WO: Activiteit 1 + 2

1 / 23
volgende
Slide 1: Video
WOLager onderwijs

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Video

Waarover zal het nieuwe
WO thema gaan?

Slide 2 - Woordweb

wat weet je al over dit thema?

Slide 3 - Woordweb

wat wil je graag kennen en kunnen na dit thema?

Slide 4 - Open vraag

Slide 5 - Video

mensen over de wereld
weer en klimaat
oriënteren en kaartlezen
landschappen

Slide 6 - Sleepvraag

HET KLIMAAT

Slide 7 - Open vraag

evenaar
noordelijk halfrond
zuidelijk halfrond
polen

Slide 8 - Sleepvraag

Europa 
  Afrika 
   Azië 
   Amerika
Oceanië

Slide 9 - Sleepvraag

Waarom is het aan de polen kouder dan aan de evenaar? 

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Waarom is het aan de polen kouder dan aan de evenaar? 

Slide 12 - Tekstslide

Waarom hebben wij vier seizoenen? 

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Waarom hebben wij vier seizoenen? 

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

'Het klimaat' is een ander woord voor 'het weer'
A
juist
B
fout

Slide 17 - Quizvraag

'Het klimaat is een ander woord voor 'het weer'
Fout. 
Het weer is een beschrijving van de verschillende fenomenen die we op een bepaalde
plaats en op een bepaald moment waarnemen en ondergaan; het weer verandert voortdurend. 
Het klimaat is het geheel van gemiddelde weersomstandigheden in de loop van een bepaalde periode en op een welbepaalde plaats.

Slide 18 - Tekstslide

Aan de evenaar raken de zonnestralen de aarde loodrecht. Het is er dan
ook heel warm.
A
juist
B
fout

Slide 19 - Quizvraag

Hoe meer je op aarde naar de polen toe gaat, hoe kouder het wordt.
A
juist
B
fout

Slide 20 - Quizvraag

Overal op de wereld is het op hetzelfde moment winter
A
juist
B
fout

Slide 21 - Quizvraag

Overal op de wereld is het op hetzelfde moment winter
Fout. 
Als het in het noordelijk halfrond winter is, is het in het zuidelijk halfrond
zomer. Dat deel van de aarde is dan naar de zon gekeerd.

Slide 22 - Tekstslide

In België kennen wij een gematigd klimaat.
A
juist
B
fout

Slide 23 - Quizvraag