3. Invloed van de hoogte, zee en wind

De invloed van hoogte, zee en wind
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

De invloed van hoogte, zee en wind

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen 
BK 
  • Je weet welke invloed hoogte, wind, zee en hebben op de temperatuur
TH
  • Je weet door welke oorzaken de temperatuur kan veranderen
  • Je kunt beschrijven wat de invloed is van de hoogte, wind, zee en zeestromen op de temperatuur
HV
  • Je weet welke factoren de temperatuur beïnvloeden en je kunt beschrijven hoe deze factoren de temperatuur beinvloeden.

 

Slide 2 - Tekstslide

Let op! Aantekenschrift
Schrijf de tekstblokken in de gele dia's in je schrift!

Slide 3 - Tekstslide

1. Hoe hoger hoe kouder

De atmosfeer wordt van onderaf door de aarde verwarmd. Daardoor daalt de temperatuur als je hoger komt.


Hoe hoger je bent, hoe minder bomen en struiken er groeien.

Slide 4 - Tekstslide

Hoe hoger hoe kouder, de temperatuur neemt af .............
A
6 graden per 1000 meter
B
2 graden per 1000 meter
C
10 graden per 100 meter
D
0,6 graden per 100 meter

Slide 5 - Quizvraag

De zon verwarmt de aarde
De helft van de zonnestralen komen op de aarde terecht
De zonnestralen verwarmen de aarde
De warmte van de aarde wordt afgegeven aan de atmosfeer
De atmosfeer ligt als een warme deken boven de aarde

Slide 6 - Sleepvraag

2. Invloed van de zee
Hoe verder van de kust, des te kleiner de invloed van de zee.

Slide 7 - Tekstslide

Invloed van de zee in de zomer:
Hoe verder van de koelere zee, hoe warmer het wordt.
18
22
26

Slide 8 - Tekstslide

In de zomer is het in Nederland langs de kust wat koeler!
A
Waar
B
Niet waar

Slide 9 - Quizvraag

Invloed van de zee in de winter:
Hoe verder van de 'warmere' zee, hoe kouder!
8
2
-5

Slide 10 - Tekstslide

In de winter is het langs de kust gemiddeld kouder dan in het binnenland
A
Waar
B
niet waar

Slide 11 - Quizvraag

3. Invloed van de wind
Wind = stromende lucht, wind kan warme of koude lucht verplaatsen en vochtige lucht

Slide 12 - Tekstslide

Wind is altijd koude lucht!
A
Waar
B
Niet waar

Slide 13 - Quizvraag

Slide 14 - Video

Windrichtingen
  • Aanlandige wind westkust


Dit gaan we tekenen!

Slide 15 - Tekstslide

4. Zeestromen
Stromingen in de oceanen en zeeen die relatief warm en koud water verplaatsen.

Slide 16 - Tekstslide

Zeestromen

Slide 17 - Tekstslide

Zeestromen 
De Golfstroom is relatief warm en gaat richting het noorden. 
Zorgt ervoor dat de temperatuur van zeewater relatief hoog is op hogere breedte. 
Wat kan je zeggen over de temp als de Golfstroom er niet zou zijn?

Slide 18 - Tekstslide

5.Broeikaseffect 
De dampkring houdt door CO2 (koolzuurgas) warmte vast. Hierdoor blijft de temp redelijk constant en kunnen we hier op aarde leven. 
Zie je die pijlen die omhoog gaan? 

Slide 19 - Tekstslide