Krachten

1 / 31
next
Slide 1: Slide
FysicaSecundair onderwijs

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 100 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Wat is de grootheid en de eenheid van kracht?
A
grootheid: kracht – eenheid: kilogram (kg)
B
grootheid: massa – eenheid: newton (N)
C
grootheid: snelheid – eenheid: meter per seconde (m/s)
D
grootheid: kracht – eenheid: newton (N)

Slide 5 - Quiz

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Sleep elk voorbeeld naar het juiste effect van de kracht.
dynamische uitwerking
statische uitwerking
Een bal wordt weggeschopt.
Plasticine wordt platgeduwd.
Een fietser remt en stopt.

Slide 9 - Drag question

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Sleep elk voorbeeld naar de juiste soort kracht.
veldkracht
contactkracht
Duwen tegen een kar.
Magneet trekt paperclip aan.
Elektrisch geladen ballon trekt haar aan.

Slide 12 - Drag question

Slide 13 - Slide

Het aangrijpingspunt van de twee krachten is …
A
gelijk
B
verschillend

Slide 14 - Quiz

De richting van de twee krachten is …
A
gelijk
B
verschillend

Slide 15 - Quiz

De zin van de twee krachten is …
A
gelijk
B
verschillend

Slide 16 - Quiz

De grootte van de twee krachten is …
A
gelijk
B
verschillend

Slide 17 - Quiz

Slide 18 - Slide

Met welk toestel kan je krachten meten?

Slide 19 - Open question

Een dynamometer heeft een schaalverdeling van 0 tot 10 N met stapjes van 0,5 N. Wat is het meetbereik en de meetnauwkeurigheid?

Slide 20 - Open question

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Wat is de zwaartekracht?
A
Een kracht die voorwerpen afstoot.
B
Een contactkracht.
C
Een kracht die enkel werkt in vloeistoffen.
D
Een veldkracht die voorwerpen aantrekt.

Slide 23 - Quiz

Slide 24 - Slide

Wat is de eenheid van zwaarteveldsterkte?
A
newton per kilogram (N/kg)
B
kilogram (kg)
C
newton (N)
D
meter per seconde (m/s)

Slide 25 - Quiz

Slide 26 - Slide

Koppel elk element van de zwaartekracht aan de juiste uitleg.
Afhankelijk van de massa
Naar het middelpunt van de aarde (beneden)
Zwaartepunt van het voorwerp
Rechte lijn tussen voorwerp en aarde
aangrijpingspunt
richting
zin
grootte

Slide 27 - Drag question

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Een astronaut weegt minder op de maan dan op aarde. Wat is daarvoor de juiste verklaring?
A
De massa van de astronaut is op de maan kleiner.
B
De zwaarteveldsterkte op de maan is kleiner dan op aarde.
C
Er is geen zwaartekracht op de maan.
D
De afstand tot de zon is groter.

Slide 31 - Quiz