Geschiedenisleraar.nl
Dé link tussen verleden en heden

Proefwerk De Late Middeleeuwen (mavo)

Proefwerk
De Late Middeleeuwen
1 / 59
next
Slide 1: Slide
GeschiedenistestMiddelbare schoolvmbo lwoo, g, t, mavo, havo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 59 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Proefwerk
De Late Middeleeuwen

Slide 1 - Slide

Bekijk eerst goed het video-fragment
en maak daarna pas de vragen.

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video


Gebruik het video-fragment
➤Noem drie kenmerken van een middeleeuwse stad die je in de video hebt gezien.

Slide 4 - Open question


Gebruik het video-fragment
➤In het begin van het video-fragment praat de hoofdpersoon met een leproos, iemand die de ziekte lepra heeft. Lepra is erg besmettelijk. Welke twee maatregelen om verspreiding van de ziekte te voorkomen zie je in de video?

Slide 5 - Open question

Bekijk eerst goed het video-fragment
en maak daarna pas de vragen.

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video


Gebruik het video-fragment
➤Wat is een gasthuis?

Slide 8 - Open question


Gebruik het video-fragment
➤Door wie werd een gasthuis beheerd?

Slide 9 - Open question

De volgende vragen gaan over
muren en poorten

Slide 10 - Slide


In de Middeleeuwen is om veel steden een dikke muur met stadspoorten gebouwd. Vaak lag er om de muur nog een gracht. In onze tijd zijn de meeste stadsmuren en stadsgrachten verdwenen. 
➤Bedenk daar een reden voor.

Slide 11 - Open question

Soms zie je op de plattegrond van een stad nog de plaats waar ooit de stadsmuur stond. Dit is een plattegrond van de stad Middelburg. 
➤Sleep de muren naar vier verschillende plekken in de kaart waar vroeger de stadsmuur heeft gestaan. 

Slide 12 - Drag question

Bij veel steden is het moeilijker te zien waar vroeger de stadsmuur stond. Je moet dan Middeleeuwse kaarten vergelijken met kaarten uit onze tijd.
Figuur 1 zie je kaart van het stadje Kampen in de veertiende eeuw. Bekijk de kaart en let daarbij goed op de vorm van het stadje. Figuur 2 is een plattegrond van Kampen in onze tijd. 
➤Sleep de muur naar de plek (in figuur 2) waar vroeger de stadsmuur heeft gestaan.
Figuur 1
Figuur 2

Slide 13 - Drag question

Zo, en nu beginnen we met het
échte proefwerk

Slide 14 - Slide


Gebruik de bron

Steden werden niet zomaar ergens gebouwd. Mensen die een stad gingen bouwen, zochten naar een goede plek. 
➤ Aan welke twee voorwaarden moest die plek voldoen?


Gebruik de bron 

Slide 15 - Open question


Gebruik de bron

➤ Welke van deze twee voorwaarden zie je terug in de tekst? Leg je antwoord uit.



Gebruik de bron 

Slide 16 - Open question


Gebruik de bron

➤ Beschrijf twee kenmerken van Antwerpen (dus dingen die je op de afbeelding ziet) die volgens jou echt bij een middeleeuwse stad passen.




Gebruik de bron 

Slide 17 - Open question


Gebruik de bron

➤ Stel dat een vijandelijk leger dit stadje wil veroveren. Hoe kan het leger dat aanpakken? Geef twee mogelijkheden en leg ze uit.





Gebruik de bron 

Slide 18 - Open question


Gebruik de bron

➤ Aan de noordkant (bovenkant) van de stad zie je akkers liggen, nog binnen de stadsmuren. Waarom legden stadsbewoners akkers aan binnen de muren terwijl er buiten de stadsmuren meer plek was?






Gebruik de bron 

Slide 19 - Open question


➤ Eén van de lessen heet ‘Veilig, maar vies’. Leg deze titel uit. Je antwoord moet uit minstens veertig woorden bestaan.







Slide 20 - Open question


Gebruik de bron

➤ Dat in 1994 de pest in India uitbrak, had twee oorzaken. Welke?







Gebruik de bron 

Slide 21 - Open question


Gebruik de bron

➤ Hoe probeerde de regering van India de pest te stoppen?








Gebruik de bron 

Slide 22 - Open question


Gebruik de bron

➤ Waarom probeerden mensen in de Middeleeuwen de pest niet op die manier te stoppen?








Gebruik de bron 

Slide 23 - Open question


➤ Leg uit hoe de pest zo veel slachtoffers kon maken. Gebruik in je antwoord de volgende woorden: AziëpestbacterierattenvlooienhygiëneschepenEuropa.
Je antwoord moet uit minstens veertig woorden bestaan.








Slide 24 - Open question


➤ De pest wordt ook wel de ‘Zwarte Dood’ genoemd. Waar komt dat ‘zwarte’ vandaan?









Slide 25 - Open question

1500 
v. Chr.
1000 
v. Chr.
500 
v. Chr.
1
500
1000
1500
2000
2050
➤Sleep het icoon van het tijdvak dat bij de 
Late Middeleeuwen hoort naar de juiste plek in de tijdlijn.

Slide 26 - Drag question

➤ Sleep de onderdelen naar de juiste plek in het schema.
schepenbank
schout
raad
burgemeester
rakkers

Slide 27 - Drag question

➤ Wie zegt wat? Plaats de nummers van de uitspraken bij de juiste persoon. Let op: sommige uitspraken passen bij beide personen. Dan schrijf je het nummer twee keer op.
Ik wil God eren.
Ik wil laten zien hoe rijk onze stad is.
Ik wil laten zien hoe goed onze gildemeesters zijn.
Ik wil mijn zonden afkopen.

Slide 28 - Drag question

➤Klik op de hotspots en sleep de gezegden en de situaties naar de juiste plek in de afbeelding.
Na de voetbalwedstrijd voelde hij overal pijn.
Jan dreigt: ‘Ik ga hem vermoorden!’
Johan maakt zijn klasgenoten vreselijk jaloers met zijn nieuwe iPhone.
De docent weet zeker dat Herman heeft gespijbeld. Hij stelt Herman daarom veel lastige vragen, zodat Herman het zal toegeven.
"Iemand de ogen uitsteken."
"Hij voelt zich geradbraakt."
"Ik maak hem een kopje kleiner."
" Zij werd op de pijnbank gelegd."
"Ze legden hem het vuur aan de schenen."
"Dat doet hem de das om."
Rogier liet tijdens de voetbalwedstrijd erg ruw spel zien: alles om de beker te winnen.

Slide 29 - Drag question


➤Ambacht of geen ambacht?

Handelaar
A
Ambacht
B
Geen ambacht

Slide 30 - Quiz


➤Ambacht of geen ambacht?

Boer
A
Ambacht
B
Geen ambacht

Slide 31 - Quiz


➤Ambacht of geen ambacht?

Schoenmaker
A
Ambacht
B
Geen ambacht

Slide 32 - Quiz


➤Ambacht of geen ambacht?

Meubelmaker
A
Ambacht
B
Geen ambacht

Slide 33 - Quiz


➤Ambacht of geen ambacht?

Zilversmid
A
Ambacht
B
Geen ambacht

Slide 34 - Quiz


➤Ambacht of geen ambacht?

Mandenvlechter
A
Ambacht
B
Geen ambacht

Slide 35 - Quiz


➤Ambacht of geen ambacht?

Poortwachter
A
Ambacht
B
Geen ambacht

Slide 36 - Quiz


➤Ambacht of geen ambacht?

Marktkoopman
A
Ambacht
B
Geen ambacht

Slide 37 - Quiz


➤Een gilde was in de middeleeuwen een vereniging van mensen met hetzelfde beroep.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 38 - Quiz


➤Wat was geen verbetering van de landbouw uit de Middeleeuwen?
A
Bemesting
B
Het halsjuk
C
Kunstmest
D
Drieslagstelsel

Slide 39 - Quiz


Deze zin gaat over de late Middeleeuwen. 
➤Is deze zin goed of fout? 

Er is veel handel.
A
Goed
B
Fout

Slide 40 - Quiz


➤Welke bevolkingsgroep vond je in de middeleeuwen alleen in de steden?

A
De boeren
B
De burgerij
C
De adel
D
De geestelijken

Slide 41 - Quiz


➤De meeste mensen in de middeleeuwen waren analfabeet (ze konden niet lezen en schrijven)

A
Juist
B
Onjuist

Slide 42 - Quiz


➤Wie maakten de regels en wetten in de steden in de tijd van de Middeleeuwen?

A
rechters/advocaten
B
koning/koninginnen
C
schout/schepenen
D
burgemeesters

Slide 43 - Quiz


➤Welke ziekte was voor groot gevaar in de Middeleeuwen?

A
de waterpokken
B
rode hond
C
de griep
D
de pest

Slide 44 - Quiz


➤Wat is een gilde?

A
Een ambacht waarbij je opkomt voor iemands belang
B
Een munt in de middeleeuwen
C
Een gebouw waar een ambacht werd uitgeoefend
D
Een groep van mensen met het zelfde ambacht die voor elkaars belangen opkwamen

Slide 45 - Quiz


➤Waarom nam de bevolking aan het begin van de Late Middeleeuwen vooral toe?
A
Er was meer handel
B
Het was veiliger
C
Er kwamen betere dokters
D
Er was meer eten

Slide 46 - Quiz


➤Wat gebeurde er in de middeleeuwen met de joden?
A
Ze woonde in kastelen en waren rijk + ze gingen op boten en ding ontdekken
B
Ze werden in kerkers gestopt
C
Mensen haatte ze
D
Ze werden vermoord door de bevolking

Slide 47 - Quiz


➤Wat is een ambacht?
A
Een beroep waarbij goederen of waren met de hand worden gemaakt
B
Een beroep dat in de industrie een grote rol speel
C
Een getal dat werd gebruikt in de middeleeuwen
D
Een groot blok metaal waarop de smid zijn werktuigen aansloeg

Slide 48 - Quiz


➤Waarom konden aan het eind van de middeleeuwen steeds meer mensen overstappen van het beroep boer op het platteland naar een ander beroep in de stad?
A
Er hoefde niet zo veel te worden geoogst, omdat het aantal mensen afnam.
B
Er kwamen nieuwe uitvindingen in de landbouw.
C
Er kwamen steeds meer huizen in de stad.
D
Geen van de genoemde antwoorden is juist.

Slide 49 - Quiz


➤Rond het jaar 1000 groeiden de oogsten snel. Welke oorzaak had dat?
A
De boeren hadden geleerd het land te bemesten.
B
De boeren lieten hun kinderen meehelpen op het land.
C
Er kwamen steeds meer boeren, omdat de mensen in steden ook moesten eten
D
De boeren gebruikten betere werktuigen.

Slide 50 - Quiz


➤Het gilde controleert de kwaliteit en de prijs van de producten die de gildeleden maken.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 51 - Quiz


➤Als een gildelid ziek is, zorgen de andere leden voor hem en zijn gezin.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 52 - Quiz


Als je goed genoeg was, moest je de ???? afleggen. Dat was een soort examen. Als je slaagde, mocht je lid worden van het gilde.

➤Welk woord moet er op de vraagtekens staan?
A
gilde
B
meester
C
meesterproef
D
leerling

Slide 53 - Quiz


➤Waarom woonden mensen in de Tijd van steden en staten zo graag in een stad? Kies het juiste antwoord.
A
In de stad was het schoner dan buiten de stad.
B
In de stad was het rustiger dan buiten de stad.
C
In de stad was veel te doen. Zo waren er vaak feesten en markten.
D
In de stad kwamen minder vaak ziektes voor dan buiten de stad.

Slide 54 - Quiz


➤Er stierven miljoenen mensen aan de pest. Waardoor maakte de pest zoveel slachtoffers? Kies het juiste antwoord.
A
De mensen dachten dat de pest een straf van God was. Daarom wilden ze de zieken niet helpen, want ze dachten dat God dan nog bozer zou worden.
B
Alleen arme mensen stierven aan de pest. Dat kon de rijke mensen weinig schelen en dus kregen de arme mensen geen hulp.
C
Men wist niet wat de oorzaak van de ziekte was. Daardoor kon er geen goede manier bedacht worden om de ziekte uit te roeien.

Slide 55 - Quiz


Gebruik de bron
De afbeelding is een tekening van een middeleeuwse stad. De tekenaar kan dingen verzonnen hebben om zijn tekening leuker of aantrekkelijker te maken. Niet alles wat je ziet, hoeft echt te kloppen.
Hieronder staan vijf dingen beschreven die je op de tekening kunt zien. Geef steeds aan of die dingen kloppen, of dat het voorbeelden zijn van de fantasie van de tekenaar.

➤Er lopen varkens door de stad. Was dat normaal in middeleeuwse steden? 
Gebruik de bron 

A
Ja
B
Nee

Slide 56 - Quiz


Gebruik de bron
De afbeelding is een tekening van een middeleeuwse stad. De tekenaar kan dingen verzonnen hebben om zijn tekening leuker of aantrekkelijker te maken. Niet alles wat je ziet, hoeft echt te kloppen.
Hieronder staan vijf dingen beschreven die je op de tekening kunt zien. Geef steeds aan of die dingen kloppen, of dat het voorbeelden zijn van de fantasie van de tekenaar.

➤Mensen gooien poep en plas op straat. Was dat normaal in middeleeuwse steden?
Gebruik de bron 

A
Ja
B
Nee

Slide 57 - Quiz


Gebruik de bron
De afbeelding is een tekening van een middeleeuwse stad. De tekenaar kan dingen verzonnen hebben om zijn tekening leuker of aantrekkelijker te maken. Niet alles wat je ziet, hoeft echt te kloppen.
Hieronder staan vijf dingen beschreven die je op de tekening kunt zien. Geef steeds aan of die dingen kloppen, of dat het voorbeelden zijn van de fantasie van de tekenaar.

➤De kerk is het hoogste gebouw van de stad. Was dat normaal in middeleeuwse steden?
Gebruik de bron 

A
Ja
B
Nee

Slide 58 - Quiz


Gebruik de bron
De afbeelding is een tekening van een middeleeuwse stad. De tekenaar kan dingen verzonnen hebben om zijn tekening leuker of aantrekkelijker te maken. Niet alles wat je ziet, hoeft echt te kloppen.
Hieronder staan vijf dingen beschreven die je op de tekening kunt zien. Geef steeds aan of die dingen kloppen, of dat het voorbeelden zijn van de fantasie van de tekenaar.

➤Om de stad is een muur gebouwd waar een poort in zit. Was dat normaal in middeleeuwse steden? 
Gebruik de bron 

A
Ja
B
Nee

Slide 59 - Quiz