NaSk1 jaar 3 - Les 45: Het weer

Welkom bij NaSk1

Pak voor je:
- BINAS
- Opgeladen laptop
- Schrift 
- Rekenmachine
- Pen



 




Startopdracht:




 
Welkom!
Ga lekker zitten. 
Niet op de achterste rij graag.
1 / 49
next
Slide 1: Slide
Nask / TechniekMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 49 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Welkom bij NaSk1

Pak voor je:
- BINAS
- Opgeladen laptop
- Schrift 
- Rekenmachine
- Pen



 




Startopdracht:




 
Welkom!
Ga lekker zitten. 
Niet op de achterste rij graag.

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Welkom bij NaSk1

Pak voor je:
- BINAS
- Opgeladen laptop
- Schrift 
- Rekenmachine
- Pen



 




Startopdracht:






 

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Welkom bij NaSk1
Pak voor je:
- BINAS
- Opgeladen laptop
- Schrift
- Rekenmachine
- Pen

Startopdracht: 





 

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Welkom bij NaSk1
Pak voor je:
- BINAS
- Opgeladen laptop
- Schrift
- Rekenmachine
- Pen

Startopdracht:
 


Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Welkom bij NaSk1
Pak voor je:
- BINAS
- Opgeladen laptop
- Schrift
- Rekenmachine
- Pen

Startopdracht:







Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Welkom bij NaSk1
Pak voor je:
- BINAS
- Opgeladen laptop
- Schrift
- Rekenmachine
- Pen

Startopdracht:

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Welkom bij NaSk1
Pak voor je:
- BINAS
- Opgeladen laptop
- Schrift
- Rekenmachine
- Pen

Startopdracht:







Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Planning
  • Lesdoelen
  • Herhaling
  • Par 7.3: Neerslag
  • Zelfstandig werken


Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Lesdoelen
Aan het eind van deze les kan ik:
  1. beschrijven wat temperatuur is;
  2. uitleggen hoe je temperatuur kunt meten;
  3. beschrijven welke soorten thermometers er zijn.












Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Tijdens de les wil ik dat:
1. Je luistert als ik praat
2. Je naar elkaar luistert
3. Je de juiste spullen voor je hebt
4. Je je zo gedraagt dat je de lesstof meekrijgt
5. Je respectvol bent naar je klasgenoten en mij

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Naar de les neem je mee:
- Opgeladen laptop
- Laptop niet mee? Werkboek + leerboek
- BINAS
- Schrift (A4 met blokjes)
- Rekenmachine
- Geodriehoek
- Pen en potlood


Slide 11 - Slide

Nu absenties
SE H6 (Energie) + H7 (Het weer) op 30 juni

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Hoofdstuk 7: Het weer
7.2 Temperatuur
7.3 Wolken en neerslag
7.4 Wind
7.5 Extreem weer

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Hoofdstuk 7: Het weer
7.2 Temperatuur
7.3 Wolken en neerslag
7.4 Wind
7.5 Extreem weer

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Celcius
Anders Celcius (1701-1744)

0 graden Celcius is de temperatuur 
waarbij water bevriest

100 graden Celcius is de temperatuur 
waarbij water kookt

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Meteorologie
Temperatuur moet betrouwbaar en op juiste manier gemeten worden.

Voor juiste temperatuurweergave zijn afspraken gemaakt:
In wit geschilderd kastje, 1,5m boven de grond, waar wind vrij doorheen kan (weerhut).



Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Temperatuur in de wereld

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Soorten thermometers
Temperatuur kun je meten met een thermometer:
  • vloeistofthermometer
  • digitale thermometer
  • bi-metaal thermometer
  • infraroodthermometer

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Vloeistofthermometer
Vloeistofthermometer
Een vloeistofthermometer bestaat 
uit 3 onderdelen:
  •  Reservoir
  •  Stijgbuis
  •  Schaalverdeling


Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Bimetaal thermometer





Maakt gebruikt van 2 verschillende soorten metalen,
waarvan 1 meer uitzet of inkrimpt bij temperatuursverandering

Slide 21 - Slide

Metaal B is de gevoelige kant
Wordt gebruikt in strijkijzers
digitale thermometer
De digitale thermometer werkt door het meten van de variabele weerstand in een NTC (Negatieve Temperatuur Coëfficient). Hoe warmer de NTC wordt hoe groter de stroom door de NTC. Op basis van deze stroom wordt de temperatuur berekend. Dit komt op een display.


Slide 22 - Slide

This item has no instructions

infraroodthermometer
  • meet de hoeveelheid infraroodstraling                                     (= warmtestraling)
  • temperatuur wordt in cijfers op scherm weergegeven

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Huiswerk
Maak op Learnbeat 7.2C en 7.2D

- 10 minuten










timer
5:00

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

6.3 Neerslag

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Vormen van water
vaste fase
vloeibare fase
gas fase
Kan het zien en vasthouden
kan het zien
kan het niet zien of vasthouden

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Fasen.
Elke stof kan zich in 3 fasen bevinden. Zie hieronder het voorbeeld van water: 
  1. IJs (vaste fase)  
  2. Water (vloeibare fase)  
  3. Waterdamp (gas fase)
In de afbeelding hiernaast staan de fase overgangen benoemd

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Waterkringloop

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Wolken zelf maken!

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Hoe ontstaan wolken?

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

.
.
.
.
.
.


De temperatuur waarbij dit gebeurd heet het Dauwpunt

koude lucht kan minder
waterdamp vasthouden

Dit zorgt ervoor dat het waterdamp gaat condenseren.

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Verschillende soorten neerslag
          Dauw                         Rijp                           IJzel

Slide 33 - Slide

DAUW - Hele kleine waterdruppeltjes, zitten vaak sochtends op grassprieten als het erg vochtig is buiten. 

Rijp - Bestaat uit kleine ijskristallen, die bomen en planten heel mooi wit kunnen maken.

Ijzel - Zeer koude regen bevriest als het de grond raakt of een bevroren boom. Hierdoor kan het vaak heel glad zijn als het regent en heel koud is. 
Dauwpunt en luchtvochtigheid
Warme lucht kan meer waterdamp bevatten dan koude lucht.

Als de lucht afkoelt ontstaat er een relatieve luchtvochtigheid van 100 %                           Dauwpunt

Dan zal de waterdamp condenseren en ontstaat er dauw

 

Slide 34 - Slide

This item has no instructions

Neerslag

Slide 35 - Slide

This item has no instructions

Soorten wolken
  • Lage wolken
  • Middelhoge wolken
  • Hoge wolken 

Slide 36 - Slide

This item has no instructions

Slide 37 - Video

This item has no instructions

Temperatuur 
in atmosfeer

Wat valt je op?

Wat klopt hier sowieso NIET?

Slide 38 - Slide

This item has no instructions

Temperatuur 
in atmosfeer

Wat valt je op?

Wat klopt hier sowieso NIET?

Slide 39 - Slide

This item has no instructions

Welke fase zijn deze wolken?
A
vast
B
vloeibaar
C
gas

Slide 40 - Quiz

This item has no instructions

Wat is de waterkringloop?
A
Een soort waterfilter
B
Een type irrigatie
C
De cyclus van water in de natuur
D
Een wateropslag systeem

Slide 41 - Quiz

This item has no instructions

Waterkringloop: sleep alle woorden naar de juiste plek
Verdampen
Sneeuw
Waterdamp in de lucht 
Regen
Waterdamp vormt wolken

Slide 42 - Drag question

This item has no instructions

Welke fase-overgang vindt er plaats als waterdamp verandert in een wolk?
A
condenseren
B
verdampen
C
smelten
D
stollen

Slide 43 - Quiz

This item has no instructions

Welk soort neerslag
zie je hier?
A
Dauw
B
Rijp
C
IJzel
D
Sneeuw

Slide 44 - Quiz

This item has no instructions

Welk soort neerslag
zie je hier?
A
Dauw
B
Rijp
C
IJzel
D
Regen

Slide 45 - Quiz

This item has no instructions

Welke neerslag hoort bij welke afbeelding?
Rijp
Sneeuw
Regen
Dauw
IJzel
Hagel

Slide 46 - Drag question

This item has no instructions

Huiswerk
Blijf ingelogd op LessonUp
Maak op Learnbeat 7.3C en 7.3D

- 10 minuten










timer
10:00

Slide 47 - Slide

This item has no instructions

6.3 Neerslag

Slide 48 - Slide

This item has no instructions

Lesdoelen
Aan het eind van deze paragraaf kan ik:
  1. beschrijven wat energie is;
  2. benoemen welke energiesoorten er zijn;
  3. beschrijven wat een energieomzetting is;
  4. rekenen met rendement;
  5. rekenen met de verbrandingswarmte.












Slide 49 - Slide

This item has no instructions