Thema 4 B4

B4: spieren 
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

B4: spieren 

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Spierstelsel
Aan de botten zitten spieren vast.

Door deze spieren kan je lichaam bewegen

Samen vormt dit je spierstelsel.

Slide 4 - Tekstslide

Spieren in organen
Behalve skeletspieren heb je ook allerlei spieren in je organen.

Bijvoorbeeld:
  • In de wand van je maag en je darmen. Voedsel wordt hierdoor gekneed en vervoerd. 
  • Zelfs in je huid zitten spieren. Aan elk haartje zit een klein spiertje vast (kippenvel)
  • Ook je hart is een spier. Die pompt bloed rond.

Slide 5 - Tekstslide

Pezen
Een spier zit vast aan een bot met pezen

De plaats waar een pees aan een bot vastzit, heet aanhechtingsplaats

Slide 6 - Tekstslide

Beweging van de spier
Een spier kan zich samentrekken.  Hij trekt aan de botten waaraan hij vastzit. Zo ontstaat een beweging.

Samengetrokken = korter en dikker
Ontspannen= langer en dunner

Welke spier is ontspannen? 
Welke spier is samengetrokken? 

Slide 7 - Tekstslide

Antagonisten
Om een bot te bewegen heb je altijd twee spieren nodig: een buigspier en een strekspier. 

Deze spieren hebben een tegengestelde werking

Een buigspier en een strekspier die samen één beweging mogelijk maken noem je antagonisten.


armbuigspier= bicep
armtrekspier= tricep

Slide 8 - Tekstslide

Welke functie heeft het spierstelsel?
A
Ervoor zorgen dat je kunt bewegen
B
Het beschermen van kwetsbare organen
C
Stevigheid bieden

Slide 9 - Quizvraag

Welke twee spieren zijn antagonisten?
A
Armtrekspier + Armbuigspier
B
Buikspier + Rugspier

Slide 10 - Quizvraag

Bij welk van de volgende voorbeelden zijn spierbewegingen betrokken?
wel spierbeweging 
geen spierbeweging 
eten kauwen
kippenvel krijgen
kloppen van je hart

Slide 11 - Sleepvraag