10. Oefenen tarea 4

Hoy en la clase de español

  • Siele
  • Repaso
  • Practicar tarea 4
  • Practicar "Aquí vivo yo"
  • ¿Preguntas?


1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Hoy en la clase de español

  • Siele
  • Repaso
  • Practicar tarea 4
  • Practicar "Aquí vivo yo"
  • ¿Preguntas?


Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

REPASO
de + el = del    La biblioteca está al lado del supermercado.
                             El supermercado está al lado de la biblioteca.

ser = als je iets omschrijft
estar = waar iets zich bevindt        
hay = er is / er zijn

                                   Vergeet niet de accenten bij de vervoegingen!



TAREA 1

Slide 3 - Tekstslide

REPASO
De ik-vorm van coger > cojo, verder is het werkwoord regelmatig. 
De ik-vorm van conocer > conozco, verder is het werkwoord regelmatig.
Jugar heeft de klinkerwisseling: u >ue (nooit bij nosotros en vosotros)
Seguir heeft de klinkerwisseling: e>i (nooit bij nosotros en vosotros) 

Seguir en ir zijn volledig onregelmatig leer de rijtjes volledig uit je hoofd. 
Maak gebruik van Verbuga om de werkwoorden te overhoren. 

(bij tijden kies je altijd presente = tegenwoordige tijd)



TAREA 2

Slide 4 - Tekstslide

REPASO
Let bij de woordenschat op accenten! 
Zegt langzaam iets over de fiets? lento wordt dan lenta. (la bici is vrouwelijk)

a = naar (richting)
de = van/uit (afkomst)
en = in/op (met i.c.m. vervoersmiddel)

muy = erg/heel              mucho = veel              
demasiado, mucho, bastante, poco = alles pas je aan naar mannelijk/vrouwelijk/mv/ev. 
Let op: zegt het iets over een werkwoord, dan pas je het woord niet aan.
Voorbeeld: Hay muchos alumnos.             Los alumnos estudian mucho.
TAREA 3

Slide 5 - Tekstslide

REPASO
Gebiedende wijs bevestigend: 




Vergeet niet de werkwoorden uit de woordenlijst te vervoegen.

De weg wijzen gaat natuurlijker wanneer je deze woorden toevoegt: 
  • primero - eerst
  • después of luego - daarna
  • al final - aan het einde 


TAREA 4
-ar
-er
-ir
a
e
e
vosotros
ad
ed
id
usted
e
a
a
ustedes
en
an
an
seguir
sigue
seguid
siga
sigan

Slide 6 - Tekstslide

Module 6 - Tarea 4

Slide 7 - Tekstslide

Schrijf de gebiedende wijs op in de volgende dia's. 

Slide 8 - Tekstslide

abrir, tú

Slide 9 - Open vraag

comer, vosotros

Slide 10 - Open vraag

hablar, ustedes

Slide 11 - Open vraag

comer, tú

Slide 12 - Open vraag

escribir, vosotros

Slide 13 - Open vraag

seguir, ustedes

Slide 14 - Open vraag

escuchar, usted

Slide 15 - Open vraag

mirar, tú

Slide 16 - Open vraag

Vertaal de volgende zinnen in het Spaans. 

Slide 17 - Tekstslide

Pardon, waar is de supermarkt?
(jij-vorm)

Slide 18 - Open vraag

Luister, weet u waar er een bank is?

Slide 19 - Open vraag

Ja, natuurlijk, kijk maar. Ga rechtdoor en sla dan linksaf.

Slide 20 - Open vraag

Waar is er een hotel?

Slide 21 - Open vraag

Dat weet ik niet, het spijt me.

Slide 22 - Open vraag

Je staat bij je huis (mi casa) bij het gele kruisje links onderin.
 
Klik op het vraagteken en beschrijf in het Spaans de weg naar de plek die gevraagd wordt. 
Gebruik de gebiedende wijs tú

Slide 23 - Tekstslide

Klik op het plaatje om de afbeelding te vergroten.
¿Dónde está el cine?

Slide 24 - Open vraag

Je staat nu bij de rode pijl links. 
Klik op het vraagteken en beschrijf in het Spaans de weg naar de plek die gevraagd wordt. 
Gebruik de gebiedende wijs usted

Slide 25 - Tekstslide

Klik op het plaatje om de afbeelding te vergroten.
¿Dónde puedo comer pizza?

Slide 26 - Open vraag

De volgende opdrachten is een luisterfragment. 
Beantwoord de bijbehorende vraag. 

Slide 27 - Tekstslide

Naomi beschrijf de route. Welke route beschrijft ze? Rood, groen of blauw?

Slide 28 - Open vraag

OEFEN MET DE BETEKENIS VAN VEEL VOORKOMENDE WERKWOORDEN.

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Link

Slide 31 - Link