Bestuursrecht les 4 (cohort 2018)

Bestuursrecht
Les 4
KE5: Brede kennis staats- en bestuursrecht
VE2: Specialistische kennis bestuursrecht
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
RechtMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Bestuursrecht
Les 4
KE5: Brede kennis staats- en bestuursrecht
VE2: Specialistische kennis bestuursrecht

Slide 1 - Tekstslide

Check
Begrippen:
1. Algemeen bestuursrecht
2. Bijzonder bestuursrecht
3. Superioriteitsregel
4. Specialiteitsregel
5. Posterioriteitsregel

Slide 2 - Tekstslide

Bestuursorgaan
  • Overheidstaken worden uitgevoerd door bestuursorganen.
  • Onder bestuursorgaan wordt verstaan (art. 1:1, lid 1 Awb):
  1. een orgaan van een rechtspersoon die krachtens publiekrecht is ingesteld, of
  2. een ander persoon of college met enig openbaar gezag bekleed. 

Slide 3 - Tekstslide

Bestuursorgaan: A-orgaan
  • Rechtspersoon krachtens het publiekrecht ingesteld: rechtspersoon niet door mensen opgericht, maar door wet in het leven geroepen (= openbaar lichaam). 
    > zie art. 2:1 BW
  • Orgaan: onderdeel van het openbaar lichaam; personen of instanties die namens de rechtspersoon handelen

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Bestuursorgaan: B-orgaan
  • Ander persoon of college met enig openbaar gezag bekleed: natuurlijk persoon of privaatrechtelijke rechtspersonen (BV, NV, stichting en vereniging) met een typische overheidstaak
  • Openbaar gezag: bevoegdheid om eenzijdig wijzigingen rechten en plichten burgers/bedrijven. 
  • Voorbeeld: APK-keuringsstation (bevoegd o.g.v. Wegenverkeerswet); Nederlandse Bank BV. 

Slide 6 - Tekstslide

Zelfstandig bestuursorgaan
  • Organisatie die overheidstaken uitvoert, maar die niet direct onder het gezag van minister valt; als zbo bij wet ingesteld. 
  • Voert zelfstandig bepaald deel van bestuurstaak uit. 
  • Staat los van centrale overheid. 
  • Voorbeeld: Afname rij-examens door CBR. Bij uitvoering overheidstaak door ministerie, zou minister over elk rijbewijs moeten beslissen.

Slide 7 - Tekstslide

De minister van Financiën is een
A
a-orgaan
B
b-orgaan
C
zbo

Slide 8 - Quizvraag

De burgemeester van Enschede is een
A
a-orgaan
B
b-orgaan
C
zbo

Slide 9 - Quizvraag

Het CBR is een
A
a-orgaan
B
b-orgaan
C
zbo

Slide 10 - Quizvraag

De Sociale Verzekeringsbank (SVB) is een
A
a-orgaan
B
b-orgaan
C
zbo

Slide 11 - Quizvraag

Openbaar gezag betekent

Slide 12 - Open vraag

Begrippen
  1. Bestuursorgaan
  2. a-orgaan
  3. b-orgaan
  4. Zelfstandig bestuursorgaan
  5. Openbaar gezag

Slide 13 - Tekstslide