Kapitel 3 online 2

Ziel: de weg vragen/wijzen
         informatie vragen/ geven openbaar vervoer

Wiederholung 
Wortschatz S. 128 linker helft
                       S. 129 A Sehen/ C Hören



1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Ziel: de weg vragen/wijzen
         informatie vragen/ geven openbaar vervoer

Wiederholung 
Wortschatz S. 128 linker helft
                       S. 129 A Sehen/ C Hören



Slide 1 - Tekstslide

Vertaling

het centrum=    das Zentrum
het schip      =    das Schiff
de hoek         =   die Ecke
het stoplicht=   die Ampel
de rotonde   =   der Kreisverkehr
de plattegrond= der Stadtplan

Slide 2 - Tekstslide

het spoor
afslaan, inslaan
de metro
het vliegveld
instappen
het station
der Bahnhof
abbiegen
einsteigen
der Flughafen
die U=Bahn
das Gleis

Slide 3 - Sleepvraag

Grammatik 
Ziel Modalverben in de verleden tijd vervoegen

Filmpje Modalverben:

können müssen dürfen wollen en wissen 
in de verleden tijd

Slide 4 - Tekstslide

Hebben müssen, dürfen en können in de verleden tijd ook een Umlaut?
A
ja
B
nee
C
alleen in de personen enkelvoud
D
alleen in de personen meervoud

Slide 5 - Quizvraag

(können) Gestern ……….. wir leider nicht kommen.

A
können
B
konntet
C
könnten
D
konnten

Slide 6 - Quizvraag

(wollen) Warum .............. du gestern nicht mitkommen?
A
willst
B
wolltest
C
wollst
D
wollte

Slide 7 - Quizvraag

(dürfen)Er .............. nicht in die Disko gehen.
A
durfte
B
dürfe
C
durften
D
dürfte

Slide 8 - Quizvraag

verleden tijd:
(wollen) Ich ______ nach Hause gehen.
A
wollte
B
willte
C
wollt
D
willt

Slide 9 - Quizvraag

verleden tijd
(dürfen) ______ du in die Disko gehen?
A
dürftest
B
darftest
C
durftest
D
willt

Slide 10 - Quizvraag

verleden tijd
(wissen) ______ er, dass die letzte Stunde ausfiel?
A
wisste
B
wusste
C
weißte

Slide 11 - Quizvraag

Verleden tijd - stam
können- konnte
müssen - musste
dürfen - durfte
wollen - wollte
 wissen - wusste
Ich - e/ du -st/ er, sie, es - e
wir -en/ ihr -t/ sie, Sie -en

Slide 12 - Tekstslide

Wat is je huiswerk?
Dit staat in OneNote : 
S.  102 m 13, 14, 15 Lesen
S. 106  m 16/ 17- 20/ 21- 24 26+27  Grammatik


Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide