaganda in de film industrie.
Klik voor uitleg
Klik hier
Dit is een romantische film: Eine Grosse Liebe.
Een liefdesverhaal tussen een gevechtspiloot en een zangeres. 

Slide 10 - Tekstslide

Welk begrip past het beste bij de film: 'Der Ewige Jude'?
A
Nationaalsocialisme
B
Communisme
C
Rassenleer
D
Antisemitisme

Slide 11 - Quizvraag

Kort samengevat
Je bent nu in staat op de lesdoelen 1 en 2 van deze paragraaf te beantwoorden. 
Hitler sprak vol passie over het nationaalsocialisme: een stroming die uitgaat van een sterk leiderschap, nationalisme, militarisme en racisme. De volgende kenmerken kun je noemen.
  • Democratie is verkeerd. Er moet een sterke leider komen.
  • Geweld gebruiken is toegestaan.
  • Duitland is geweldig! Nationalisme.
  • Duitsland moet weer een sterk leger krijgen.
  • Haat tegen joden, ookwel antisemitisme.
Antisemitisme is een onderdeel van de rassenleer. Belangrijke woorden die je moet onthouden:
  • Arische ras: Mensen die afstammen van de Germanen. Volgens Hitler stamt hier het Duistse volk van af.
  • Übermenschen: Het Arische ras, het ras dat meer waard was dan andere. Superieur dus.
  • Untermenschen: Mensen die minder waard waren. Volgens Hitler dus de Joden, homoseksuele en gehandicapten. 
Kort samengevat

Slide 12 - Tekstslide



Beantwoorde de ledoelen

Lezen bladzijde:
81
Maken: blz 84
2 en 3
Beantwoord de lesdoelen:

1. Jullie kunnen vijf kenmerken van het nationaalsocialisme noemen.
2. Jullie kunnen uitleggen wat antisemitisme te maken heeft met rassenleer.

Aan de slag

Slide 13 - Tekstslide

1. Heb je een vraag over een van de opdrachten in het boek?
2. Heb je een vraag over de lesstof?

Slide 14 - Open vraag

Maak een foto van je gemaakte huiswerk. Dit moet wel leesbaar zijn.

Slide 15 - Open vraag

Deel 2
Bekijk de volgende slides en maak de quiz vragen.

Ben je bij de slide waar de opdrachten van het boek staan? 
 Maak de opdrachten en dan ben je klaar met deze paragraaf.

Slide 16 - Tekstslide

Uitleg filmpje: Hoe komt hitler aan de macht in Duitsland?
  1. Kijk het filmpje op de volgende slide.
  2. Tijdens het filmpje zul je vragen krijgen. Beantwoord die. Het filmpje start automatisch weer na de vraag.  
  3. Ook zullen er aanvullende informatie slides tussendoor komen.
  4. Schrijf vragen op als je die hebt zodat je ze kan stellen tijdens de les in teams. 


Slide 17 - Tekstslide

7

Slide 18 - Video

03:34
Welk begrip vind je bij deze speech van Hitler passen?
A
Nationalisme
B
Persoonsverheerlijking
C
Militarisme
D
Socialisme

Slide 19 - Quizvraag

06:50
Aanvulling op het filmpje


In het filmpje zeggen ze dat Hitler alle andere partijen afgeschaft. De enige partij die nog overblijft is de partij van Hitler, de NSDAP. Duistland verandert van een democratie is een dictatuur.

Dictatuur: Manier van een land besturen waarbij één leider of één partij de macht heeft. De leider van staat noem je een dictator. 

Slide 20 - Tekstslide

06:51
Ook nu bestaan er in de wereld nog dictaturen. Kun je er een noemen?

Slide 21 - Open vraag

07:10
De kranten mochten alleen schrijven over dingen die de NSDAP goed vond.
Welk begrip past hier het beste bij?
A
Persvrijheid
B
Nationaalsocialisme
C
Censuur
D
Dictatuur

Slide 22 - Quizvraag

07:26
Er kwam een verboden boekenlijst. De bevolking kreeg hierdoor alleen maar informatie en ideeën te horen van de Nazi's.
Wat doet dat met mensen denk je?
Kijk je antwoord na.

Slide 23 - Open vraag

09:58
Aanvulling op het filmpje
De NSDAP richtte clubs op voor jongeren:
  • Hitlerjugend: Een club die jongens vanaf tien jaar oud voorbereiden op het leven van een soldaat. Sportclubs waren hier onderdeel van. 
  • De Bund Deutsche Mädel: Een club voor meisjes tussen de tien en achttien jaar oud . Ze leerden hier wat een ideale huisvrouw was. Hen werd geleerd dat ze veel kinderen moesten krijgen zodat ze het Arische ras konden voort  planten. 
De jeugdorganisaties was voor kinderen vaak hartstikke leuk. Ze gingen met elkaar op kamp en deden andere leuke uitjes samen. Veel kinderen en families konden niet op vakantie. De organisaties van de NSDAP was dan een goed alternatief. 

In deze clubs werd de leer (de ideeën) van Hitler en de NSDAP elke keer weer opnieuw uitgelegd aan de kinderen. Zij gingen hier uiteindelijk ook in geloven. Ze dachten niet zelf meer na over wat ze zelf vonden. Dit heet indoctrinatie. Een ander woord voor indoctrinatie is hersenspoelen


Slide 24 - Tekstslide

10:31
Aanvulling op het filmpje
Neurenberger Rassenwetten 1935
Deze wetten moeten de rechten voor Joden 
sterk beperken, met als doel dat ze 'vrijwillig'
 uit Duitsland zouden vertrekken.
Het uitsluiten van joden in de samenleving
wordt nu echt serieus.

  • Zo mogen Joden geen Duitser meer zijn,
    of trouwen met een Duitse burger.
  • Bestaande huwelijken met joden werden ongeldig verklaard.
  • Joodse Ambtenaren werden ontslagen.

Klik hier
Dit is een schema die de Duitsers gebruikten om het verschil tussen Duitsers en Joden uit te leggen. Of je Duits of joods bent gaat terug tot aan je grootouders. 
Als jouw opa of oma joods was dan was jij automatisch ook Joods volgens de Nazi's. 
Klik op de afbeelding om in te zoomen

Slide 25 - Tekstslide

Propaganda: Posters
Klik hier
Deze poster wilt jongeren stimuleren om zich aan te melden bij de Hitlerjugend. 

Wat valt er op?
- Het jongetje heeft blond haar en blauwe ogen. Waar verwijst dat naar?
- De tekst boven aan de poster betekent: ' De jeugd dient de Führer'. 
- De tekst onder aan de poster betekent: ' Alle tienjarige in de hitlerjugend!'. 
Klik hier
Tekst onder aan de poster: Lang leven Duitsland.

Hitler wordt op deze poster als een krachtig leider afgebeeld. Dat komt door de volgende beeld elementen:
  1. Hitler staat centraal in de afbeelding
  2. Hij houd in zijn linkerarm een vlaggenstok met de vlag van nazi's in de lucht,
  3. De adelaar boven het hoofd van Hitler staat symbool voor leiderschap.
  4. Het lijkt bijna alsof de adelaar naar de hemel vliegt, dit komt door het licht. Alsof het god's wil is dat Hitler aan de macht is.
Klik hier
Op deze poster staat:

De Duitse student strijdt voor Führer en volk in de studentenvereniging van de NSDAP.

Ook hier heeft de jongen weer kenmerken van het Arische ras. 

De boodschap is hier dus ook: Sluit je aan bij de organisatie van de NSDAP. 

Slide 26 - Tekstslide


Welk kenmerk van het nationaalsocialisme past bij deze poster? 
Klik om in te zoemen

Slide 27 - Open vraag

Waarom past het begrip 'nationalisme'
bij deze afbeelding?
Klik om in te zoemen

Slide 28 - Open vraag

Sleep het juiste woord naar de bijpassende zin
Duitse nazi-jeugdorganisatie voor jongens.
De knokploeg van de NSDAP, verantwoordelijk 
voor bv geweld tegen joden
Een nationaal-socialistische organisatie voor meisjes
in nazi-Duitsland.
Een eenzijdige boodschap geven waarmee iemands 
gedachten gemanipuleerd wordt
Vaak misleidende informatie die gebruikt wordt om
 aanhangers - steun te winnen. Vaak gebruikt om 
ideele en politieke doelen te verwezenlijken.
Afschaffen democratie en politieke partijen
Bund Deutscher Mädel
SS
propaganda
indoctrinatie 
Hiterjugend
dictatuur

Slide 29 - Sleepvraag

1. Duitsland wordt een dictatuur
  • Dictatuur: Een manier van regeren waarbij één persoon of kleine groep alle macht heeft.
  • Persoonsverheerlijking: Een mens als een soort God vereren.
Overzicht: Kenmerken totalitaire staat onder Hitler
2. Gelijkschakeling: de gedachten en het gedrag van de bevolking controleren en aan passen aan de ideeën van de nazi's -> door censuur / propaganda en indoctrinatie
  • Indoctrinatie: Continu je mening en ideeën aan andere op dringen door eenzijdige, partijdige informatie te geven.
  • Hitlerjugend:  jongens leren marcheren en met wapens om te gaan.
  • Bund Deutscher Mädel: meisjes leren hun taak als moeder en huisvrouw
3. Terreur met behulp van de volgende organisaties: 
  • Gestapo: de geheime politie in nazi-Duitsland
  • SA: Knokploegen, zij intimideerden politieke tegenstanders 
  • SS: In het begin een soort lijfwacht
Symbool van de SS

Slide 30 - Tekstslide



Beantwoorde de ledoelen

Lezen bladzijde:
82
Maken van blz 84 en 85
4,5, 6 en 9
Beantwoord de lesdoelen:

3. Jullie kunnen uitleggen hoe Hitler van Duitsland een dictatuur maakte.
4. Jullie kunnen uitleggen hoe gelijkschakeling leidde tot indoctrinatie in nazi-Duitsland. 
5. Jullie kunnen uitleggen hoe terreur werd gebruikt in Nazi-Duitsland.
6. Jullie kunnen uitleggen waarom vooral Joden slachtoffer waren van deze terreur.
Aan de slag

Slide 31 - Tekstslide

1. Heb je een vraag over een van de opdrachten in het boek?
2. Heb je een vraag over de lesstof?

Slide 32 - Open vraag

Maak een foto van je gemaakte huiswerk

Slide 33 - Open vraag

Deel 3
Bekijk de volgende slides en maak de quiz vragen.

Ben je bij de slide waar de opdrachten van het boek staan? 
 Maak de opdrachten en dan ben je klaar met deze paragraaf.


Slide 34 - Tekstslide

Uitleg filmpje: Appeasement politiek
  1. Kijk het filmpje op de volgende slide.
  2. Beantwoord de vragen na het filmpje. 
  3. Schrijf vragen op als je die hebt zodat je ze kan stellen tijdens de les in teams. 


Slide 35 - Tekstslide

1

Slide 36 - Video

12:30
Aanvulling op het filmpje: 
Hitler vond dat het Duitse volk meer ruimte nodig had en dat alle Duits sprekende volken en gebieden bij Duitsland moesten horen. Lebensraum (Leefruimte) noemt hij dat. 
Hij wilde landen in Oost-Europa veroveren om het Duitse volk die ruimte te geven. De bevolking , untermenschen die daar woonden,  moesten daar weg.

De inname van Oostenrijk-Hongarije wordt de Anschluss (Aansluiting) genoemd. Het overgrote deel van het volk in Oostenrijk-Hongarije vond de inname helemaal niet erg. Zij voelde zich Duits en wilde Hitler graag als leider. 

Slide 37 - Tekstslide

Hoe wordt de overname van Oostenrijk genoemd?
A
Anschluss
B
Conferentie van Munchen
C
Oorlog
D
Appeasement politiek

Slide 38 - Quizvraag

Waarom denk je dat geallieerden landen niet in durfden te grijpen toen Duitsland de regels van het verdrag van Versailles overtrad? Gebruik 'De Eerste Wereldoorlog' in je antwoord.

Slide 39 - Open vraag

Kort samengevat
  1. Hitler neemt Oostenrijk in. De Anschluss.  
  2. Na het innemen van het Duitse deel van Tsjechoslowkije is Engeland het zat. -> Verdrag van München. Hitler belooft dat hij alleen het duitssprekende deel inneemt. (Sudetenland)
  3. Hitler neemt de rest van Tsjechoslowakije in. Engeland en Frankrijk geven een laatste waarschuwing. Als Hitler nu niet stopt komt er oorlog.
  4. Hitler valt Polen binnen en de oorlog wordt verklaart.

Engeland en Frankrijk blijven steeds waarschuuwen. Ze proberen de vrede te bewaren. Dit heet appeasement politiek. Hitler kan hierdoor veel regeld overtreden. 



Je bent nu in staat om de lesdoelen 7 en 8 te beantwoorden van deze paragraaf

Slide 40 - Tekstslide

Spotprent
klik voor uitleg: Spotprent
Klik hier
Vertaling: De weg naar glorie.
Klik hier
Dit is Hitler. Te herkennen aan zijn snor en het symbool van de Nazi's op zijn arm.
Klik hier
Vertaling: Leiders van de democratie zonder ruggegraat.

Hiermee worden Engeland en Frankrijk bedoeld die niet durven in te grijpen als Duitsland de regels overtreed. 


Stappenplan

1. Het beeld.
Wat zie je? Wat valt er op?

2. Gebeurtenis.
Waar gaat de afbeelding over?

3. Positief of negatief

4. Conclusie
In je boek ga je hier straks verder mee oefenen.

Slide 41 - Tekstslide

Wat vond je van de les?

Slide 42 - Open vraag



Beantwoorde de ledoelen

Lezen bladzijde:
83
Maken van blz 85/86
10, 11  en 12
Beantwoord de lesdoelen:

7. Jullie kunnen uitleggen wat de Nazis bedoelden met "lebensraum".
8. Jullie kunnen uitleggen wat appeasement politiek inhoud.
Aan de slag

Slide 43 - Tekstslide

1. Heb je een vraag over een van de opdrachten in het boek?
2. Heb je een vraag over de lesstof?

Slide 44 - Open vraag

Maak een foto van je gemaakte huiswerk

Slide 45 - Open vraag

Einde van de paragraaf.

Slide 46 - Tekstslide