herhaling H3 OORLOG EN CRISIS

Overzicht H3 Oorlog en Crisis
3.1 : de Eerste Wereldoorlog
3.2: Rusland wordt communistisch
3.3; Vrede en crisis
3.4: Opkomst van het fascime

1 / 55
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 55 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Overzicht H3 Oorlog en Crisis
3.1 : de Eerste Wereldoorlog
3.2: Rusland wordt communistisch
3.3; Vrede en crisis
3.4: Opkomst van het fascime

Slide 1 - Tekstslide

3.1
- Ik ken de vier oorzaken van de Eerste wereldoorlog
- Ik kan beschrijven hoe de Eerste Wereldoorlog verliep in het oosten en het westen
- Ik kan twee redenen noemen waarom Duitsland de oorlog verloor

3.2.
- Ik kan drie oorzaken van de Russische revolutie noemen
- Ik kan uitleggen wat de communisten wilden veranderen in de economie en de samenleving in Rusland
- Ik kan met drie voorbeelden uitleggen dat de Soviet Unie een onvrij land was

3.3 
- Ik kan vier maatregelen noemen waarmee Dutisland werd gestraft
- Ik kan vier kenmerken van het fascisme noemen
- Ik kan uitelggen de de VS een consumptiemaatschappij en een vrijemarkt economie waren

3.4
- Ik kan twee gevolgen noemen van de economische crisis in de VS
- Ik kan uitleggen dat de crisis ook gevolgen had voor Europa
-ik kan uitleggen dat het fascisme en communisme groeide in Europa

Slide 2 - Tekstslide

wapenwedloop
bondgenootschappen
centralen
geallieerden
eerste wereldoorlog
wapenstilstand
communisten
Russische Revolutie
planeconomie
dictatuur
propaganda
massacommunicatie
terrreur

verdrag van Versailles
fascisme
consumptiemaatschappij
vrijemarkteconomie
economische crisis
nasdap
nationaal socialisme
NSB
directe oorzaak
indirecte oorzaak
direct gevolg
indirect gevolg
(economisch, politiek, cultureel, sociaal)

Slide 3 - Tekstslide

Wie bij wie?

Slide 4 - Tekstslide

Geallieerden
Centralen
Groot Brittannie
Duitsland
Oostenrijk Hongarije
Frankrijk
Rusland
Turkse Rijk

Slide 5 - Sleepvraag

Geallieerden
Engeland
Frankrijk
Rusland

(later ook U.S.A.)
en Italie kiest toch de 
kant van de geallieerden
Centralen
Duitsland
Oostenrijk Hongarije
Turkse Rijk

Slide 6 - Tekstslide

Wat betekent Neutraal
A
je leger op sterke maken.
B
je bent onpartijdig.
C
je bent tegen smokkelen.
D
Je vangt vluchtelingen op.

Slide 7 - Quizvraag

Hoe kwam het tot deze oorlog?
(de oorzaken)


1. Wapenwedloop
2. Nationalisme
3. Bondgenootschappen
4. Imperialisme 

Slide 8 - Tekstslide

NATIONALISME
WAPEN
WEDLOOP
BONDGENOOT
SCHAPPEN
eigen volk eerst
als ik maar sterker ben dan de ander
Jouw vijand is mijn vijand.

Slide 9 - Sleepvraag

welke uitleg past het best bij wapenwedloop?
A
Ik probeer een nieuw wapen uit te vinden, want we komen niet verder in de oorlog.
B
Ik wil de sterkste zijn. Daarom koop ik steeds meer wapens.
C
Mijn land is het beste en heeft het beste leger.
D
Mijn vrienden komen mij toch helpen.

Slide 10 - Quizvraag

oorzaak 1
wapenwedloop.

Als landen sterker willen zijn dan de ander.

Slide 11 - Tekstslide

oorzaak 2
nationalisme

Jouw eigen land is het belangrijkste en mag niet beledigd worden

Slide 12 - Tekstslide

oorzaak 4:
Imperialisme

iedereen is op zoek naar kolonies

Slide 13 - Tekstslide

oorzaak 3
Bondgenootschappen.

Landen hebben afspraken gemaakt om elkaar te helpen.

Slide 14 - Tekstslide

Wat was de aanleiding (directe oorzaak)?
A
Door de dood van Frans Ferdinand kreeg iedereen ruzie
B
Landen hadden afspraken gemaakt om elkaar te helpen
C
De landen hadden heel veel wapens. Het moest fout gaan.
D
Een nationale trots, samen met een sterk leger, op zoek naar kolonies en bondgenoten.

Slide 15 - Quizvraag

directe aanleiding

De moord op kroonprins Franz Ferdinand van Oostenrijk Hongarije

Slide 16 - Tekstslide

waarom verloor Duitsland de oorlog?
2 antwoorden zijn goed.
A
In 1917 sloot het vrede met Rusland.
B
Het land had geen geld meer
C
Het land had geen middelen meer zoals munitie en soldaten
D
In 1917 gingen de Amerikanen meedoen.

Slide 17 - Quizvraag

Waarom wordt WO1 een moderne oorlog genoemd?
A
Er waren veel nieuwe wapens
B
Moderne wapens, grote legers, de economie hoort ook bij de oorlog
C
Het was de eerste oorlog waar foto en film een rol speelden.
D
Er deden veel landen en mensen mee aan de oorlog.

Slide 18 - Quizvraag

De moderne oorlog
Door nieuwe technieken en fabrieken was de oorlog heel anders als men toen gewend was.



Slide 19 - Tekstslide

1871
Frans-Duitse oorlog
1914
de eerste wereldoorlog

Slide 20 - Tekstslide

De moderne oorlog:

  • Nieuwe wapens en vervoersmiddelen.
  • Grote legers en veel doden.
  • De economie van een land wordt ingezet voor de oorlog.


Slide 21 - Tekstslide

Wapenstilstand

Slide 22 - Tekstslide

Het verdrag van Versailles

wat zijn de hoofdpunten uit dat verdrag?

Slide 23 - Tekstslide

Duitsland moet schuld erkennen en betalen
Duitsland moet land afstaan en mag geen leger hebben.

Slide 24 - Tekstslide

3.2 Rusland wordt communistich
3 redenen voor de opstand
wat veranderde door de communisten
voorbeelden van een dictatuur

Slide 25 - Tekstslide

De mensen in Rusland kwamen in opstand
A
Er was geen voedsel meer
B
Boeren en arbeiders hadden niets te zeggen
C
Ze wilden niet langer vechten voor de Tsaar
D
Duitsland was aan het winnen.

Slide 26 - Quizvraag

Opstand in Rusland 1917

1: De keizer had alle macht. Niemand had inspraak
2: Er was veel armoede
3: Door de onvrede kreeg het communisme meer aanhangers. 

Slide 27 - Tekstslide

communisme

Slide 28 - Woordweb

Even terzijde
Dit hoef je niet te weten voor je toets

Slide 29 - Tekstslide

Neven
Tsaar Nicolaas II (Rusland)
King George V (G.B.)

keizer Wilhelm II (Duitsland)

Slide 30 - Tekstslide

Noem een politieke verandering en een culturele verandering in Rusland 1917 . Doe dit zo:
Een politieke verandering is.....
Een culturele verandering is.....

Slide 31 - Open vraag

Veranderingen
Bestuur:  Niet de tsaar, maar een kleine groep communisten
Economie: het gaat niet  om winst maken, maar de regering bepaalt . Boeren krijgen eigen land.
cultureel : bijvoorbeeld: onderwijs voor iedereen,maar geen vrijheid.

Slide 32 - Tekstslide

Rusland wordt een dictatuur:
voorbeelden:
- een kleine groep communisten is de baas.
-kritiek is verboden.
- de partij bepaalde wat er geleerd of geschreven werd.
- er was een geheime politie die controleerde.

Slide 33 - Tekstslide

Vrede en crisis
3 maatregelen waarmee Duitsland wordt gestraft

De V.S. worden een consumptie maatschappij en en vrije markt economie

Twee gevolgen van de economische crisis

Slide 34 - Tekstslide

Consumptie
maatschappij

Slide 35 - Woordweb

Franklin D. Roosevelt
Werkgelegenheidsprojecten:


Maar: 
vrije markteconomie?
Bouw van wegen, stuwdammen, bruggen etc

Slide 36 - Tekstslide

VS wordt consumptie maatschappij en vrije markteconomie


Men verdient meerloon dus men kan meer kopen;
bedrijven maken winst, meer mensen aan het werk, dus er kan meer gekocht worden.

Vrije markt: vraag en aanbod bepalen de prijs.

Slide 37 - Tekstslide

economische crisis
Mensen raakten hun baan kwijt.
Bedrijven gingen failliet.
De economie stortte in elkaar.

Slide 38 - Tekstslide

In de jaren 1920 groeide in de VS de vraag naar auto’s. Toch daalde de prijs van auto’s in die periode. Geef daarvoor een verklaring.
Doe het zo:
De prijs van auto’s daalde omdat … (geef verklaring).

Slide 39 - Open vraag

De opkomst van het fascisme
De crisis in Amerika had gevolgen voor Europa
Kenmerken van fascisme

Slide 40 - Tekstslide

welk land werd gestraft voor WO1?
A
Oostenrijk Hongarije
B
Duitsland
C
Rusland
D
Frankrijk

Slide 41 - Quizvraag

wat was die straf?


Slide 42 - Tekstslide

Wat waren de gevolgen van die straf
A
Veel werkloosheid, armoede en de opkomst van Hitler
B
Betalingen, land afgeven, geen leger.
C
De opkomst van Hitler
D
Werkloosheid

Slide 43 - Quizvraag

gevolgen
werkloosheid, armoede door het verdrag, en door de crisis

ontevreden en boze bevolking.
Politieke partij die anderen de schuld geeft wint verkiezingen

Nazi's (Hitlers partij)

Slide 44 - Tekstslide

Fascisme

Slide 45 - Tekstslide

Fascisme

Slide 46 - Woordweb

Kenmerken van Fascisme
Extreem nationalistisch
Sterke leider.
Geweld is geen probleem.
Het volk is één. Anderen horen hier niet thuis.

Slide 47 - Tekstslide

propaganda

Slide 48 - Woordweb

Waarom groeide het fascisme in Duitsland?


Slide 49 - Tekstslide

Waarom groeide het fascisme in Duitsland?
Doe dit zo:
Het fascisme in Duitsland groeide door...

Slide 50 - Open vraag

Waarom groeide het fascisme in Duitsland?



  • Democratie kon de problemen niet oplossen
  • Hitler beloofde een einde te maken aan het verdrag van Versailles, de werkloosheid op te lossen en de Duitsers weer trots te maken

Slide 51 - Tekstslide

Wat was de NSB?

Slide 52 - Open vraag

Vrede sluiten met Duitsland.
Boeren hun eigen land.
Onderwijs en zorg voor iedereen.
A
geallieerden
B
fascisten
C
communisten
D
centralen

Slide 53 - Quizvraag

wanneer was de Eerste Wereldoorlog?
A
1914-1918
B
1914-1919
C
1919 -1933
D
1939-1945

Slide 54 - Quizvraag

Test je zelf (online mag ook)
klaar?
blz 178 en 180

ken de begrippen:
- oorzaken
- directe oorzaak
- indirecte oorzaak
- gevolgend
- direct gevolg
- indirect gevolg

Slide 55 - Tekstslide