Introductieles: Steden en staten

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vmbo, mavo
• Leerjaar 1,2

Introductieles: Steden en staten

Les 4

Les 1

Les 2

Les 3

Naast de reguliere lessen zit er in dit tijdvak ook een onderzoek, een eindopdracht en een afsluitende themaquiz.

Extra les

De tijd van Steden en Staten (1000-1500)

Begin investituursstrijd

Eerste kruistocht

Guldensporenslag

1. Schrijf drie zaken op die je al weet over de tijd van Steden en Staten.

Dit is een oriëntatievraag. Bij een oriëntatievraag kijk je wat je al weet over een bepaald onderwerp.

Oriëntatie

Theorie

Kennis

Vaardigheden

Afsluiting

Introductieles: Steden en Staten

Verdieping

De tijd van Steden en Staten begint rond het jaar 1000 en eindigt rond het jaar 1500. In de tijd van Monniken en Ridders was de handel op lange afstand verdwenen en daardoor waren ook de meeste steden verdwenen. Rond het jaar 1000 kwamen de steden weer terug. 

De nieuwe steden werden in de loop van dit tijdperk steeds zelfstandiger. Door het kopen van stadsrechten kregen de stadsbewoners bijvoorbeeld het recht om een stadsmuur te bouwen, zelf recht te spreken en eigen munten te slaan.

In dezelfde tijd waren vorsten bezig met staatsvorming en centralisatie. Zij wilden hun rijk vanuit een centraal punt besturen en ze wilden dat overal in hun rijk dezelfde wetten en regels golden.

Ook kwam er een strijd tussen de keizer en de paus. In de tijd van Monniken en Ridders hadden zij elkaar nog hard nodig, nu vonden zij allebei dat zij de machtigste man op aarde waren.

 

De tijd van Steden en Staten (1000-1500)

2. Waarom waren in de tijd van Monniken en Ridders de meeste steden verdwenen? 

Dit is een open vraag.

3. Wat moesten de stadsbewoners in de tijd van Steden en Staten kopen om zelfstandiger te worden?

Dit is een open vraag.

4. Hoe regeerden vorsten in de tijd van Monniken en Ridders hun rijk?

Dit is een open vraag.

5. Hoe lang duurde de tijd van Steden en Staten?

Dit is een open vraag.

Bestudeer de bronnen op deze pagina.

6. Probeer per bron de volgende dingen te beschrijven

- Wat is er op de bron te zien?

- Wat kunnen we ervan leren over de tijd van Steden en Staten?

Dit is een vraag over bronnen.

Afsluiting

Dit was de introductieles: Steden en Staten.

Volgende les gaan we het hebben over 

''De opkomst van handel''

Zijn er nog vragen over deze les?