6.2 De Gouden Eeuw van Nederland

H6 Regenten en vorsten
6.2 De gouden Eeuw van Nederland
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

H6 Regenten en vorsten
6.2 De gouden Eeuw van Nederland

Slide 1 - Tekstslide

In deze presentatie leer je:

  • welke staatkundige situatie er was in de Republiek
  • hoe in Nederland een bloeiende economie ontstond
  • hoe de Nederlandse cultuur tot hoge bloei kwam

Slide 2 - Tekstslide

6.2 De gouden eeuw van Nederland
lees 6.2 en markeer de belangrijkste zinnen
Je krijgt hiervoor 10 minuten!

Daarna controleren we samen of je de belangrijkste zaken hebt onderstreept
timer
10:00

Slide 3 - Tekstslide

Staatkundige situatie in de Republiek der zeven verenigde gewesten
Geen koning/staatshoofd

Zeven gewesten werkten samen in de Staten-Generaal:
  • leger en vloot
  • gezamenlijke buitenlandse politiek
  • bestuur van de Generaliteitslanden
(gebieden die in de 17de eeuw op de Spanjaarden veroverd werden door de Staten-Generaal: Noord-Brabant, Zeeuws-Vlaanderen en Limburg)

Slide 4 - Tekstslide

De Staten waren het hoogste bestuur van elk gewest (adel en steden)

Slide 5 - Tekstslide

Regenten

  • Rijke koopmannen die bestuursmacht kregen
  • in stedelijke, gewestelijke en plattelandsbesturen
  • verdeelden de baantjes in een kleine kring van families

Slide 6 - Tekstslide

Leg uit waarin het bestuur van de Nederlanden verschilde van dat van andere landen
timer
1:00

Slide 7 - Open vraag

Stadhouder

De stadhouder was de machtigste man van de Republiek:
  • opperbevelhebber van leger en vloot
  • toezichthouder op de rechtspraak
  • had invloed op de benoeming van regenten
  • werd benoemd door de Staten, maar het was toch erfelijke functie
  • gedroeg zich als een vorst

Slide 8 - Tekstslide

Johan van Oldenbarnevelt (1568-1619)
Johan de Witt 
(1653-1672)
Raadspensionaris (eerst landsadvocaat)
voorzitter van de Staten van Holland

Slide 9 - Tekstslide



Conflict Maurits en van Oldenbarnevelt



1619: Oldenbarnevelt onthoofd

Slide 10 - Tekstslide

Gouden Eeuw:
Een bloeiende economie door de handel

Dankzij de welvaart en handel bloeiden ook de nijverheid en de landbouw:
  • er werden veel schepen gebouwd
  • Leiden werd een belangrijk textielcentrum
  • boeren konden hun producten volop aan de steden verkopen
  • kaas werd belangrijk exportproduct

Slide 11 - Tekstslide

Moedernegotie
  • Gebrek aan voedsel in Republiek
  • handel met Oostzeegebied in graan
  • Vraag en aanbod: Amsterdam was de belangrijkste stapelplaats van Europa (plaats waar goederen worden opgeslagen om de prijzen te beïnvloeden) 

Slide 12 - Tekstslide

Val van Antwerpen
Gevolgen:
- Veel immigranten naar Amsterdam

- Handelscontacten : handel van Antwerpen naar Amsterdam

- Nijverheid neemt toe

- In Amsterdam handel in luxeproducten


Slide 13 - Tekstslide

De cultuur
Schilderkunst

Burgers als opdrachtgevers

Familieportretten, stillevens, zeegezichten en dagelijks leven


Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Wetenschap
Hugo de Groot, Christiaan Huygens, Jan Leeghwater
Descartes

Staatsgodsdienst: Gereformeerd (calvinistisch)
Gewetensvrijheid: recht om te geloven wat je wilt
(geen godsdienstvrijheid!)

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

stadhouder Willem III
Raadpensionaris Johan de Witt
Rampjaar 1672

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Video

Onenigheid
  • Oranjegezinden
  • willen stadhouder die soeverein wordt
  • Willem Frederik van Nassau (Fr en Gr)

Slide 21 - Tekstslide

Onenigheid
  • Staatsgezinden
  • geen stadhouder (1650-1672)
  • Macht aan de gewestelijke staten
  • Holland, Zeeland

Slide 22 - Tekstslide

Waarom was de stadhouder van Holland meestal de machtigste man van de Republiek? Noem 4 argumenten!
timer
1:00

Slide 23 - Open vraag