Chapitre 1 2021-2022

Bienvenue au cours de français!

                                                                Salut!

octobre 2021
lessonup.app
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Bienvenue au cours de français!

                                                                Salut!

octobre 2021
lessonup.app

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bonjour ! Comment allez-vous?

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Les objectifs 
* Je reflecteert over/evalueert de eerste gemaakte toets.
* Je weet wat wederkerende voornaamwoorden zijn, je kunt voorbeelden noemen en deze in zinnen gebruiken. 

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Le programme d'aujourd'hui
1. Le premier test 35'
2. Le français en classe 15'
3. Les verbes réfléchis 10'
4. Travailler 20'
5. La fin 5' 

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kies het juiste wederkerend voornaamwoord.
Vous ___ amusez au cinéma.
A
nous
B
vous

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke onderstaande werkwoorden zijn wederkerend werkwoorden? (dus werkwoorden met zich)
A
marcher, laisser tomber
B
s'amuser, s'habiller, se maquiller
C
permettre, mettre à l'aise
D
essayer, suivre

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het wederkerend werkwoord herken je aan
A
-er
B
se
C
-oyer
D
leur

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wederkerende werkwoorden:
hij staat op (opstaan = se lever)
A
il te lève
B
il se lève
C
il te lèves
D
il se lèves

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke woorden zijn in het Frans wederkerend maar in het NL niet? (Let op: meer mogelijkheden)
A
douchen
B
opstaan
C
naar bed gaan
D
nemen/pakken

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Je zet het wederkerend voornaamwoord altijd voor de pv
A
faux
B
vrai

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Vervoeg de wederkerende werkwoorden tussen haakjes in de présent
Après le sport, je (se doucher) ____________.
A
je me doucher
B
je te douches
C
je se douche
D
je me douche

Slide 11 - Quizvraag

Moeilijk? Kijk nog naar ppt chapitre 1 in som deze week
Le test
Chapitre 1:
- Vocabulaire A/B (FA-NL & NL-FA)
- Het bezittelijk voornaamwoord (bijvoeglijke vorm beide kanten op kunnen maken, zelfstandige vorm alleen FA-NL)
- Phrases-clés D (FA-NL & NL-FA)
- Verbes en -ir (zie aantekeningen + exercices)
- De betekenissen van exercices 13/14.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Les consignes 
Qui?           La classe  
Quoi?         Faites ex. 32 dans le livre d'exercices
Comment?        En silence et avec ton livre de textes
Aide?          Tes livres + le prof
Temps?            25 minutes     
Résultat?       Je hebt een tekst gelezen over een bekend ow.
Fini?        Apprendre: woordenlijst / DuoLingo!
timer
15:00

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat heb je geleerd deze les?
Donnez des exemples!

Slide 19 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Au revoir !!

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies