Aardrijkskunde!
Lessen aardrijkskunde voor Vmbo onder- en bovenbouw.

Reliëf en klimaat

 Reliëf en klimaat
Reliëf en Klimaat
1 / 18
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo k, g, t, mavo, havo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 18 slides, with interactive quiz and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

 Reliëf en klimaat
Reliëf en Klimaat

Slide 1 - Slide

Kennen
Aan het eind van de les weet je:
- welke vormen reliëf Europa heeft
- hoe gebergten als klimaatscheiding 
  werken 
- het verband tussen reliëf en 
  temperatuur 
- het verband tussen reliëf en neerslag
 

Slide 2 - Slide

Begrippen
  • Reliëf
  • laagland
  • Heuvelland
  • Hooggebergte
  • Stuwingsregen
  • Loefzijde
  • Lijzijde

Slide 3 - Slide

Reliëf?

Slide 4 - Mind map

Reliëf = hoogteverschil
4 vormen van relië van hoog naar laag:

1- hooggebergte > 1500m
2- middelgebergte 500-1500m
3- heuvelland 200-500m
4- laagland < 200m

Slide 5 - Slide

Kaart reliëf Europa
Wat valt je op als je kijkt naar het reliëf van Nederland?
Weet jij de naam van dit gebergte?
Weet jij de naam van dit gebergte?

Slide 6 - Slide

Temperatuur en reliëf
Het reliëf heeft invloed op de temperatuur
De temperatuur gaat per 100 m. met 0,6 °C omlaag
Onthouden: hoe hoger hoe kouder!

Slide 7 - Slide

Waarom is het kouder boven op een berg? 
Hoger is toch dichter bij de zon?
De zon verwarmt niet de lucht maar het aardoppervlak. Lucht neemt bijna geen zonnewarmte op, het aardoppervlak wel. De lucht wordt dus vanaf de grond opgewarmd! Hoe verder je van het aardoppervlak zit, hoe kouder. De zon staat bovendien 150 miljoen kilometer van de aarde... die bergtop maakt niks uit op die afstand.

Een andere reden voor de lage temperatuur op de berg is dat de lucht daar dunner is, ook wel ijler genoemd. Er is minder lucht, daardoor is de luchtdruk lager en worden de luchtdeeltjes minder samengedrukt dan onderaan de berg. Hoe minder lucht wordt samengedrukt, hoe kouder het is.  

Slide 8 - Slide

Neerslag en reliëf
Een gebergte kan de scheiding vormen tussen een gebied waar het veel regent en een droog gebied.
Hoe werkt het?
Vochtige lucht van zee moet opstijgen tegen een gebergte. Lucht die opstijgt koelt af (hoe hoger hoe kouder) en het gaat regenen: stuwingsregen

De natte kant van een gebergte heet: loefzijde (windkant)
Aan de andere kant van het gebergte valt bijna geen neerslag omdat de lucht hier weer daalt. Dalende lucht warmt op, waterdruppels worden weer waterdamp: het is hier droog. We zeggen ook wel dat dit gebied in de regenschaduw ligt.
De droge kant van een gebergte heet: lijzijde

Kijk op de volgende dia om de tekening te zien die dit uitlegt.

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Exit? 


  • Check eerst of je alles begrijpt!

  • Maak de oefentoets bij deze les

  • Vragen?
 
  • Tot de volgende keer...!







Slide 11 - Slide

Europa heeft 4 grote schiereilanden:
1- het Iberisch Schiereiland (Spanje+Portugal)
2- Italië 
3- Scandinavisch Schiereiland
4- Griekenland 

Slide 12 - Slide

Hooggebergte: gebied met bergen die hoger zijn dan 1.500 m.
Hoogvlakte: vlak of golvend gebied dat meer dan 500 m hoog ligt.
Laagvlakte: gebied zonder hoogteverschillen dat lager ligt dan 500 m.
Laagland:

Slide 13 - Slide

Reliëf en temperatuur
De Noorse kust: Scandinavisch hoogland

Temperatuur aan de Noorse kust, wat weten we nog van de vorige lessen?



Slide 14 - Slide

Verder naar het binnenland..
Aanlandige winden botsen tegen hooggebergte. In het binnenland heeft de aanlandige wind geen invloed meer.

De Noorse havens vriezen in de winter niet dicht, maar die in Zweden, aan de oostkust, wel.


Slide 15 - Slide

Reliëf en temperatuur
  • Hoog in de bergen van het Scandinavisch hoogland liggen gletsjers en eeuwige sneeuw.

  • Waarom is het eigenlijk kouder boven op een berg? Hoger is toch dichterbij de zon?
  • De zon verwarmt het aardoppervlak. Bij elke 100 m stijging, daalt de temperatuur met 0,6 ºC.

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Link