herhalen hoofdstuk 4

Een internationaal conflict speelt zich af tussen twee of meerdere staten

1. juist
2. onjuist

Een intern conflict kan zich uitbreiden tot een regionaal conflict

1. juist
2. onjuist

Bij regionalisme streeft een volk naar afscheiding of naar een eigen staat

1. juist
2. onjuist

Een economisch gevolg van een gewapend conflict is een babyboom

1. juist
2. onjuist

Grootschalige transnationale grondverkopen zorgen voor winst en productiviteit.

1. juist
2. onjuist

Doordat grote bedrijven kapitaalintensief zijn ontstaat er werkgelegenheid.

1. juist
2. onjuist

Grondstoffen worden schaarser door een toenemende vraag en een afnemend aanbod

1. juist
2. onjuist

Conflictmineralen zijn mineralen die onmisbaar zijn voor de high-tech industrie

1. juist
2. onjuist

Als bedendenstrooms het water vervuild raakt, heeft men daar bovenstrooms last van.

1. juist
2. onjuist

Het doel van een waterverdrag is de vrede bevorderen

1. juist
2. onjuist