Medisch rekenen

 
    Medisch Rekenen
Leendert van de Weteringh
IC/SEH verpleegkundige
1 / 53
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 53 slides, with interactive quizzes, text slides and 6 videos.

Items in this lesson

 
    Medisch Rekenen
Leendert van de Weteringh
IC/SEH verpleegkundige

Slide 1 - Slide

Lesdoelen

  • Ik bereken hoeveel zuurstof erin een fles zit
  • Ik laat zien hoeveel minuten een zorgvrager met een zuurstoffles kan doen
  • Ik toon aan dat ik kan rekenen met oplossingen en verdunningen
  • Je berekent een oplossing die gebruikt dan worden voor injectie
  • Je rekent met druppelsnelheden
  • Je past internationale eenheden toe bij het injecteren van medicatie

Slide 2 - Slide

Waar denk je aan bij medisch rekenen?

Slide 3 - Mind map

Waarom heb jij medisch rekenen nodig?

Slide 4 - Mind map

Noem รฉรฉn onderwerp bij medisch rekenen.

Slide 5 - Mind map

Het lijkt mij mooi om met Medisch rekenen aan de slag te gaan!
๐Ÿ˜’๐Ÿ™๐Ÿ˜๐Ÿ™‚๐Ÿ˜ƒ

Slide 6 - Poll

Voorschrift arts: 250 mg paracetamol
Voorraad: tabletten van 125 mg
Hoeveel tabletten geef jij?
A
1 tabletten
B
3 tabletten
C
2,5 tabletten
D
2 tabletten

Slide 7 - Quiz

Voorschrift arts: 250 mg paracetamol
Voorraad: tabletten van 125 mg
Hoeveel tabletten geef jij?
250 mg / 125 mg x 1 tablet =
2 tabletten geven

Slide 8 - Slide

Voorschrift arts: 250 mg paracetamol
Voorraad: tabletten van 100 mg
Hoeveel tabletten geef jij?
A
1 tabletten
B
2 tabletten
C
1,5 tabletten
D
2,5 tabletten

Slide 9 - Quiz

Voorschrift arts: 250 mg paracetamol
Voorraad: tabletten van 125 mg
Hoeveel tabletten geef jij?
250 mg / 100 mg x 1 tablet =
2 ,5 tablet geven

Slide 10 - Slide

Voorschrift arts: 500 mg paracetamol
Voorraad: tabletten van 125 mg
Hoeveel tabletten geef jij?
A
2 tabletten
B
3 tabletten
C
4 tabletten
D
5 tabletten

Slide 11 - Quiz

Voorschrift arts: 500 mg paracetamol
Voorraad: tabletten van 125 mg
Hoeveel tabletten geef jij?
500 mg / 125 mg x 1 tablet =
4 tabletten geven

Slide 12 - Slide

Voorschrift arts: 25 mg Pethidine
Voorraad: 25 mg / 1 ml
Hoeveel ml dien jij toe?
A
1 ml
B
2 ml
C
0.5 ml
D
1.5 ml

Slide 13 - Quiz

Voorschrift arts: 25 mg Pethidine
Voorraad: 25 mg / 1 ml
Hoeveel ml dien jij toe?
Antwoord:
25 mg / 25 mg x 1 ml =
1 ml toedienen

Slide 14 - Slide

Voorschrift arts: 10 mg Pethidine
Voorraad: 50 mg / 1 ml
Hoeveel ml dien jij toe?
A
0,1 ml
B
0,2 ml
C
0.5 ml
D
1.5 ml

Slide 15 - Quiz

Voorschrift arts: 10 mg Pethidine
Voorraad: 50 mg / 1 ml
Hoeveel ml dien jij toe?
Antwoord:
10 mg / 50 mg x 1 ml =
0,2 ml toedienen

Slide 16 - Slide

Voorschrift arts: 25 mg Pethidine
Voorraad: 50 mg / 1 ml
Hoeveel ml dien jij toe?
A
1 ml
B
2 ml
C
0.5 ml
D
1.5 ml

Slide 17 - Quiz

Medisch rekenen wil ik graag leren.
๐Ÿ˜’๐Ÿ™๐Ÿ˜๐Ÿ™‚๐Ÿ˜ƒ

Slide 18 - Poll

Het lijkt mij mooi om met medisch rekenen aan de slag te gaan
Positief
neutraal
negatief

Slide 19 - Poll

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Video

Slide 22 - Slide

Je beschikt over een cilinder van 20 L de manometer geeft 170 Bar aan.
Hoeveel zuurstof zit er in de cilinder?
A
20 L
B
340 L
C
170 L
D
3400 L

Slide 23 - Quiz

Je hebt 1260 L zuurstof in de cilinder.
Een zorgvrager gebruikt 1,5 L / min.
Na hoeveel uur moet je de cilinder vervangen?
A
14 uur
B
840 uur
C
31 uur
D
36 uur

Slide 24 - Quiz

Er zit nog 2150 L zuurstof in een cilinder van 50 L.
Wat is de stand van de manometer?
A
40 Bar
B
42 Bar
C
41 Bar
D
43 Bar

Slide 25 - Quiz

Oplossen en verdunnen

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Video

Opdracht digibib

Digibib
extra tools
Leermodule 15 Verpleegkundig rekenen deel 2, 'vloeibare medicatie'

Slide 28 - Slide

Let op: onthoud:

2% = 2 gram per 100 ml

Hoeveel mg per ml?
2% x 10 = 20 mg/ml

Slide 29 - Slide

Je moet 10 mg Morfine s.c geven. De concentratie morfine is 2%. Hoeveel ml moet je toedienen?

Slide 30 - Open question

Oplossen en injecteren

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Video

Geven: 75 mg Morfine
Voorraad: 50 mg / ml
Hoeveel ml ga je toedienen?
A
1 ml
B
1.5 ml
C
2 ml
D
2.5 ml

Slide 33 - Quiz

Geven: 75 mg Morfine
Voorraad: 50 mg / ml
Hoeveel ml ga je toedienen?
75 mg / 50 mg x 1 ml =
1.5 ml toedienen

Slide 34 - Slide

Druppel snelheid berekenen

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Video

Geven: 1 druppel vitamine K
Voorraad: 1 ml / 10 mg / 20 druppels
Hoeveel mg geef je?
A
10 mg
B
20 mg
C
1 mg
D
0.5 mg

Slide 37 - Quiz

Geven: 1 druppel vitamine K
Voorraad: 1 ml / 10 mg / 20 druppels
Hoeveel mg geef je?
1 dr. / 20 dr. x 10 mg =
0.5 mg toedienen

Slide 38 - Slide

Geven: 10 druppels Haldol
Voorraad: 50 mg / ml / 20 druppels
Hoeveel ml ga je toedienen?
A
0.2 ml
B
0.3 ml
C
0.4 ml
D
0.5 ml

Slide 39 - Quiz

Geven: 10 druppels Haldol
Voorraad: 50 mg / ml / 20 druppels
Hoeveel ml ga je toedienen?
10 dr. / 20 dr. x 1 ml =
0.5 ml

Slide 40 - Slide

Internationale eenheden IE

Slide 41 - Slide

Slide 42 - Video

Slide 43 - Video

Geven: 35 IE insuline
Voorraad: 100 IE / ml
Hoeveel ml ga je toedienen?
A
0.3 ml
B
0.35 ml
C
0.4 ml
D
0.45 ml

Slide 44 - Quiz

Geven: 35 IE insuline
Voorraad: 100 IE / ml
Hoeveel ml ga je toedienen?
35 IE / 100 IE x 1 ml =
0.35 ml toedienen

Slide 45 - Slide

Geven: 5 IE insuline
Voorraad: 100 IE / ml
Hoeveel ml ga je toedienen?
A
0.05 ml
B
0.5 ml
C
5 ml
D
50 ml

Slide 46 - Quiz

Geven: 5 IE insuline
Voorraad: 100 IE / ml
Hoeveel ml ga je toedienen?
5 IE / 100 IE x 1 ml = 
0.05 ml toedienen

Slide 47 - Slide

Geven: 375 mg Clamoxyl
Voorraad: 1 gram / 10 ml
Hoeveel ml ga je toedienen?
A
1,75 ml
B
2,75 ml
C
3,75 ml
D
4, 75 ml

Slide 48 - Quiz

Geven: 375 mg Clamoxyl
Voorraad: 1 gram / 10 ml
Hoeveel ml ga je toedienen?
375 mg / 1000 mg x 10 ml =
3.75 ml toedienen

Slide 49 - Slide

Sanne is koortsig.
De arts schrijft een vloeibare pijnstiller voor.
Deze bevat 150 mg per doseerlepel van 5 ml.
Je moet 4x daags anderhalve doseerlepel geven.
Hoeveel mg paracetamol geef je per dag?

Slide 50 - Open question

De heer Hout heeft ernstige pijn en dit duurt al maanden.
De arts schrijft daarom pethidine voor.
Je beschikt over pethidine 25 mg/ml. Je moet dhr Hout 2,5 ml geven.
Hoeveel mg dien je toe?

Slide 51 - Open question

Lesdoelen

  • Ik bereken hoeveel zuurstof erin een fles zit
  • Ik laat zien hoeveel minuten een zorgvrager met een zuurstoffles kan doen
  • Ik toon aan dat ik kan rekenen met oplossingen en verdunningen
  • Je berekent een oplossing die gebruikt dan worden voor injectie
  • Je rekent met druppelsnelheden
  • Je past internationale eenheden toe bij het injecteren van medicatie

Slide 52 - Slide

Vragen?
Uitleg proeftoets

Dank voor de aandacht!!

Slide 53 - Slide