4.1.2. Tevreden Veestapel - Voeding

Voeding
Zone College Almelo
Bnnr
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
DierverzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Voeding
Zone College Almelo
Bnnr

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag
Koolhydraten en Vetten
Voer berekeningen
Nakijken opdrachten laatste les

Slide 2 - Tekstslide

Koolhydraten
Hoe zijn ze opgebouwd en hoe worden ze verteerd

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Koolhydraten
Koolhydraten zijn opgebouwd uit meerdere glucose moleculen, oftewel suiker moleculen. Gezamelijk met 
de vetten die de koe consumeert levert
dit het dier de benodigde energie.

Slide 5 - Tekstslide

Structureel en niet structueel
Koolhydraten kunnen gesplitst worden in twee categorieën, de niet structurele koolhydraten en de structurele koolhydraten (ruwe celstof)

Onder de ruwe celstof vallen de volgende koolhydraten: Lignine, Cellulose, Hemicellulose en Pectine 

Onder niet structureel vallen suikers en zetmeel, deze bevinden zich in de inhoud van de cellen (o.a. wortels en vruchten). Bij deze niet structurele koolhydraten zijn de bouwstenen glucose.
  

Slide 6 - Tekstslide

Vertering
De structuur koolhydraten worden afgebroken in het lichaam van de koe, bij de een gaat dit sneller als de andere.
De pensmicroben breken de celwanden af en zetten ze om in propionzuur (ook wel fermentatie)

Lignine, bijna niet!
Cellulose, 24 uur
Hemicellulose, 12 uur
Pectine, 3 uur

Slide 7 - Tekstslide

Bestendig en niet bestendig
Als het dier niet structurele koolhydraten binnenkrijgt krijgt het dus glucose binnen, glucose is een suiker. Dit suiker wordt vervolgens weer omgezet tot lactose.

Bij zetmeel moet men er op letten dat de niet bestendige zetmelen worden afgebroken in de pens, de bestendige worden pas afgebroken in de darmen.

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Vetten
Hoe opgebouwd en hoe verteerd

Slide 10 - Tekstslide

Vet voor Herkauwers
Vet is leverancier van veel energie (2 a 3 maal zoveel als koolhydraten) 

Herkauwer kan maar moeilijk vet verteren. 

Vuistregel: geef een koe net zoveel vet als dat ze met de melk uitscheidt bv. Koe met 40 kg melk en 4, 40 % vet = 1, 7 kg melkvet 

Ruwvoer bevat ca 3 % vet 

Dus via krachtvoeders en bijproducten moet ruim 1 kg vet gevoerd worden

Slide 11 - Tekstslide

Vet voor Herkauwers
Vet zit oa in oliehoudende zaden (soja, lijnzaad, raap) 
Onverzadigde vetten doden pensmicroben en leggen mineralen vast pens functioneert niet meer goed, kans op gebreksziekten. 
Pensbestendige vetten passeren ongeschonden de pens en worden pas in darm verteerd: C 16: 0 en C 18: 1 
Vet positief op kg melk, vet % en vruchtbaarheid; soms gewichtsverlies bij koeien 
Vet toevoeging negatief op melkverwerking (kazen) en daarom verboden sinds dec 2017

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Verzadigde en onverzadigde vetten

Wat is nou het verschil? Bij verzadigde vetten heeft men alleen enkele bindingen en bij onverzadigde vetten heeft men ook dubbele bindingen

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Vluchtige vetzuren
Om de pens optimaal te laten functioneren moeten de verschillende vluchtige vetzuren in een bepaalde verhouding aanwezig zijn. 

Deze optimale verhouding bedraagt: 
Azijnzuur 65 Propionzuur20 Boterzuur  15 

Teveel propionzuur of boterzuur geeft voedingsstoornissen! Teveel azijnzuur dan te weinig melk !

Slide 17 - Tekstslide

Azijnzuur
 Wordt het meest in de pens gevormd 
Veel “hard” voer, dan langzame vetering vanwege veel harde celwanden en daardoor veel azijnzuur ->hoog % vet in de melk

 Veel “mals” voer, dan relatief snelle vertering vanwege jonge celwanden en daardoor weinig azijnzuur -> laag vet % in de melk 

Bijv. -> koeien in de wei met mals weidegras laag vet % 
                  -> koeien op stal met laat gemaaid kuilgras hoog vet %

Slide 18 - Tekstslide

Propionzuur 
Belangrijk zuur voor de koe 

Hier kan de koe melksuiker van maken (lactose) 

De hoeveelheid lactose bepaalt de hoeveelheid melk die een koe kan produceren 

Een snelle afbraak van de celinhoud geeft veel propionzuur 

Dit zie je bij het voeren van krachtvoer wordt snel afgebroken

Slide 19 - Tekstslide

Boterzuur
 Minst belangrijk van de drie zuren Wordt gevormd door afbraak van suiker Boterzuur is van belang bij aanmaak van vet

Slide 20 - Tekstslide

Een koe eet 75 kilogram vers gras, dit heeft een droge stof percentage van 16%, in dit gras zit 3,7 gram Ca per 1 kg droge stof. Hoeveel gram Ca krijgt het dier binnen

Slide 21 - Open vraag

Hoe bereken je dit
75 kilogram x 16% drogestof
75 x 0,16 = 12
12 kilogram drogestof
12 kilogram x 3,7 gram Ca
12 x 3,7 = 44,4 gram

De koe krijgt 44,4 gram Calcium binnen

Slide 22 - Tekstslide

Koe 1 heeft 60 kg water per dag nodig. Ze eet 8 kg aardappelen met een DS% van 21 en 9 kg Gerstestro met een DS% van 88. Hoeveel kg water moet ze nog drinken

Slide 23 - Open vraag

Hoe bereken je dit
8 kilogram x 79% vocht 
8 x 0,79 = 6,32
9 kilogram x 12% vocht
9 x 0,12= 1,08

6,32 + 1,08 = 7,40

60- 7,40 = 52,6 kg water



Slide 24 - Tekstslide