Terugblik periode 3 2023

Terugblik periode 3 2023
Waar zijn we zoal mee bezig geweest deze periode:

Bouwputten
Laser
Afschot
Waterpastoestel
1 / 26
next
Slide 1: Slide
WiskundeMBOStudiejaar 1

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 100 min

Items in this lesson

Terugblik periode 3 2023
Waar zijn we zoal mee bezig geweest deze periode:

Bouwputten
Laser
Afschot
Waterpastoestel

Slide 1 - Slide

Waar moet je als machinist om denken als je een bouwput uitzet?
A
De piketten staan stevig in de grond, zodat je er dicht langs kan graven
B
De koppen van de piketten zijn niet kapot geslagen met de hamer
C
Alle piketten staan precies op hoogte
D
De piketten zijn dusdanig verklikt, dat ze niet in de weg staan

Slide 2 - Quiz

Wat wordt bedoeld met zicht?
A
Op welke afstand je de piketten nog kan zien
B
De hoogte van de piket t.o.v. de werkelijke hoogte
C
het moet helder weer te zijn om goed te kunnen zien bij het uitzetten
D
Het deel van de piket dat boven de grond uit komt

Slide 3 - Quiz

Je moet voor een bouwput heel precies een hoogte bepalen, welk instrument is daarvoor het meest geschikt?
A
Lijnlaser
B
Waterpastoestel
C
Roterende Laser
D
GPS (GNSS stok)

Slide 4 - Quiz

Slide 5 - Slide

Je moet de uitgraving E-F-G-H gaan maken. Welk meetgereedschap neem je mee naar deze klus?
A
Piketten, hamer, rolmaat, meetband, laser en touw
B
Jalons, meetband, waterpas en touw
C
Laser , Jalons, waterpas, meetband en Hamer
D
Piketten, touw, Jalons en Meetband

Slide 6 - Quiz

Vanuit welke lijn ga je dit klusje uitzetten?
A
A-B
B
H-E
C
C-D
D
B-C

Slide 7 - Quiz

Hoeveel maten moet je uitrekenen om dit werkje snel en precies uit te kunnen zetten?
A
6
B
8
C
2
D
4

Slide 8 - Quiz

Je hebt voor deze zaterdag een 8 tons rupskraantje tot je beschikking. Wat is voor jouw de beste uitzetmethode?
A
Punten E F G H uitzetten en vervolgens referentielijnen op machinebreedte + 10 cm uitzetten
B
Punten E F G H uitzetten en vervolgens 10 cm verklikken
C
Punten E F G H uitzetten, en vervolgens elke hoek met 2 piketten 50 cm verklikken
D
Het vlak EFGH direct aan elke kant 1 meter groter maken (10x16) en hiervan de benodigde maten berekenen.

Slide 9 - Quiz

Wat is de efficiëntste methode, waarmee je dus het minste werk hebt?
A
Punten E F G H uitzetten en vervolgens referentielijnen op machinebreedte + 10 cm uitzetten
B
Punten E F G H uitzetten en vervolgens 10 cm verklikken
C
Punten E F G H uitzetten, en vervolgens elke hoek met 2 piketten 50 cm verklikken
D
Het vlak EFGH direct aan elke kant 1 meter groter maken (10x16) en hiervan de benodigde maten berekenen.

Slide 10 - Quiz

Wat is in de praktijk een handig hulpmiddel om een referentielijn te markeren?
A
Stenen
B
Jalons
C
Wegenverf (spuitbus)
D
Afzetlint

Slide 11 - Quiz

De voerhoogte van de unit wordt 15 cm lager dan de vloer van de woning, welke informatie heb je nog meer nodig voor dat je kunt gaan graven?
A
De dikte van de puinlaag en maaiveldhoogte
B
Hoogte van het straatwerk om de woning en het maaiveld
C
Dikte van de puinfundering en de vloerconstructie van de unit
D
Maaiveldhoogte en de dikte van de vloerconstructie van de unit

Slide 12 - Quiz

De dikte van de unitvloer is 18 cm, van de puinfundering 25 cm, hoe stel je de laser in?
A
-58 t.o.v. de woningvloer
B
-43 t.o.v. de woningvloer
C
-27 t.o.v. het maaiveld
D
-58 t.o.v. het oprit.

Slide 13 - Quiz

Nu je de dikte van de puinfundering weet, weet je ook hoeveel puin je nodig hebt. Je werkgever heeft een kipper van 8 m3, hoeveel vrachten bestel je?
A
3
B
4
C
5
D
6

Slide 14 - Quiz

Slide 15 - Slide

Je hebt de tekening bekeken, welke meetgereedschappen neem je mee?
A
Laser, jalons, meetband en duimstok
B
Jalons, meetband en rolmaat
C
Afschotlaser, jalons, rolmaat, meetband en spuitbus
D
Afschotlaser, piketten, hamer en duimstok

Slide 16 - Quiz

Je komt aan op de klus
Je overlegt met de boer (opdrachtgever)

De richting van de drainage heeft de boer al uitgezet met ransoenpaaltjes
De diepte van de drainage laat de boer over aan jou, de vakman die er verstand van heeft.... 

Slide 17 - Slide

Hoe ga je voor jezelf de richting van de drainage werkbaar maken?
A
Je zet een jalon neer op de plek van het ransoenpaaltje, die is beter zichtbaar.
B
Je vervangt de ransoenpaaltjes door jalons en zicht er een aantal tussen, i.s.m. de boer
C
Antwoord b, maar dan vervang ik de jalons later door verfstrepen in het gras
D
Je laat de jalons op de dieplader, want nu gaat het ook wel zonder.

Slide 18 - Quiz

Wat ga je meten voordat je begint te graven?
A
Diepte van de sloot t.o.v. het maaiveld, eventueel het waterpeil en het maaiveld naast de sloot
B
Diepte van de sloot, het schot in de sloot en het maaiveld over de lengte van de drainage
C
Diepte van de sloot, maaiveldhoogte van het hele weiland
D
Diepte van de sloot t.o.v. maaiveld, schot in de sloot, eventueel het waterpeil en maaiveldhoogte over de lengte van de drain

Slide 19 - Quiz

Je meetresultaten zijn:
Diepte van de sloot : 1,2 meter onder maaiveld
Water in de sloot: +/- 10 cm
Schot in de sloot: geen
Maaiveldverloop t.h.v de drains: 
Het terrein golft een beetje, maar is nagenoeg vlak.


Slide 20 - Slide

De laatste quizvraag voor vandaag: Hoe diep ga je de drains leggen, en met welk schot?
A
110 cm onder maaiveld met 1% schot
B
20 cm boven slootbodem, met 0,25% schot
C
120 cm onder maaiveld met 0,5 % schot
D
20 cm boven slootbodem met 1% schot

Slide 21 - Quiz

Na het doen van deze quiz voel ik mij...
😒🙁😐🙂😃

Slide 22 - Poll

Welk van onderstaande beweringen past het best bij jou?
ik vond deze vragen toch wel erg lastig
Door deze praktijk-voorbeelden snap ik waarom we M & U hebben
Ik vond de vraagstukken interessant, maar wel moeilijk
Ik snap niet waarom we dit moeten leren
Deze vragen waren goed te doen.

Slide 23 - Poll

Ben je tevreden met mij als jouw Docent?
😒🙁😐🙂😃

Slide 24 - Poll

Tips & Tops
Feedback?

Slide 25 - Open question

Wat gaan we doen in periode 4


Slide 26 - Slide