Vrije tijd
Van dierentuin tot luchtvaartmuseum

Hoogvliegers

Hoogvliegers
groep 5-6
1 / 36
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeBasisschoolGroep 5,6

This lesson contains 36 slides, with interactive quizzes, text slides and 12 videos.

time-iconLesson duration is: 120 min

Instructions

Worksheets

Items in this lesson

Hoogvliegers
groep 5-6

Slide 1 - Slide

Rara…  wat voor beroepen  hebben deze mensen in de luchtvaart?
Mensen uit de luchtvaart  geven aanwijzingen over welk beroep ze uitoefenen. Luister naar de fragmenten en raad de beroepen van deze mensen.
.
fragment 1
fragment 2
fragment 3
fragment 4
Fragment 5

Slide 2 - Slide

Fragment 1: 
Het beroep F16 piloot 

Wat houdt het beroep van F16 piloot in?
Mede mogelijk gemaakt door:
de Koninklijke Luchtmacht

Slide 3 - Slide

Fragment 2: 
Het beroep 
vliegtuigmonteur

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

Fragment 3:
 Het beroep piloot 

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Slide 8 - Video

Slide 9 - Video

Fragment 4: 
Het beroep purser 

Mede mogelijk gemaakt 
door: KLM

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Video

Fragment 5: 
Het beroep steward(ess) 

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Video

Slide 14 - Video

Sleep de afbeeldingen die passen bij het beroep piloot in dit vak.
Sleep de afbeeldingen die niet horen bij het beroep van piloot in dit vak.

Slide 15 - Drag question

Sleep de afbeeldingen die passen bij het beroep van copiloot in dit vak.
Sleep de afbeeldingen die niet horen bij het beroep van copiloot in dit vak.

Slide 16 - Drag question

Sleep de afbeeldingen die passen bij het beroep van steward, stewardess en purser in dit vak.
Sleep de afbeeldingen die niet horen bij het beroep van steward, stewardess en purser in dit vak.

Slide 17 - Drag question

Luchtvaart
Quiz

Slide 18 - Slide

Het vliegtuig van de broers Wright maakte zijn eerste vlucht in 1909. De propeller van dit vliegtuig werd aangedreven ....
A
door een straalmotor
B
door lucht
C
met de hand
D
met een fietsketting

Slide 19 - Quiz

Slide 20 - Video

De broers Orville en Wilbur Wright waren fietsenmakers en gebruikten een fietsketting om de motor aan te drijven.  Op hun 1e vlucht vlogen ze in 12 seconden  36 meter.

Slide 21 - Slide

In 1927...
A
was er de eerste vlucht over de grote oceaan.
B
werd er voor het eerst gevlogen.
C
vlogen er meer dan 10 mensen in een vliegtuig.
D
werd de 1e raket naar de maan gestuurd.

Slide 22 - Quiz

Charles Lindbergh vloog in 1927 voor het eerst over de grote oceaan met zijn vliegtuig 'Spirit of Saint Lewis'.
Enorm knap en gedurfd voor die tijd.

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Video

De Lockheed Constellation uit 1943 was een van de eerste vliegtuigen die na de 2e wereldoorlog werd gebruikt als passagiersvliegtuig voor 45 passagiers. Wat voor soort mensen gingen mee op deze vluchten denk je?
A
Ex-militairen uit de oorlog.
B
Mensen met geld die eerder met de stoomboot reisden.
C
Mensen van de koninklijke familie.
D
Mensen die veel te zeggen hadden.

Slide 25 - Quiz

De cockpit=het voorste gedeelte van het vliegtuig.
Er werken minimaal drie mensen in de cockpit:
1. Captain/piloot
2. 1e vlieger/copiloot
3. Boordwerktuigkundige: zorgt dat alle apparatuur in de cockpit goed werkt
Wie zit er in de cockpit van een vliegtuig?

Slide 26 - Slide

Op 1 oktober 1925 vlogen twee vliegers
en een boordwerktuigkundige van
Nederland naar Oost-Indië met een
Fokker F7. Hoe lang deden zij hierover?
A
3 dagen
B
10 dagen
C
30 dagen
D
55 dagen

Slide 27 - Quiz

Slide 28 - Video

Lockhead Constellation 749, 1943
Mensen met veel geld maakten gebruik van deze vluchten.  De passagiers werden verwend om zo de luchtvaart aantrekkelijk te maken. Voor het eerst waren er stewards en stewardessen om het de passagiers zoveel mogelijk naar de zin te maken.

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Video

Een copiloot en
een piloot gebruiken
een autopilot.
Wat doet een autopilot niet?


A
Geeft met een oranje naald de horizon aan om de vliegers te helpen.
B
Helpt met landen.
C
Neemt het vliegen over.
D
Geeft de route aan.

Slide 31 - Quiz

  • Er moet altijd iemand wakker zijn in de cockpit. Als de piloot wil slapen dan neemt de copiloot het over en andersom.

  • Het navigatiesysteem bepaalt de route. Niet de autopilot.

Slide 32 - Slide

Alfa, bravo
Luchtverkeersleider

Slide 33 - Slide

A=Alfa 
B=Bravo 
C=Charlie 
D=Delta 
E=Echo 
F=Foxtrot 
G=Golf 
H=Hotel 
I=India 
 

 

K=Kilo 
L=Lima 
M=Mike 
N=November 
O=Oscar 
P=Papa 
Q=Quebec R=Romeo 
S=Sierra 

 

 

T=Tango 
U=Uniform 
V=Victor 
W=Whiskey 
X=X-ray 
Y=Yankee 
Z=Zulu 

 

 

1=one 
2=two 
3=three 
4=four 
5=five 
6=six 
7=seven 
8=eight 
9=nine 
10=one-zero 
 
 

 

11=one-one 
12=one-two 
13=one-three 
14=one-four 
15=one-five 
 
 
 

 

Instructiekaart NAVO spellingsalfabet

Slide 34 - Slide

Instructiekaart Morsecode

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Video