Slaap(gedrag)

Slaap(gedrag)
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
WelzijnMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Slaap(gedrag)

Slide 1 - Tekstslide

Persoonlijke verzorging & ADL
Observeren en signaleren van...

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoelen
Na deze les kan je:
  • De functie en kenmerken van slaap benoemen.
  • De factoren die de slaap beïnvloeden benoemen.
  • Het slaap- waakritme observeren en beredeneren. 
  • De werking van slaapmiddelen kunnen toelichten. 
  • Hulp bieden bij slaapproblemen waarbij je rekening houdt met de mogelijkheden, wensen en gewoonten van de zorgvrager. 

Slide 3 - Tekstslide

Weetje:
Mensen slapen 1/3 van hun leven
A
Waar
B
Niet waar

Slide 4 - Quizvraag

Weetje:
In de meeste gevallen gaan nachtmerries over...
A
Hulpeloosheid
B
Achtervolgt worden
C
Vallen
D
Controle verliezen

Slide 5 - Quizvraag

Weetje:
1 op de 10 kinderen slaapwandelt
A
Waar
B
Niet waar

Slide 6 - Quizvraag

Wat zijn de functies van slapen?

Slide 7 - Woordweb

Functies van slapen
  1. Ontspanning van het lichaam.
  2. Ontspanning van de geest. 
  3. Dromen. 

Slide 8 - Tekstslide

Ieder mens heeft een eigen slaap-waakritme, ook wel biologische klok genoemd. Hoeveel uur slaap jij gemiddeld, per 24 uur?

Slide 9 - Open vraag

Slide 10 - Tekstslide

Hoeveel slaapstadia heb je?
A
4
B
5
C
3
D
6

Slide 11 - Quizvraag

Slaapstadium
Stadium 0: Ontspanning
Stadium 1: Vertraging van de lichaamsfuncties (sluimerfase)
Stadium 2: Totale ontspanning (lichte slaap)
Stadium 3: Moeilijk te wekken (diepe slaap)
Stadium 4: Lichamelijk herstel (diepe slaap)
Stadium 5: Remslaap (droomfase)

Slide 12 - Tekstslide

In gesprek met de zorgvrager
Wat zijn de wensen en gewoonten van de zorgvrager, als je kijkt naar slaaptijden, beddengoed, slaaprituelen?
Is de zorgvrager gewoonlijk na het ontwaken goed uitgerust en klaar voor de dag?
Heeft hij problemen met inslapen?
Maakt hij gebruik van hulpmiddelen?
Heeft hij last van dromen?
Heeft hij last van angst in donkere ruimtes?
Is hij (te) vroeg wakker?
Hanteert de zorgvrager regelmatige perioden voor rust en ontspanning?
Gebruikt de zorgvrager slaapmedicatie?
Wat is het dag-en-nachtritme van de zorgvrager?

Slide 13 - Tekstslide

Heb jij een slaapritueel?

Slide 14 - Open vraag

Ieder mens heeft een eigen dag-en-nachtritme
A
Waar
B
Niet waar

Slide 15 - Quizvraag

Er slaapwandelen meer vrouwen dan mannen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 16 - Quizvraag

Overmatig slapen zorgt voor...
A
Nachtmerries
B
Hart- en vaatziekten
C
Depressie
D
Allergie

Slide 17 - Quizvraag

Een verstoord slaap-waakritme
  • Dag en nacht ritme omdraaien 
  • Vreemde omgeving
  • Slapeloosheid
  • Overmatig slapen--> depressie 
  • Slaapwandelen>meer mannen dan vrouwen
  • Nachtmerries>niet goed verwerkte situaties 
  • Bedplassen> angst om bed nat te maken en dan maar wakker blijven   

Slide 18 - Tekstslide

Wat voor klachten zouden de slaap kunnen verstoren?

Slide 19 - Woordweb

Veel voorkomende klachten
Pijn
Honger en dorst
Gedwongen houding
Psychische klachten

Slide 20 - Tekstslide

Gevolgen van slaap tekort
Een tekort aan slaap heeft op iedereen, gezond of ziek, een groot effect. Te weinig slaap geeft onder andere de volgende verschijnselen:

Afwijkend gedrag: Nervositeit, geïrriteerdheid of zich angstig of apathisch (onverschillig) voelen
Concentratieverlies: Kan leiden tot ongelukken
Gestoorde gedachtegang en vaak abnormale reactie op prikkels: Zorgvragers die van een mug een olifant maken
Niet meer goed lichamelijk functioneren: Minder werkzaamheden en activiteiten kunnen doen

Slide 21 - Tekstslide

Gestoorde gedachtegang en vaak abnormale reactie op prikkels:

A
Nervositeit, geïrriteerdheid of zich angstig of apathisch (onverschillig) voelen
B
Minder werkzaamheden en activiteiten kunnen doen
C
Zorgvragers die van een mug een olifant maken
D
Kan leiden tot ongelukken

Slide 22 - Quizvraag

Wat kun jij als zorgverlener doen als je zorgvrager al de gehele dag op bed ligt, hoe zorg jij dat die zorgvrager lekker kan slapen?

Slide 23 - Woordweb

Slaapmiddelen zijn verslavend

A
Waar
B
Niet waar

Slide 24 - Quizvraag

Waarom kunnen we niet in slaap komen als we het mobieltje aan hebben?
A
Door het licht.
B
Door de (5G)straling.
C
Door het geluid.
D
Omdat je nieuwsgierig bent naar je berichten.

Slide 25 - Quizvraag

Slaapmiddelen ontspannen de...
A
Spieren
B
Zenuwen

Slide 26 - Quizvraag

Wat kan je observeren wanneer de zorgvrager slaapt?
WAAR
NIET WAAR
Ademhaling
Transpireren
Slaapritme
Onrust
Psychische klachten 

Slide 27 - Sleepvraag

Slide 28 - Video