B&F, Begrijpend lezen, week 4, A Vogels tellen, tel je mee?

Begrijpend lezen
Nieuwsbegrip 
Titel: Vogels tellen, tel je mee?
Niveau: A
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
Begrijpend lezenBasisschoolGroep 6,7

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Begrijpend lezen
Nieuwsbegrip 
Titel: Vogels tellen, tel je mee?
Niveau: A

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Sleutelvraag: Over welk nieuws gaat de inleiding?

Slide 3 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Vogels tellen

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer is de Nationale Tuinvogeltelling?
A
1 dag per jaar
B
1 weekend per jaar
C
1 week per jaar
D
1 maand per jaar

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Sleutelvraag: In regel 9 staat: Maar één weekend per jaar is het extra leuk. Wat is dan extra leuk en waarom?

Slide 6 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Nationale Tuinvogeltelling

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer was de Nationale vogeltelling voor het eerst?
A
2001
B
2010
C
2011
D
2020

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Sleutelvraag: Welke dingen komt Vogelbescherming te weten door de Nationale Tuinvogeltelling? Noem 3 dingen.

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Iedereen kan meedoen

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Sleutelvraag: Als je mee wilt doen aan de Nationale Tuinvogeltelling, zijn er een paar regels waar je je aan moet houden. En er zijn tips voor als je meedoet. Noem 3 goede regels of tips.

Slide 11 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Sleutelvraag: Waarom is het het handigst om tuinvogels aan het begin van de dag te tellen?

Slide 12 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Populair

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat betekent het woord: 'nationaal'
A
van een bepaald dorp
B
van een bepaalde stad
C
van een bepaald land
D
van een bepaald werelddeel

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Sleutelvraag: In regel 35-36 staat: in 2020 stond de huismus op nummer één. Wat wordt daarmee bedoeld?

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat betekent het woord: 'noteren'
A
tellen
B
kijken
C
foto maken
D
opschrijven

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wil je zelf meedoen aan de Tuinvogeltelling?
A
Ja
B
Nee

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

4 vogels
De volgende 4 vogels stonden vorig jaar in de top 5: 
1. De huismus
2. De koolmees
3. De pimpelmees
4. De Merel

Op de volgende pagina's staat meer informatie over deze vogels. Lees dit goed! 

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

hoe weet je welke vogel je ziet?
oog
staart
poot
kop
buik
kleur
snavel

Slide 19 - Sleepvraag

Sleepvraag
Vertel: Dit is een koolmees. Om een vogel te kunnen herkennen, moet je goed kijken! Aan welke punten kun je een vogel herkennen? 
Doe: Sleep de woorden naar de koolmees: oog, snavel, staart, poot, kop, buik, kleur

Na sleepvraag
Vertel: Wanneer je goed kijkt, kun je dus aan deze punten een vogel herkennen. Een koolmees heeft dus een gele buik met een zwarte streep er over heen. Ook heeft hij zwarte ogen en een soort zwart petje op zijn kop.
De huismus
Is van boven bruin en van onder een beetje grijs.  Is tussen de 14 en 16 cm. Heeft een dikke snavel. Het vrouwtje heeft een lichtbruine snavel. 
Het mannetje heeft een zwarte snavel, een grijze pet en een zwarte keel. 

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

huismus

Slide 21 - Tekstslide

Informatieve kijkafbeelding
Vertel: Dit is een huismus. Kijk eens goed naar hem. Hoe kunnen we de huismus herkennen?
Doe: Bespreek met de klas wat ze aan de huismus op vinden vallen.
Vertel: De huismus is altijd bruin van boven en lichtbruin onder op zijn buik. Ook heeft het mannetje een zwarte vlek onder zijn snavel.

Leuk weetje: De huismus is de meest getelde vogel in de Nationale Tuinvogeltelling.
0

Slide 22 - Video

Video
Doe: Bekijk de video van de huismus.

Extra informatie over de huismus:
De huismus is een echt familiedier. Ze blijven altijd in hetzelfde gebied, soms zelfs in dezelfde tuin als waar ze geboren zijn.
Het aantal huismussen in ons land is de afgelopen jaren met de helft afgenomen. Dat komt vooral omdat het steeds moeilijker voor ze wordt om bij de huizen te broeden en om eten te vinden.
De koolmees
Heeft een gele borst en een groene rug. De vleugels zijn grijsblauw. De kop is zwart met grote witte wangen. Heeft een zwarte streep over zijn borst. Is tussen de 13 en 15 cm groot.  Heeft een zwarte, dunne snavel. 

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

koolmees

Slide 24 - Tekstslide

Video
Doe: Bekijk deze video.
Vertel: Hier zie je de koolmees weer. In de winter eten ze zaden en vetbollen. In de lente en zomer eten ze rupsen en andere kleine insecten zoals je hier ziet.
Vraag: Waarom zou deze koolmees al dat pluis van de tennisbal af halen?
Antwoord: Om te gebruiken voor in zijn nestje.
De pimpelmees
Heeft een blauw petje en een gele borst. Heeft een blauwe sjaal om zijn nek. De vleugels zijn blauw en zijn rug is groen. Is tussen de 10 en 12 cm groot. Zijn snavel is kort en donker. 

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

pimpelmees

Slide 26 - Tekstslide

Informatieve kijkafbeelding
Vertel: Dit is een pimpelmees. Kijk eens goed. Hoe kunnen we hem herkennen? Als je goed kijkt heeft hij een zwart masker over zijn ogen, een blauw petje, een gele buik en een kleine rond aflopende snavel.

Doe: Klik op het geluidsicoontje om het geluid van de pimpelmees te horen.

Aanvullende informatie:
Mannetjes en vrouwtjes zien er hetzelfde uit.
het verschil tussen kool- en pimpelmezen

Slide 27 - Tekstslide

Video
Doe: Bekijk deze video en kom achter de verschillen tussen de koolmees en de pimpelmees.
wie ben ik?
Sleep het juiste antwoord naar de juiste vogel.
blauw petje
zwart petje
masker over ogen
streep op borst
zwaarder

Slide 28 - Sleepvraag

Sleepvraag:
Vertel: Links staat de pimpelmees en rechts de koolmees. Boven hun zie je stellingen staan. 
Vraag: Wat hoort bij welke vogel?
Doe: Sleep de juiste stelling naar de juiste vogel.
De merel
Is tussen de 23 en 29 cm groot. Het mannetje is zwart. Het vrouwtje is bruin. Het mannetje heeft een oranje snavel. Het vrouwtje heeft een bruine snavel. 

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


waar of niet waar?
de bruine vogel is een vrouwtje
Klik op de afbeeldingen om ze te vergroten.
A
B

Slide 30 - Quizvraag

Meerkeuzevraag
Vertel: Hier zie je twee merels.
Vraag: Waar of niet waar: De bruine vogel is een vrouwtje
Doe: Kies het juiste antwoord. Duim omhoog betekent: ja, de bruine vogel is een vrouwtje. Duim omlaag betekent: Nee, de bruine vogel is niet een vrouwtje.
Antwoord: Beide vogels zijn merels. De bruine vogel links is het vrouwtje en de zwarte vogel rechts is het mannetje. Door de kleur kun je ze goed uit elkaar houden.
Sleep de naam naar de juiste vogel
De huismus
De koolmees
De pimpelmees
De merel

Slide 31 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wil je nog meer over dit onderwerp lezen? 
Klik dan op de link op de volgende pagina. 

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 33 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Slide 34 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Slide 35 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Hoe vond je de les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 36 - Poll

Deze slide heeft geen instructies