40. Aussprache

• Duits
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

Wiederholung

 Ziel

Aufgaben

Feedback

Ende

Hausaufgaben

STARTOPDRACHT

Wat betekent het volgende woord:

Woche: einundzwanzig

Aan het einde van dit lesuur:

1. ken je het Duitse alfabet

2. ken je de uitspraak van de u met en zonder Umlaut

3. heb je Duits gesproken

1. ken je het Duitse alfabet

Wiederholung

  Ziel

Aufgaben

Feedback

Ende

Hausaufgaben

Was

Wer

Wie

Wann

Warum

: luister naar het alfabet en noteer de letters die een andere uitspraak hebben
: selbständig

: Video

: drei Minuten

: goed leren luisteren

Wiederholung

  Ziel

Aufgaben

Feedback

Ende

Hausaufgaben

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R  S T U V W X Y Z

Wiederholung

  Ziel

Aufgaben

Feedback

Ende

Hausaufgaben

Ä Ü Ö ß

2. ken je de uitspraak van de klinkers met en zonder Umlaut

Wiederholung

  Ziel

Aufgaben

Feedback

Ende

Hausaufgaben

Wiederholung

  Ziel

Aufgaben

Feedback

Ende

Hausaufgaben

Wiederholung

  Ziel

Aufgaben

Feedback

Ende

Hausaufgaben

UM LAUT

Ü = UU

Ä = EE

Ö = EU

u

ü

= OE

= UU

Wiederholung

  Ziel

Aufgaben

Feedback

Ende

Hausaufgaben

a

ä

= AA

= EE

Wiederholung

  Ziel

Aufgaben

Feedback

Ende

Hausaufgaben

o

ö

= OO

= EU

Wiederholung

  Ziel

Aufgaben

Feedback

Ende

Hausaufgaben

Was

Wer

Wie

Wann

Warum

: markeer in de tekst de u ä en ö

: selbständig

: Text 

: vier Minuten

: verbeter jouw uitspraak

Wiederholung

  Ziel

Aufgaben

Feedback

Ende

Hausaufgaben

3. heb je Duits gesproken

Wiederholung

  Ziel

Aufgaben

Feedback

Ende

Hausaufgaben

Was

Wer

Wie

Wann

Warum

: lees om de beurt een regel

: selbständig

: Text 

: vier Minuten

: oefening baart kunst

Wiederholung

  Ziel

Aufgaben

Feedback

Ende

Hausaufgaben

Deze les leerde je:

Duits spreken

Wiederholung

  Ziel

Aufgaben

Feedback

Ende

Hausaufgaben

Wiederholung

  Ziel

Aufgaben

Feedback

Ende

Hausaufgaben

Hausaufgaben:

Presentatie