Hoofdstuk 5 vragers en aanbieders

Vragers en aanbieders
Hoofdstuk 5 Hoe reageren we op veranderingen van prijs en inkomen?

1 / 30
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 30 slides, with text slides.

Items in this lesson

Vragers en aanbieders
Hoofdstuk 5 Hoe reageren we op veranderingen van prijs en inkomen?

Slide 1 - Slide

Vragen??
Hoofdstuk 1 t/m 4

Slide 2 - Slide

Lesdoelen
Externe effecten
Prijselasticiteit berekenen en interpreteren
Inkomenselasticiteit berekenen en interpreteren 

Slide 3 - Slide

Externe effecten, overheidsingrijpen
Extern effect: 
effect als gevolg van 
productie en consumptie --> 
Niet bij de prijs inbegrepen.

Negatieve externe effecten &  
positieve externe effecten

Slide 4 - Slide

Maatschappelijke kosten en opbrengsten
Maatschappelijke kosten
Kosten van economisch handelen voor de samenleving. Kosten die de samenleving moet opbrengen, bijvoorbeeld door luchtvervuiling, roken, afval na de markt enz. De optelsom van de private kosten en de externe kosten van een product.
Maatschappelijke opbrengsten
Opbrengsten van economisch handelen voor de samenleving.

Slide 5 - Slide

Internaliseren
Externe effect wordt in de prijs meegenomen. 
Kan met of zonder bemoeienis van de overheid. 
Bijvoorbeeld en accijns, heffing of subsidie.

Slide 6 - Slide

Profijtbeginsel
Profijtbeginsel
  • Je betaalt als je ergens gebruik van maakt
  • Voorbeeld: wegenbelasting, de kilometerheffing of de hondenbelasting

Slide 7 - Slide

Economische regel
Prijs omhoog > vraag omlaag
Prijs omlaag > vraag omhoog

Slide 8 - Slide

Prijselasticiteit


De prijselasticiteit zegt iets over hoe sterk de gevraagde hoeveelheid reageert op een daling of stijging van de prijs.

Slide 9 - Slide

Prijselasticiteit van de vraag berekenen 
Ev = procentuele verandering van de gevraagde hoeveelheid
          --------------------------------------------------------------
                            procentuele verandering van de prijs

Ev = gevolg
           ------- 
         oorzaak

Slide 10 - Slide

Procentuele verandering berekenen 

Slide 11 - Slide

Uitkomst prijselasticiteit

Slide 12 - Slide

Elastisch EV > -1

De vraag is (prijs)elastisch als de vraag relatief sterk reageert op een verandering van de prijs.


Dus prijs stijgt een klein beetje en de vraag daalt enorm


Als de prijs met bijvoorbeeld 1% stijgt, zal de gevraagde hoeveelheid met meer dan 1% dalen.

Andersom, als de prijs met bijvoorbeeld 1% daalt, zal de gevraagde hoeveelheid met meer dan 1% stijgen.


Slide 13 - Slide

Inelastisch 0<EV>-1

De vraag is (prijs)inelastisch als de vraag relatief zwak reageert op een verandering van de prijs.


Dus de prijs stijgt en de vraagt daalt maar een klein beetje.


Als de prijs met bijvoorbeeld 1% stijgt, zal de gevraagde hoeveelheid met minder dan 1% dalen.

Andersom, als de prijs met bijvoorbeeld 1% daalt, zal de gevraagde hoeveelheid met minder dan 1% stijgen.


Slide 14 - Slide

Volkomen inelastisch EV=0

De vraag is volkomen inelastisch als de vraag niet reageert op een verandering van de prijs.


Dus de prijs stijgt en de vraagt veranderd niet.


Bijvoorbeeld: Medicijnen

Slide 15 - Slide

Prijselasticiteit en omzet
volkomen inelastische vraag


relatief inelastische vraag

-

relatief elastische vraag


-

Slide 16 - Slide

Berekening prijselasticiteit

De prijselasticiteit kun je als volgt berekenen:

                                                                                                                                                                                                   Oorzaak     

                    

Ev tussen 0 en -1: inelastisch

Ev kleiner dan -1: elastisch

Ev 0 : volkomen inelastisch


Slide 17 - Slide

Prijselasticiteit via vraagfunctie
Als je een vraagfunctie hebt en er is een (prijs)verandering gegeven, kun je ook op die manier de prijselasticiteit berekenen. 

Je moet dan eerst de procentuele verandering van de prijs en van de gevraagde hoeveelheid berekenen.

Slide 18 - Slide

Voorbeeld

De volgende vraagfunctie is gegeven: Qv = -10P + 500

De prijs stijgt van 10 naar 15.

Hoe groot is de bijbehorende prijselasticiteit?



Slide 19 - Slide

Voorbeeld
De volgende vraagfunctie is gegeven: Qv = -10P + 500
De prijs stijgt van 10 naar 15.

Slide 20 - Slide

Inkomenselasticiteit


De inkomenselasticiteit zegt iets over hoe sterk de gevraagde hoeveelheid reageert op een daling of stijging van het inkomen.

Slide 21 - Slide

Inkomenselasticiteit (2)

Slide 22 - Slide

Normale producten

Normale producten splitsen we in twee soorten:

1   primaire producten

              hierbij reageert de vraag relatief zwak op een                                                                    inkomensverandering = inkomensinelastisch.

2   luxe producten

              hierbij reageert de vraag relatief sterk op een                                                                    inkomensverandering = inkomenelastisch.

              



 

Slide 23 - Slide

Inferieure producten

Als we minder van een product gaan kopen bij een stijging van het inkomen (negatief verband) dan noemen we het product inferieur.



Bijvoorbeeld: we kopen in plaats van 'gewone' 

fietsen meer elektrische fietsen als het inkomen 

stijgt. De gewone fiets is inferieur. 

(Dat zegt niet altijd iets over de kwaliteit!)

Slide 24 - Slide

Berekening inkomenselasticiteit

De inkomenselasticiteit kun je als volgt berekenen:

                                                                                                 Gevolg    en "GO''                                                                                                   Oorzaak     

                    

Ey > 0: normale producten

Ey < 0: inferieure producten


Slide 25 - Slide

Gezamenlijk maken
5.35

Slide 26 - Slide

Maken in de les
5.4, 5.8, 5.13, 5.16, 5.19

Slide 27 - Slide

Lesdoelen behaald?

Slide 28 - Slide

Berekening prijselasticiteit

De prijselasticiteit kun je als volgt berekenen:

                                                                                                                                                                                                   Oorzaak     

                    

Ev tussen 0 en -1: inelastisch

Ev kleiner dan -1: elastisch

Ev 0 : volkomen inelastisch


Slide 29 - Slide

Berekening inkomenselasticiteit

De inkomenselasticiteit kun je als volgt berekenen:

                                                                                                 Gevolg    en "GO''                                                                                                   Oorzaak     

                    

Ey > 0: normale producten

Ey < 0: inferieure producten


Slide 30 - Slide